Suvi maakt wat in de eerste helft van het decennium grotendeels omschreven werd als ‘blogpop’. Het is dan ook op blogs – en bij ons – dat de Fins-Zweedse artieste tamelijk wat buzz creëerde met de twee singles ‘Bleeding for your love’ en het prachtige ‘Find you’. Met de glinstering die die nummers uitstraalden werd echter al snel duidelijk dat een term als ‘blogpop’ de lading niet dekte, daar klonk alles toch te eigenzinnig voor. Vermelde singles vormden een voorbode voor een debuutalbum dat in 2015 stond te verschijnen. Een burn-out stak daar echter een stokje voor, en het project belandde even in de koelkast.
Vier jaar later kunnen we wel zeggen dat de bewaardatum van ‘Mad at heart’ nog lang niet verstreken is. Ondanks dat ‘Bleeding for your love’ en ‘Find you’ hier ook nog van de partij zijn – respectievelijk zes en vijf jaar na datum – slaagt Suvi er nog steeds in om fris te klinken.
Toen in december vorig jaar ‘Come out and play’ nog vrij geruisloos als single gelost werd, voelde dat aan als thuiskomen. De artieste heeft nog altijd haar über-Zweedse gevoel voor dromerige popmelodieën door haar aderen stromen, en een voorliefde voor een klassevol, licht georkestreerd en dromerig geluid. Het nummer dient meteen als opener op ‘Mad at heart’, gevolgd door ‘Avion’, waar ze diezelfde sound aandikt met electronica en meer punchy drums, maar spijtig genoeg ook met een nogal misplaatste bijdrage van Harrison Miya.
‘Avion’ is niet het enige moment waar Suvi de bal misslaat. ‘Oblivion’ springt er wel tussenuit als waarschijnlijk het meest straightforward popmoment, maar wordt eveneens vergald door een melige misstap. Fluiten zonder dat het corny wordt, het is weinigen gegeven, en ook Suvi ontsnapt de vloek niet. Verder voelt ‘Balloons’ tegenover de omringende nummers aan als een weinigzeggend tussendoortje en is ‘Summer drama’ een vrij uitgebluste afsluiter.
Het goede nieuws is echter dat daarmee alle zelfdestructieve kantjes van ‘Mad at heart’ zijn opgenoemd. Hoewel Suvi nergens anders op de plaat de magie van ‘Find you’ evenaart, komt ze verschillende keren toch heel dichtbij. Het titelnummer is zweverig, maar op een rechttoe-rechtaan manier even wervelend. ‘One for my love’ en ‘Northern lights’ zijn minstens even vurige oorwormen en ‘Bad company’ doet met een verstoorde baslijn wat ‘Avion’ probeert met een beter resultaat.
We onthouden na ‘Mad at heart’ vooral een oerdegelijke popplaat van een artieste met een singulier stijlvol geluid en zin voor uiterst bekoorlijke refreinen. Hoewel alles eigenlijk heel 2014 klinkt, kan het ook vijf jaar later nog perfect gesmaakt worden, met dank aan de zinderende melodieën en rijke producties.