Terwijl overal in Europa raves worden opgedoekt, trekt de legale muziekmachine zich krakend op gang. De cultuursector kleurt bont en blauw, maar dat vergeten we wanneer we ons een weg banen naar het eerste mid-coronaconcert. De achtergrond van het podium daarentegen kleurt kunstgrasgroen en dat is volledig te danken aan de mensen achter Inuit, die Camille Camille uitnodigden in het OHL stadion. Camille Willemart, finaliste van de Nieuwe Lichting 2019, bijt zo de spits af van een zomer waarbij we terug vanachter onze laptop vandaan mogen komen.
Foto’s door Roel Renmans
Het voelde allemaal wat onwennig aan: een ingang van het voetbalstadion dat open staat (is het hier?), een departement met stoeltjes waar iedereen zich, zij aan zij met vrienden, verder verwijderd van vreemde bubbels, een plek zoekt (mag ik hier?) en bovenal, tientallen mensen die – op veilige afstand – samen klitten in de oksel van een 10.000 zitjes tellende stadion voor één concert.
Ook voor de jonge Brusselse die zichzelf enkel op gitaar begeleidde, voelde het ongewoon aan. “Horen jullie mij wel?” vroeg ze na haar eerste nummer. Terecht, want haar stem droeg niet ver en wie helemaal bovenaan de tribune zat, miste zo flarden van haar eerste nummer waarbij ze iedereen het zwijgen oplegde met haar gitaargetokkel en een dromerige stem die succesvol alle kanten uitschoot.
Het publiek was wel zo stil als het kon zijn. De blikjes werden tijdens nummers niet opengedaan, het linkerbeen zeer voorzichtig over het rechterbeen geschoven en de hoestjes opgespaard voor de pauzes. Na twee nummers bracht ze ‘White skies waltz’, één van haar twee uitgebrachte singles. “Tijd voor iets meer upbeat,” besloot Willemart. Iemand in de tribune ontkurkte een fles (zei ik al dat het stil was?) en de toon was gezet.
Uitblinken deed de twintiger toch vooral met haar meer rustigere folkmuziek waarin ze toonde hoe ze haar woorden op de juiste momenten plaatst met soms een welgekozen aarzeling, hoe ze emoties in haar teksten legt door haar overslaande stem (hartje ‘Strawberry moon’) en hoe ze haar ‘aah’s’ laat uitwaaieren totdat er een Tamino-achtig mysterie ontstaat. Wanneer ze dan toch net iets harder tegen haar gitaar aansloeg, leek het als we ontwaakten uit een droom.
De singer-songwriter beloonde het publiek met een extra nummer. Na enkele akkoorden schoof ze haar capo een plekje op zodat het wel juist klonk en begon grinnikend opnieuw. We kregen een ‘Indieskeepingsecrets’-vibe (misschien volgende keer toch met versterker en microfoon, denk aan de muziekmachine?) waarbij opkomend talent kan worden ontdekt op niet-conventionele plekken. We mochten dan niet erg dicht tegen elkaar aan kruipen, maar het leek net alsof zowel Inuit als Camille Camille zo’n gigantische terrasverwarmer hadden verstopt die rechtstreeks straalde op de linkerborststreek.
Inuit organiseert aankomende zomer nog optredens in en rond Leuven.