Verslag Jens Van Lathem, foto’s Simon Ramboer
Leffingeleuren sluit traditiegetrouw de festivalzomer af, en dat is ook in 2013 zo. Drie dagen lang zorgen artiesten en festivalgangers voor een drukte van jewelste in het anders zo rustige polderdorpje.
Terwijl Soldier’s Heart zaal De Zwerver mocht openen maakte Girls in Hawaii zich op om net als vier jaar geleden Leffingeleuren in te pakken. Er is maar weinig waarheid aan hun bandnaam, de zes mannen zijn overduidelijk geen meisjes en enkel de drummer ziet eruit als een op het zonnige eiland verloren gelopen Tom Selleck. Toch verschenen er na openingsnummer ‘Son of the suns’ meteen stralende gezichten, de band had in feite maar één noot nodig om de tent op zijn hand te krijgen. Na een strak begin van de set nam de groep een adempauze met de laatste single ‘Not Dead’, een nummer dat vooral in zijn meest introverte momenten de kracht van Girls in Hawaii toont. Wat volgde waren meer experimentele songs; zanglijnen overlappen, er wordt een speciale microfoon gebruikt om overstuurde parlando’s in Tom Barmanstijl de zaal in te preken en dat alles drijvend op een bedje van electro. De band wist het publiek wel te bespelen, na ‘Misses’ volgden enkel nog rockers met genoeg ruimte voor elk lid om zijn kunstje te doen. We kregen de danspasjes van de bassist geserveerd, de gitarist headbangde dat het een lieve lust was en zanger Antoine Wielemans waagde zich aan zijn – naar eigen zeggen – eerste en al bijna fatale crowdsurf. Praten, dat deed de groep niet veel, maar eigenlijk hadden ze aan het enige woord Nederlands dat Antoine kent genoeg om de festivalgangers ook nog eens een strik om te doen: “hoeren”.
And So I Watch You From Afar is een combo met weinig zin voor of nood aan nuance. Meer hardcore dan postrock wisten ze zelfs in de naar hun normen rustige delen van hun nummers nog de zenuwslopende dreiging van een nakende bomontploffing over te brengen. Hard zijn kunnen ze als de besten – we horen nog altijd die machinegeweerdrums – maar spijtig genoeg is het opvullen van die kalme momenten niet hun sterkste kant. Wij telden een paar seconden koebel, legio op elkaar gelijkende gitaarriedels, en vooral heel veel soundscapes die de show te voorspelbaar maakten. Verder zwijgen we over de jongens uit Belfast, want de borstkas van de drummer, daar konden we twee keer in, en we vermijden liever kwade Ieren.
Iets gemoedelijker zagen de leden van Dead Ghosts eruit. De Belgische man in black Daan had de meeste van zijn hits al retestrak gespeeld terwijl de jongens een kwartier rondhingen op het kleine podium. Nadat schijnbaar de beslissing gemaakt werd om de zanger-gitarist te gaan wekken begonnen ze er eindelijk aan. Niet lang daarna moest de andere gitarist zijn bril al op rust stellen wegens bedompte ruiten. Op een paar nummers tijd veranderde café De Zwerver in The Cavern van de jaren vijftig. Zweet- en dranklucht vermengden zich en de band jaagde hun harde surfrock à la White Fence of The Animals erdoor aan een indrukwekkend tempo. Het is muziek die niet moeilijk te begrijpen is (de songs dragen eerder kenmerkende titels als ‘I want you back’, ‘She likes it’, ‘You’re Gonna Miss Me’ of ‘You don’t belong’), het punkgehalte was hoog, en toen een ontblote man van middelbare leeftijd erop stond zijn oren aan de monitor te drukken wisten we het zeker: het was alledaags legendarisch.
Behalve gisteren raden we je niet aan naar het licht aan het einde van de tunnel toe te gaan, maar voor Squarepusher konden we een uitzondering maken. Zijn lichtshow trok ons aan als vliegen op de stroop. Naarmate we dichterbij kwamen, werd het ons echter duidelijk dat de liveset van Thomas Jenkinson vooral gericht is op drum-‘n-bass en weinig ruimte laat voor de elektronische composities die hij op zijn albums tentoonspreidt. Een hapklaar aperitiefhapje voor Tiga dus, want het publiek danste enthousiast terwijl een nummer als ‘Dark Steering’ verzandde in harde beats en de melodie nauwelijks boven het elektronische geweld uitkwam. Wij keken weer verwachtingsvol op toen de man – die een helm van Daft Punk lijkt geleend te hebben – zijn oude getrouwe zessnarige bas tevoorschijn haalde. En we werden niet teleurgesteld, de rest van de set kon wie goed luisterde getrakteerd worden op lange basjams. Squarepusher baste, tapte en slapte erop los en deed zijn reputatie als virtuoos alle eer aan terwijl ook de beats lustig verder hakten. Spijtig genoeg kon enkel wie de nuances naarstig zocht die ook daadwerkelijk vinden, en dus bleef de show onbeslist steken in die tweespalt tussen het plezieren van het dansende publiek en het plezieren van de luisteraar.
Leffingeleuren programmeert vandaag en morgen nog onder meer The Horrors, Arno en A Place To Bury Strangers. Klik hier voor tickets, het volledige programma en verdere info.