Vince Staples is a cocky dude. Da’s wel het minste dat over de Californische rapper gezegd kan worden. Nadat hij eerder dit jaar een crowdfunding voor zijn pensioen gebruikte als promo voor zijn single ‘Get the fuck off my dick’, dropt hij nu uit het relatieve niets ‘FM!’. Een tweet een weekje op voorhand hier, een Instagrampost daar en de melding dat het een album was voor zijn grootste fan: zichzelf. Hier bij ons zweren we bij ‘steek je hoofd niet boven het maaiveld uit’, maar daar heeft Staples lak aan.
‘FM!’ is een logisch vervolg op zijn voorgaande albums. ‘Summertime ‘06’ was de doorbraak, doch miste achteraf gezien misschien wat focus. Het vorig jaar verschenen ‘Big fish theory’ bevestigde zijn plaats in de rapgame en liet zien dat Staples zijn kunsten duchtig aangescherpt had. Met ‘FM!’ brengt hij opnieuw een sterk staaltje muziek uit. Met de nadruk op staaltje. Iets meer dan 22 minuten telt het album, wat het meer een veredelde ep maakt. Van de elf nummers vinden we er ook twee terug die we moeilijk anders kunnen omschrijven dan skits van Earl Sweatshirt en Tyga, wel beiden met nieuwe rapbars.
Een serieus tempo dus dat Staples aan de dag moet leggen. Zijn flow is er uitermate geschikt voor. ‘Feels like summer’ is een schoolvoorbeeld van hoe hij werkt: een monotone, simpele beat die als grondlaag dient, waarover Staples steeds weer onze aandacht weet vast te houden met zijn snedige raps. Tel daarbij nog eens een fijne hook, in dit geval eentje van de stembanden van Ty Dolla Sign en hupsakee, daar heb je het succesrecept.
Hapklare rapliedjes is niet het enige waar Staples zich in specialiseert. In minder dan een halfuurtje pompt hij enorm veel verschillende klanken en bars door de speakers. Staples heeft slechts één versnelling en dat is vooruit met de geit. Van het anthemachtige ‘Don’t get chipped’ tot ‘No bleedin’, waar zijn kruissnelheid prachtig werkt naast Kamaiyah. Ook zijn eeuwige liefde voor zijn heimat, North Long Beach California, is hier weer erg aanwezig. De dualiteit van de nooit eindigende zomer en het altijd woekerende vuurwapengeweld is een immer wederkerend thema.
Iets wat Kenny Beats, die de productie in handen nam, goed snapt. Waar de kritiek op hiphop dezer dagen al te vaak is dat de teksten er niet meer toe doen en enkel de flows nog tellen, snoert dit duo iedereen hardhandig de mond. Staples weet als geen ander gitzwarte, sardonische teksten te brengen met een zodanige flow dat het haast vrolijk lijkt. Dat Kenny Beats dat contrast nog meer weet uit te rekken met zijn beats die uitnodigen tot het placeren van danspasjes, maakt het des te indrukwekkender.
Ondanks de geringe lengte van ‘FM!’ is het wel een essentieel album in de carrière van Staples. In de verte doet het wat denken aan ‘Yeezus’ van Kanye West. Niet geluidstechnisch, maar beide albums hebben dat ‘last minute onafgewerkt’ gevoel. Van ‘Yeezus’ is geweten dat West in laatste instantie zijn raps opnam, wat het geheel een soort baldadig indie-gevoel meegaf. Hetzelfde kan gezegd worden van ‘FM!’, met de vele radioskits waarbij we onze tanden voorzichtig bloot lachen. En dan tellen we de op Greenday hun ‘Dookie’ geïnspireerde cover niet eens mee. Splinterbom van jewelste levert Staples weer af. Spijtig dat het zo rap gepasseerd is.