Voor de allereerste editie van Podiumvlees wist de Rotselaarse cultuurraad de populaire indierockers van Freaky Age naar de gloednieuwe sportoase De Toren te lokken. Voor ze eraan begonnen kreeg echter talent uit de wijde omtrek de kans hun kunnen tentoon te spreiden.
Het piepjonge viertal Otho kan rekenen op een erg veelzijdige zangeres die moeiteloos en soepel naar haar kopstem overschakelt. Daar ze nog niet al te lang aan de weg timmeren, zagen ze zich genoodzaakt voornamelijk op covers terug te vallen. Hun twee in première gebrachte eigen nummers gaven aan dat ze deze weg zeker verder moeten inslaan.
Bij de vrolijk agressieve thrashmetallers van Anxiety for Mankind steelt vooral spring-in’t-veld Jeffrey Yu de show. Van meet af aan perst hij een uitgebreid en gevarieerd arsenaal aan grunts uit zijn frele lijf, en je vraagt je af – zeker gezien hij verkouden blijkt- of hij dit een heel optreden volhoudt. Bij momenten uit de wind gezet door de postpunkvocalen van gitarist Toon Purnal, haalt hij de streep glansrijk.
Stereofunk wekt een mature en gedreven indruk. Ze brengen een soort potige, melodieuze poprock die ons mee terug neemt naar de tweede helft van de jaren ’90.
Dat Three Men Special pas aan hun eerste optreden toe is valt aan niets te merken. De muzikaal erg onderlegde broers Hamers zetten folky singer-songwriter Jan Bruyninckx haast in een zetel. Naast licht verteerbare eigen songs horen we gesmaakte covers van Bloodhound Gang en Coldplay.
Ook de moderne indiepop van The Lighthouse is schatplichtig aan laatstgenoemde Britse hitmachine. Hun charismatische frontman, die naast gitaar en vocalen ook een ondersteunende basdrum voor zijn rekening neemt, beschikt over een zuivere, krachtige en uitermate karaktervolle stem, en weet duidelijk hoe een nummer te schrijven.
Met ‘Excitement in the Morning Light’ trekt hoofdact Freaky Age meteen alle registers open. Heel snel wordt duidelijk dat deze band het laatste jaar niet stilgezeten heeft en zowaar nog gegroeid is. Het viertal speelt samen als een geoliede machine en hun sound staat volledig op punt, wat hen in staat stelt enorm veel subtiliteiten in de dynamiek te brengen. En als ze, met een batterij ijzersterke songs onder de arm, dan nog eens kunnen teren op de licht weemoedige, prachtig warme vocalen van frontman Lenny Crabbe, dierven we in de opwinding van het moment zelfs spreken over eenzame hoogten.
Naast een mix van publieks- en groepsfavorieten uit de eerste twee langspelers, wordt uiteraard ook het nieuwe album ‘From the Heart of Glitter Lake’ uitgebreid voorgesteld. Terwijl het hitgevoelige ‘You Where My Everything’ en het snedig rockende ‘Big Joke’ al vroeg in de set hun plaats krijgen, zetten onder andere ‘Glitter Lake Man’ en ‘White Russians’ de zaal later helemaal in vuur en vlam. Een relatief rustpunt wordt ingelast als Lenny zijn akoestisch gitaar bovenhaalt voor een wondermooie, ingetogen versie van ‘Heart Is Gold’ en huidige single ‘Masks.’ Hierna wordt een lange energieke eindsprint ingezet die zal culmineren in afsluiter ‘Where Do We Go Now.’ Na het ondertussen obligate bisnummer ‘Pinball Wizard,’ bleven we achter als zowaar nog grotere fans dan we al waren. We zagen een gedreven, uiterst talentvolle groep met internationaal allure, en vragen ons af waar voor Freaky Age de limiet ligt.