Elke vrijdag draait de release-radar van menig muziekliefhebber overuren. Om niet verloren te lopen in Facebookfeeds en Soundcloudprofielen hebben wij de nieuwe albums van deze week voor jullie in een lijstje gegoten.
American Football – American Football (LP3)
Met zijn debuut leverde American Football in 1999 een fantastische emoplaat af, die bovendien over een langere houdbaarheidsdatum bleek te beschikken dan het einde van de puberteit. Vijftien jaar later keerde de band terug met ‘LP2’, een ware trip down memory lane die qua stijl geen duimbreed afweek van z’n voorganger. Thans laat de band rond Mike Kinsella ‘LP3’ op de wereld los, zónder het iconische huis op de hoes dit keer. Of ook in de muziek zo’n ommezwaai valt op te merken, kan je vanaf vandaag zelf vaststellen. (Stan)
Apparat – LP5
Nu het huwelijk genaamd Moderat (tijdelijk?) ontbonden is, kunnen beide protagonisten terug hun eigen ding doen. Was Modeselektor al die jaren de seks in de relatie, dan was Sascha Ring alias Apparat eerder het equivalent van een knus televisie-avondje in de zetel. Eerst genoemde bracht onlangs het puike ‘Who else’ uit, nu is het de beurt aan Apparat met ‘LP5’, hun – nu ja – zesde album. Naar goede gewoonte mikt single ‘Dawan’ meer op de hersenen dan op de benen en is Radiohead nooit veraf. (Kevin)
Bonfire Lakes – Dead people ep
Een jaar geleden verloor Marino Roosen zijn vader na een slepende ziekte. Met ‘Dead people ep’ schreef de zanger van Bonfire Lakes het verdriet van zich af. Exact een jaar na de release van debuutalbum ‘Leaves’ is de Limburgse zo terug met nieuw materiaal en een nieuwe bezetting. Met melancholische zanglijnen en arrangementen à la Songs: Ohia zijn duysterfans gewaarschuwd: hou de zakdoekjes bij de hand. (Quinten)
La Dispute – Panorama
Oorspronkelijk stond La Dispute bekend om z’n viscerale, hartverscheurende post-hardcore, maar vijf jaar geleden liet de band op ‘Rooms of the house’ een subtieler geluid horen. Weg waren de emotionele verhalen over kindersterfte en dergelijke zaken, maar dat wil niet zeggen dat de muziek geen emotionele impact had. Tekstenschrijver Jordan Dreyer wist uit de kleine dingen des levens minstens even interessante verhalen te puren, en bij deze kleinere aanpak hoorde ook rustigere instrumentatie. Nu is de vijfkoppige band met ‘Panorama’ eindelijk terug en de vooraf geloste singles lijken aan te geven dat deze evolutie verder gezet wordt. De nummers barsten van de onderhuidse spanning en de schreeuwerige uitbarstingen van Dreyer worden beperkter ingezet, maar wanneer ze te horen zijn missen ze hun impact niet. (Tobias)
Lafawndah – Ancestor boy
Met haar debuutplaat ‘Ancestor boy’ poogt Warp-affiliate Lafawndah zichzelf en haar eigen label Concordia op de kaart te zetten. We zien het haar graag proberen, want de Iraans-Egyptische r&b-singer-songwriter barst van het talent dat door onder andere de programmatoren van Out The Frame bevestigd kan worden. Verwacht je aan zanggeweld zoals dat van vriendin Kelela en half-landgenote Sevdaliza begeleid door productie die niet zou misstaan op een ritmischere FKA Twigs-plaat. Mis dit album en haar performance 23/03 in de Vooruit dus zeker niet. (Anton)
Lip Service – People’s people
Voor Momma Said So de naam adopteerde, was Lip Service een Schotse dramaserie die de representatie van lgbtqia+ op de BBC moest verbeteren. De reeks werd na twee jaar stopgezet. Lip Service – de West-Vlaamse band – doet het beter: als Momma Said So wonnen ze in 2016 De Beloften, twee jaar later schopten ze het in een nieuwe formatie tot de halve finale van Humo’s Rock Rally. Op de tegendraadse indiepop van de eerste singles schuifelen britrockers en popsuckers alike. (Milena)
