Uit het niets kwam Rustie met een opvolger voor zijn eerder matig onthaalde ‘Green language’. Ondanks die geflopte tweede kan de Schot nog steeds op onze aandacht rekenen. Dit is enkel en alleen door het geniale ‘Glass swords’, waarop hij trap ongeveer op zijn eentje uitvond (al heeft het genre ook veel te danken aan TNGHT). ‘Green language’ verkende nieuwe paden, maar ‘EVENIFUDONTBELIEVE’ keert resoluut terug naar het begin.
Opener ‘Coral elixrr’ doet evenwel anders vermoeden. De rustige song heeft duidelijk elementen van echte instrumenten, maar blijkt enkel een opwarmertje te zijn voor wat volgt. Vanaf de dolfijn in ‘First mythz’ schiet het album in overdrive. Helaas slaat de meter iets te ver door. De eerste helft wordt gekenmerkt door harde beats, rondstuiterende hoge tonen en ietwat voorspelbare drops. Het is pas vanaf ‘Morning starr’ dat de mechanische drums onbewust de hoofdrol op zich nemen, waardoor eindelijk eens verder dan de ruis van andere blieps en bloops kan gekeken worden. Hierdoor ontpoppen de volgende nummers zich tot knallende feestplaten. ‘Death bliss’ gaat op datzelfde elan verder. Het is opnieuw dat tikkeltje minder hyperkinetisch, waardoor het zo op ‘Glass swords’ had kunnen staan. Uiteindelijk eindigt Rustie’s derde met enkele beatloze rustpuntjes. ‘Emerald tabletz’ is in dat opzicht beter geslaagd en netter uitgewerkt dan de meeste nummers van ‘Green language’. Al is rustpunt natuurlijk relatief: het knettert er nog steeds op los, enkel wat minder hard.
‘EVENIFUDONTBELIEVE’ is Rusties terugkeer naar relevantie. Het krediet dat hij met ‘Green language’ verspeelde, wordt hier gedeeltelijk terug aangevuld. Toch keert hij niet terug naar een niveau vanop ‘Glass swords’. Daarvoor is dit album te veel gericht op EDM-aandoende drops en klinken de nummers soms niet helemaal afgewerkt. Te vaak zijn ze zodanig druk dat ze zelfs op een dansvloer aan overkill doen. Gelukkig toont de producer in de laatste helft van het album waarom hij nog steeds een belangrijke stem is in zijn niche. Het is namelijk een glorieuze terugkeer naar alles wat ‘Glass swords’ zo goed maakte. Op zich is het jammer dat Rustie, behalve de enkele keren waarop hij live-instrumentatie gebruikt, weinig vernieuwend overkomt. Dat is echter niet zo erg, aangezien hij in plaats daarvan terugkeert naar de basis van zijn muziek.