Het Rivierenhof wordt bij ondergetekende vooral gelinkt aan fabelachtige optredens waarvoor geen tickets bemachtigd konden worden (Eels, Sigur Rós en zoveel meer). Bij My Morning Jacket was het gelukkig wel prijs, en het feeërieke theater bleek het beste in de Amerikanen naar boven te halen.
Dawes mocht ervoor zorgen dat we “a good time” hadden alvorens het hoofdprogramma ons te pakken kreeg. Dat was zeker het geval, al liet de Californische groep geen blijvende indruk na. Daarvoor was hun geluid een te opzichtig samenraapsel van invloeden uit vaders platenkast. Dawes bracht oer-Amerikaanse fabels over grote liefdes in kleine dorpjes en wenste oprecht dat al onze lievelingsbands voor altijd samen zouden blijven. Sympathieke show, maar niet bepaald beklijvend.
Op dinsdag 1 september kwam de band My Morning Jacket hun nieuwe album “The Waterfall” voorstellen in het Rivierenhof te Deurne. Nick De Baerdemaeker was erbij en nam enkele foto’s, Mattias Goossens schreef het verslag.
Beklijvend is ook geen adjectief dat we bij ‘The waterfall’ aanhaalden. Naar de standaard van My Morning Jacket is die jongste worp een behoorlijk luchtige plaat die je zelden bij het nekvel grijpt. In het Rivierenhof werd uiteindelijk slechts een derde van de set gevuld met nieuwe nummers. Gelukkig paste het recente materiaal naadloos in het web dat de groep spon en merkten we dat onder andere ‘Spring among the living’ en ‘In it’s infacy’ live wel bleven plakken. Door het nieuwste en bijgevolg minst vertrouwde materiaal in het midden van het optreden te concentreren gaf de groep zichzelf ook voldoende ruimte om niet enkel in de bisronde in de uitgebreide discografie te graaien. Zo passeerden ‘Circuital’ en het ogenschijnlijk van de Allman Brothers geleende ‘The way that he sings’ al relatief vroeg.
Jim James, generatiegenoot van die andere americanahelden Ryan Adams en Adam Granduciel, toonde zich zonder woorden een sjamanische frontman, een excentrieke kruising tussen Wayne Coyne en The Dude die met veel plezier zijn kunsten etaleerde in ‘Wordless chorus’. Liever dan praatjes slaan of bedankjes uiten spoorde hij zijn band aan om nagenoeg elk nummer uit te laten waaieren in jamsessies waarbij je nooit wist hoe of wanneer ze juist zouden eindigen. Dat geflirt met de grens van tien minuten zou op papier op de zenuwen kunnen werken, maar My Morning Jacket slaagde er wonderwel in om je mee te zuigen in hun wispelturige verkenningen. Zo kregen oudjes ‘Evelyn is not real’ en ‘They ran’ een verfrissende uitbreiding aangemeten, goed om de eerste bladeren van de bomen te doen dwarrelen wanneer James stevig uithaalde. Want hoewel ‘The waterfall’ de verwerking van een liefdesbreuk is, oogde de frontman behoorlijk gedreven en daadkrachtig. Strak in het pak ontvingen de mannen jubelkreetjes wanneer ‘I’m amazed’ werd ingezet, iets wat zich herhaalde in een aangrijpend ‘Dondante’ dat voor collectief kippenvel zorgde. Een sober ‘Bermuda highway’, waarbij de helft van de band al in de coulissen was verdwenen, sloot de reguliere set af.
De laatste treinen hadden Antwerpen op dat moment al lang verlaten, maar het publiek wilde meer. Dat kwam er met de begeesterende folktronica van ‘Victory dance’. ‘Off the record’ zorgde voor wat zuurstof en ontlading zodat ‘Touch me I’m going to scream pt. 2’ die weer kon afnemen in een donkere trip van tien minuten die zo hypnotiserend was dat het even duurde voor we beseften dat de muzikanten het publiek bedankten. My Morning Jacket had ons twee uur lang moeiteloos geboeid gehouden terwijl ze op intrigerende wijze grasduinden doorheen hun voorbije werk. De sterke uitvoeringen van het recentste werk toonden dat er nog lang geen sleet zit op de formule.
Lees hier onze review van ‘The waterfall’.
Wie deze zomer nog een optreden wil meepikken in het Rivierenhof kan er dinsdag terecht voor Arsenal (info & tickets).