Het zijn guitige sloebers, die van Foals. Een jaar geleden werd na hun ‘Holy fire’-tour nog luidkeels aangekondigd dat de band op zijn vroegst zou terugkeren in 2016, maar dat bleek een leugentje om bestwil te zijn. Eind juni raakte immers bekend dat de bende uit Oxford zo geïnspireerd raakte tijdens het voorstellen van hun derde album, dat de woorden en noten voor opvolger ‘What went down’ binnen enkele maanden alweer op papier en tape stonden.
Het is nog wachten tot eind augustus voor die volgende plaat officieel het licht ziet, al lichtten de rockers op Youtube inmiddels drie tipjes van de sluier. ‘Mountain at my gates’, wat best wordt omschreven als het equivalent van het eerder atypische ‘My number’, wordt op Sziget als vijfde song bovengehaald en zorgt ook meteen voor een elektrische panne. Het publiek is hiervan weinig onder de indruk na loeiharde opwarmers als ‘Snake oil’, ‘Olympic airways’ en ‘Balloons’ en toetert luidkeels het refrein richting het podium terug, zo luid zelfs dat de jongens even met open mond staan te kijken.
Foals wordt wel eens de beste live band ter wereld genoemd en doen deze erkenning vandaag wederom alle eer aan. Bij ‘Providence’ worden de meisjes op de eerste rij die op Ellie Goulding staan te wachten even helemaal omver geblazen om dan van de ene in de andere verbazing te vallen bij eeuwige emosongs ‘Spanish sahara’ en ‘Red sox pugie’. Bij ‘Late night’ kan een mens zich zelfs nog verbaasd afvragen wie er hier eigenlijk nog wel voor de zangeres staat, want heel Budapest lijkt licht betraand om te gaan voor wat de Britten hier met volle overgave staan te doen.
Een hoogtepunt valt bij Foals bijzonder moeilijk uit te kiezen nu de band als vanouds geen steek laat vallen, maar als het dan echt moet, krijgt de bloedstollende finale de hoogste cijfers. Inmiddels is de zon immers ook helemaal weggezakt zodat de lichtshow bij ‘Inhaler’ helemaal inslaat als een bom en de schurende geluidsmuren nog wat meer benadrukt. ‘Two steps twice’ gebruikt de frontman dan weer om het publiek tussen de dolle gitaarriffs door wel even van heel dichtbij te gaan bekijken om dat kunstje nog een keer te herhalen bij het razende en afsluitende ‘What went down’. De volgorde van die twee nummers is meteen ook het enige punt van kritiek, nu die slotsong live nog net niet genoeg uitpakt en de woede in het lied niet weet over te brengen.