Big Thief heeft zich in sneltempo naar de top van de indie folk opgewerkt. In 2019 brachten ze met ‘Two hands’ en ‘U.F.O.F.’ twee albums uit die het beide tot onze eindejaarslijst met beste albums van 2019 schopten. Daarna volgden zeer succesvolle soloprojecten, waarvan frontvrouw Adrianne Lenkers ‘Songs’ met kop en schouder bovenuit stak. Begin dit jaar had de band alweer een volgende voltreffer klaarliggen met ‘Dragon new warm mountain I believe in you’. Reden te meer voor een Europese tour, die door het uitstellen van hun zaaltour naar de festivalperiode een wel erg druk verloop kent.
Voorprogramma KMRU mocht het plubiek opwaren. Dat deed hij op een bijzonder eigenzinnige manier: met ambient muziek gemaakt van samples van versleten akoestische instrumenten. Het resultaat van dit technisch hoogstandje was een hele hoop herrie die ons alvast snel naar de intieme setting van de hoofdact deed verlangen.
Shows van Big Thief zijn altijd spannend. Zo is de setlist steeds sterk variabel. Hoewel er op andere shows deze tour steeds plaats was voor solowerk van Lenker, ontbrak dat deze keer. Die leegte werd opgevuld door wat meer oud materiaal te brengen, zoals van debuutplaat ‘Masterpiece’.
Eigen aan Big Thief is dat de lyrics steeds een centrale rol hebben. Ondanks dat de tekst in de openingsnummers door een nonchalante soundmix niet altijd goed verstaanbaar was, werden we in het verdere vervolg van de set meermaals getrakteerd op diepe teksten. Al hoefde het zeker niet altijd even moeilijk te zijn. Zo blonk ‘Change’ uit in zijn simpelheid. In het nummer mijmert Lenker over alledaagse dingen als wind en water, waarna ze met een huiverende stem terugkeerde naar haar vertrouwde thema liefde: “Could I feel happy for you/When I hear you talk with her like we used to?/Could I set everything free/When I watch you holding her the way you once held me?”.
Ondanks de intieme setting was het nergens slaapverwekkend. Lenker had haar akoestische gitaar uit studioversies dan ook omgeruild door een elektrische. De uithalen van Lenker en haar bandleden zorgden er voor dat het publiek steeds attent was. Zo explodeerde Lenker in ‘Not’ door de longen uit haar lijf te tieren. Iets gelijkaardigs deed ze verderop op ‘Love Love Love’ door “When I’m scared to die alone. That’s when I call you on the phone” te brullen. Al was het toch wanneer ze -zoals bijvoorbeeld op ‘Dried Roses’- haar akoestische gitaar erbij pakten dat ze het meeste uit deze intieme avond wist te halen.
Liefde was dus een sterk terukerend thema gedurende de set. Ondanks dat had Lenker niet veel gevoel voor verbinding buiten haar nummers. Haar bindteksten waren haast onbestaande en steeds heel droog. In de set was er ook geen plaats voor een uitgebreid toegift. Teken dat er toch enige vermoeidheid in de band is gekropen na deze slepende zaal- én festivaltour? Al speelden de bandleden zeker nog met zichtbaar plezier. Zo werd op setafsluiter ‘Spud Infinity’ Lenkers broer erbij gehaald om met de befaamde mondharp een knipoog aan folklore te geven. Toch wist de band vooral in hun meest fragiele nummers met hun tedere muziek en de intieme setting een gevoelige snaar bij elke toeschouwer te raken.