Opgaven zijn er in alle soorten en maten. Het goed onder woorden brengen van een volledig subjectief oordeel over een album behoort sowieso al tot de moeilijkere variant, maar het wordt er zeker niet gemakkelijker op wanneer de langspeler in kwestie is uitgebracht door een artiest die zichzelf S noemt. Een zoektocht naar achtergrondinformatie is redelijk kansloos als het gaat om een letter die slechts twee punten waard is bij Scrabble. Natuurlijk is er echt wel het één en ander te vinden online, maar de moed zakte ons bij voorbaat al in de schoenen. Laten we het daarom maar eerst over de plaat zelf hebben.
Om direct met de deur in huis te vallen, de muziek van S kan het beste worden omschreven als “onspectaculair”, “10 jaar te laat” en “gekopieerd van andere artiesten”. Dat is allemaal geen malse kritiek, maar het is wel op zijn plaats in het geval van ‘Cool choices’.
S is het solo-pseudoniem van Jenn Ghetto, een voor velen obscure zangeres en multi-instrumentalist van het nog vele malen onbekendere Carissa’s Wierd. Jenn heeft er een gewoonte van gemaakt om liedjes te schrijven over dingen die haar privé zijn overkomen. Denk hierbij aan jongens die haar niet hebben terug gebeld of vriendjes die zijn vreemdgegaan met andere deernes. Boe hoe hoe, het is me toch een drama allemaal. Voor Ghetto is het kennelijk allemaal ernstig genoeg om er een berg dramatisch klinkende songs over te schrijven. Een groot verschil met haar eerdere werk (dat terug dateert tot 2004) is dat de productiewaarden aanzienlijk zijn verbeterd. In plaats van alles zelf op te nemen in haar slaapkamer, ongetwijfeld huilend en zakdoekjes verzamelend, is ‘Cool choices’ in een studio opgenomen onder de bezielende leiding van Chris Walla. Wanneer je het dan toch zo nodig vindt om jezelf met een mantel van zelfmedelijden te omwikkelen, laat het dan op zijn minst goed klinken, dat zal waarschijnlijk het idee zijn geweest. Het inschakelen van de Death Cab For Cutie gitarist doet inderdaad wonderen voor het geluid. Zo is er gelukkig toch nog iets positiefs te melden, want over de rest zijn we namelijk niet zo mild.
Cool choices’ opent nog hoopgevend met ‘Losers’, een klein liedje waarbij de vocalen vrijwel alleen begeleid worden door donker pianospel. De opbouw van het nummer is fraai, maar toch bekruipt, met name door de zang, direct het gevoel dat we dit al eens eerder hebben gehoord. Het lijkt toch verdraaid veel op iets van Suzanne Vega. Opvolger ‘Like gangbusters!’ geeft eveneens hoop. Het is uptempo poprock met een heel aardig refrein en fijne gitaren. Toch ook nu weer, hebben we dit niet al eens eerder gehoord? De zang lijkt deze keer werkelijk sprekend op die van Elizabeth Powell van Land Of Talk. En die inventieve gitaarloops, die zijn helemaal niet zo origineel wanneer je al eerder iets hebt gehoord van vrijwel elke willekeurige poprock act sinds begin 2000. Op ‘Pacific’ maakt Jenn het wel heel erg bont, door een piano-intro van Agnes Obel noot voor noot te stelen.
Zoals hierboven beschreven gaat het maar door en door. Bij een eerste luisterbeurt van ‘Cool choices’ heeft de burger nog moed en heb je het gevoel dat het allemaal wel goed zal komen met S. Maar bij de tweede luisterbeurt wordt het al snel duidelijk; dit is oude wijn in nieuwe zakken. Muzikaal is het zeker niet slecht, maar het is vooral zinloos. Zinloos in die zin dat het een herhaling van (andermans) zetten betreft. Eigenlijk is het gewoon zonde van de tijd, en als het om nieuwe muziek gaat is er bijna niets kwalijker dan dat.
Album verdeeld door Konkurrent