Er is al veel gezegd en geschreven over Sean Bowies mysterieuze persona en het daarbijhorende breed spectrum aan genres waar deze multi-instrumentalist al naam in heeft gemaakt. Des te interessanter is het dan ook dat er onder diens alias Yves Tumor een definitieve richting qua geluid ingeslagen lijkt. Op hun nieuwste Warp-release ‘Praise a lord who chews but which does not consume; (or simply, hot between worlds)’ trekt die namelijk de lijn van de gitaarexperimenten verder door met knipogen naar de laatste 50 jaar gitaargeschiedenis.
Zo is het niet moeilijk op de single ‘Heaven surrounds us like a hood’ de psychedelische invloeden van een Jimi Hendrix horen of Prince-achtige theatraliteit op glamrockafsluiter ‘Ebony Eye’. Met het instrumentale ‘Purified by the fire’ laat de Amerikaan dan weer de ’70s vibe van eerdere werken clashen met de eveneens uitgeprobeerde, avantgardistische elektronica à la ‘New slaves’ van op Kanye’s Yeezus. Dergelijke buitenbeentjes zijn er schijnbaar slechts in gestoken opdat je niet vergeet wat de artiest wel niet allemaal in hun mars heeft.
De hoofdmoot van het album heeft Tumor gewijd aan diens eigentijdse interpretaties van de twee postpunkgolven van de ’80s en 00’s. Bands als The Strokes, de jongens van Joy Division en misschien wel een beetje Vampire Weekend lijken hier niet misplaatst om als invloeden op te lijsten. Zo zou leadsingle ‘God is a circle’ wellicht eveneens als promomateriaal voor ‘This is it’ worden gebruikt. De baslijnen van ‘Fear evil like fire’ en het sterke ‘Lovely sewer’ zijn onmiskenbaar geïnspireerd op die van Peter Hook en Ezra Koenig zit schijnbaar achter de knoppen op ‘Echolalia’. Desondanks weet Tumor het toch nog fris en uniek te houden mede dankzij diens herkenbare stemgeluid. Nergens past die overigens beter dan op uitblinker ‘Meteora blues’ waar shoegaze en Deftones-achtige gitaarriffs het interessantst gecombineerd worden.
Opnieuw wordt duidelijk dat ook deze Bowie van alle markten thuis is, zonder daarbij een greintje originaliteit te verliezen. Laat het bovendien niet verbazen dat de gitaarrevival hiermee binnen de alternatieve muziekscène helemaal geherlanceerd lijkt. ‘Praise a lord who chews but which does not consume; (or simply, hot between worlds)’ mag dan een ellenlange titel zijn, je mag er zeker van zijn dat ze nog vaak over de tongen zal gaan.