In mei 2021 gooide Thom Yorke een eerder sinister gedicht van Ted Hughes op zijn Instagram. Hoewel Yorke nooit vies was van cryptische boodschappen, werd opnieuw de aandacht van vele fans meteen gewekt. Drie dagen later stond The Smile prompt als special guest op de benefiet-editie van Glastonbury en was het kind geboren. Gedurende de show, waarbij de band al zowat de helft van ‘A light for attracting attention’ voorstelde, verklaarde Yorke evenwel de betekenis achter de naam van de band; “Not the Smile as in ha ha ha, more the Smile of the guy who lies to you every day.”
Wie een béétje mee is in de Radiohead/Thom Yorke-lore, weet dat The Smile verre van een alleenstaand geval is. Sterker nog, de plaat is gevuld met allerhande knipogen die je doen terugbladeren naar eerdere Yorke-projecten. Al zetten ze ook aan het denken naar wie of wat bepaalde boodschappen precies gericht zijn. Het meest voor de hand liggende voorbeeld op de plaat, afgaande op de titel alleen al, is ‘You will never work in television again’. Een nummer geschreven over invloedrijke mannen in allerhande industrieën die vrouwen misbruiken en het zwijgen opleggen, or else. Denk maar aan de fameuze seksfeestjes van Jeffrey Epstein en co waarbij men nog steeds het fijne van de affaire tracht te achterhalen.
Dichter bij huis doet de track denken aan de schandalen rond The Voice of Holland, of nog recenter hoe een man lacherig verkrachting bekende op televisie en ermee weg kon komen. “All thosе beautiful young hopes and dreams / Devoured by those evil eyes and those piggy limbs / You sad fuck, you throw small change / Take your dirty hands off my love“, sneert Yorke. Ook in ‘Hairdryer’, waarschijnlijk een referentie naar deze virale video, heeft ie het gemunt op een ander varken.
Wanneer Yorke niet sneert, klinkt hij alarmerend. Wederom. Yorke heeft namelijk een long-list van protestnummers doorheen zijn carrière opgebouwd. In ‘The smoke’ klinkt hij echter geënerveerd, hoopvol bijna. Hij gebruikt self-immolation (jezelf voor religieuze of politieke redenen in brand zetten) om via the smoke die je achterlaat anderen aan te wakkeren voor jouw zaak. In het nummer lukt het ook effectief om mensen op die manier te verenigen. Op ‘Open the floodgates’ klinkt Yorke dan weer zelfbewust. Een beetje zoals hij een hele tijd lang weigerde om ‘Creep’ nog live te spelen na het grote succes van de song.
De soundscapes op het nummer zijn schitterend. De minimalistische ritmesectie, de licht buzzing synths van Greenwood en de prachtig georkestreerde pianoballade van Yorke zorgen voor één van de hoogtepunten op de plaat. Het nummer leidt bovendien heerlijk ‘Free the knowledge’ in. Nog eentje die je op je ziel trapt en waarbij Yorke meer direct is. “Free in the knowledge / That one day this will end“, klinkt het in de eerste seconden van het nummer.
Instrumentaal schippert The Smile bij momenten tussen de hoogtepunten van Yorkes discografie. Elders vragen we ons enigszins gemakkelijkshalve af of sommige nummers ooit eens gepland waren als Radiohead b-kantje. De schrijftafel van Yorke is zo indrukwekkend en groots dat half afgewerkte nummers vele jaren later nog steeds kunnen terecht kunnen komen op een nieuw album. Een nummer als ‘True love waits’ was bij fans al jaren bekend, maar kreeg pas op ‘A moon shaped pool‘ eindelijk een studio-versie. Nummers als ‘Pana-vision’ en ‘Speech bubbles’ doen dat gevoel rechtstreeks opwellen. ‘Skrting on the surface’ zit dan weer sinds 2009, of veel vroeger, al in de pijpleiding. Een nummer dat overigens nérgens lijkt heen te gaan.
Dat hoeft niet per se slecht te zijn. Al doet het wel nadenken over de gekunsteldheid waarmee de plaat aan elkaar werd gelijmd. ‘A light…’ schippert namelijk iets te vaak tussen zwart en wit. Eens hoor je de heerlijk funky, jazzy instrumentatie van Skinner doorschemeren. ‘The opposite’, ‘Thin thing’ of ‘The smoke’ zijn daar enkele voorbeelden van. Elders klinken tracks zoals albumopener ‘The same’ of ‘Speech bubbles’ als een huwelijk tussen Yorke en Greenwood. De twee filmcomponisten vinden elkaar natuurlijk prima in white noise en de engelachtige vocals van Yorke. Toch valt de veelheid hiervan in de tracklisting minder te rijmen met het post-punk getinte ‘We don’t know what tomorrow brings’ of ‘You will never work in television again’.
In al die jaren is The Smile pas het allereerste project waar Thom Yorke en Jonny Greenwood elkaar opnieuw vinden, naast hun werk in Radiohead. Dit leidt op ‘A light…’ tot enkele pareltjes. De rol van Sons Of Kemet- en Floating Points-drummer Tom Skinner mag bovendien zeker niet onderschat worden. De man zorgt voor een zekere warme gloed over de bekoelde elektronisch getinte ballads. Toch heeft de plaat wat productionele hick-ups en klinkt het niet overal even consistent. Tekstueel is het concept van het album vrij duidelijk. Via de tracklisting soms een pak minder. Jammer, want het album had het potentieel om zich in de hogere echelons van Yorke te manifesteren.
The Smile speelt deze zomer op TW Classic en op Down The Rabbit Hole. Tickets zijn te vinden op de websites van beide festivals.