Lucy Rose – No words left
Lucy Rose heeft een verleden bij Bombay Bicycle Club, maar ondertussen heeft ze ook solo al heel wat muziek naar buiten gebracht. Dat doet ze in ware indie-style, want ze schudde haar grote platenfirma van zich af. Op haar vierde soloplaat laat ze je met behulp van piano en gitaar en vooral haar breekbare stem sprakeloos achter. (Mattias)
Nilüfer Yanya – Miss universe
Nilüfer Yanya bewandelt op haar debuut zoveel verschillende genres dat het bijna een kunst op zich wordt. Nochtans lijkt elk puzzelstukje op deze plaat op zijn plaats te vallen, wat een puik coherent album en de lofzangen van onder andere BBC helemaal rechtvaardigt. (Yannick)
Pink Room – Zum kotzen
Wie single ‘Wasted’ al beluisterde, wist meteen dat het debuutalbum van het Gentse Pink Room geen doorsnee vanille plaat zou zijn. Integendeel, acht luide songs vol daverende garage trash waarbij de ene je al wat harder bij de haren snokt dan de andere. (Catherine)
Shlohmo – The end
Op de ‘Rock music ep’ liet Shlohmo alvast het eerste én het laatste nummer van zijn nieuwe plaat horen. Zo reisden we in sneltempo van apocalyptische witch house – een lofi-voortzetting van zijn laatste album ‘Dark red’ – naar de serene stilstand van ‘Still life’. Het derde album ‘The end’ vertelt namelijk het verhaal van iemand die in alle kalmte het einde van de wereld aanschouwt, en dat horen we inderdaad liever op een langspeler. (Staf)
Strand Of Oaks – Eraserland
Na ‘Hard love’ in 2017 en ‘Harder love’ in 2018, vroegen wij ons al luidop af hoe de volgende plaat van Strand Of Oaks zou heten. De tien euro die we ingezet hadden op ‘Hardest love’ ten spijt is de keuze gevallen op ‘Eraserland’. Timoty Showalter kreeg op dit album de hulp van My Morning Jacket-gitarist Carl Broemel. Opener ‘Weird ways’ scheerde al hoge toppen en ook de rest van het album moet zeker niet onderdoen. (Daan F)
Tamaryn – Dreaming the dark
De Nieuw-Zeelandse Tamaryn Brown borduurt met haar vierde langspeler verder op de elektronische sound die ze met haar voorlaatste plaat ‘Cranekiss’ reeds inzette. In de dreigende bassen en etherische gitaren horen we vooral echo’s van de klassieke 4AD-sound (in de tijd dat Cocteau Twins de plak zwaaide) en The Cure, maar het zijn de vocale prestaties van Tamaryn zelf die de hoofdrol opeisen in deze gotische popmuziek. (Martijn)
These New Puritans – Inside the rose
These New Puritans heeft zich de afgelopen 15 jaar als een van de meest onnavolgbare Britse bands op de kaart gezet. In drie albums hebben de broers Barnett zich in drie radicaal verschillende richtingen gewend, die telkens op hun eigen manier uitermate boeiend waren. Met de fragmentarische aanpak van ‘Beat pyramid’, het imposante slagwerk op ‘Hidden’ en de geduldige, magistrale en orchestrale pracht van ‘Field of Reeds’ heeft de band zich al op verschillende fronten bewezen, telkens op een tegendraadse manier. De singles voor nummer vier voorspellen alvast een plaat die zich met dat rijtje kan meten. (Pascal)
Vendredi sur mer – Premiers émois
“Écoute chérie / J’ai pas le temps”: Vendredi Sur Mer tegen een schelpvormige telefoon. Even later eet ze sushi van een levende (en naakte) tafel in een idyllische Hans-en-Grietje-decor. De clip voor ‘Écoute chérie’, de eerste single van ‘Premiers émois’, sluit naadloos aan bij de sterke visuele component van debuut-ep ‘Marée basse’. Charline Mignot is niet voor niets fotograaf. Met het hart op de tong zingt de Zwitserse over meisjes, jongens, seks en verlangen. (Milena)