Het was een fikse klap voor de cultuursector toen er eind maart plots geen noot meer op podia aller lande weerklonk. Ook Erik de Jong, alias Spinvis, zag zijn agenda plots leeg worden. Hij kon de vrijgekomen tijd gelukkig benutten om een album af te werken. Hij kreeg de afzonderlijke sporen van strijkers en backing vocals via WeTransfer doorgestuurd, en de rest deed hij zelf. De verdieping waarop de Nederlander alles ineen knutselde mag dan wel op z’n kop gedraaid zijn – bij Spinvis’ titelloze debuut werkte hij op zolder, nu in de kelder -, de vergelijking met die allereerste slaapkamerplaat dringt zich op. Naar aanleiding van de bijna-twintigste verjaardag van Spinvis zag ook zijn platenlabel in de toevallige samenloop van omstandigheden een marketingkans: ‘7.6.9.6.’ zou ‘vintage Spinvis’ worden, zo was ons beloofd. Die belofte wordt deels ingelost.
Voor de fans van het lo-fi geluid van de Jongs titelloze debuut is er namelijk goed nieuws: ‘7.6.9.6.’ klinkt duidelijk als een doe-het-zelfalbum. Op productioneel vlak hield hij het allemaal redelijk klein, en in vergelijking met het gepolijste geluid van voorganger ‘Trein vuur dageraad’ zit er heel wat meer korrel op de geluidsmix. Dat Spinvis zijn zo markante stem op sommige nummers een beetje ongelukkig wegmixte, zullen sommigen gezien de overmacht van de situatie – de op dat vlak niet erg ervaren vijftiger kón niet anders dan zelf ook de mix te doen – wel charmant vinden. Anderen verwachten van de zevende studioplaat van een gevestigde artiest misschien een iets meer hoogstaande geluidskwaliteit.
De songwriting van Erik de Jong heeft in vergelijking met twintig jaar geleden – toen Spinvis nog niet ‘vintage’ was – echter heel wat aan diversiteit gewonnen. Muzikale ontwikkeling is altijd een goede zaak, en resulteert op ‘7.6.9.6.’ in een behoorlijke verscheidenheid aan genre en instrumentatie. In ‘Paon’ klinkt het ritme jazzy, met het lieflijke ‘Een reden’ vliegen we naar Griekenland zonder met corona terug te komen en ‘Hollywood’ zou niet misstaan in een Western-musical. Toch zijn de nummers die het meest doen denken aan Spinvis’ verleden het leukst. ‘Stunman’, ‘Picasso’, en ‘Soms breekt er een hart, soms blaft er een hond’ zijn eenvoudige, maar steengoede popnummers die terecht een vergelijking met debuut ‘Spinvis’ waard zijn.
De diverse muzikale weelde op ‘7.6.9.6.’ creëert een plaat die veelal entertaint en die zelden verveelt. “Zelden”, want op ‘7.6.9.6.’ staat een handvol songs te veel. ‘Scherven van jou’, een opwarmertje dat we al kenden van de gelijknamige ep, doet het begrijpelijk goed op de radio, maar komt even snel weer de strot uit dan dat het erin gleed. Opener ‘Ze slapen’ doet ons net iets te diep indommelen en bij ‘Je begrijpt het bijna’ wanen we ons zowaar op een concert van Marco Borsato. Begrijp ons niet verkeerd: het kitscherige melodietje van het refrein, de stroperige backings en dito gitaar werkt zeker in op onze pathos, maar we willen veel liever dat Borsato uit z’n burn-out weer opstaat – hou vol, Marco! – dan dat Spinvis tevergeefs iemand probeert te zijn wie ‘ie niet is.
Erik de Jong staat immers veel beter met een warm melancholisch jasje dan met een kostuumvestje en een wit hemd. Het uitstekende titelnummer toont nogmaals wat Spinvis het beste kan: met simpele liedjes en poëtische teksten over het alledaagse het diepste van je ziel beroeren. ‘Parel’ grijpt in sacrale meerstemmigheid naar de keel en ook ‘Niet vandaag’ beklijft, al is de weemoed er niet meer troostend. “Ik zwijg en voel me oud/En alles wat ik denk te zijn vervaagt/En spreken doe ik morgen/Doe ik morgen/Niet vandaag”: het zijn regels die in tijden waarin sleur en uitstelgedrag niet meer als afwijkend worden beschouwd nog sterker resoneren dan normaal – of hij dat nu wel of niet zo bedoelde.
Alleskunner de Jong houdt naar eigen zeggen niet zo van mijmeren, maar wierp in de huidige tijdgeest en met respectievelijk 60 levens- en 20 artiestenjaren op de teller toch een terugblik op zijn leven. Voor de liefhebbers zit er bij de speciale editie ‘7.6.9.6.’ dus ook een fotoboek, waarin hij een allegaartje aan impressies en digitale herinneringen verzamelde. En voor wie niet vies is van wat filosofie à la Andy Warhol: ter verdediging van de popcultuur verknipte Spinvis de ‘originele’ cassette waarop zijn debuut werd opgenomen tot 750 stukjes memorabilia, ook te verkrijgen bij de boxset. Leuke hebbedingen, die helaas minder overbodig zijn dan enkele nummers op de plaat. Dat ‘De dag dat Richard Krajicek Wimbledon won’ – nog zo’n swingend singletje van de oude Spinvisstempel – moest sneuvelen voor minder kwalitatieve maaksels is in dat geval geen eigenzinnigheid meer, maar gewoon een gemiste kans.