Wij zijn altijd geboeid als er een ruwe, onbekende Belgische diamant langskomt die tracht zijn talent te tonen aan de buitenwereld. Als daarnaast ook de enige echte Paul Van Bruystegem, ofte lange Polle van Triggerfinger en The Wolf Banes, de productie voor zijn rekening nam, heeft de groep alvast onze volle aandacht.
Ons onverdeeld enthousiasme blijkt echter licht overdreven. Hoogtepunt ‘Hollow’ begint als een rustig voortkabbelende stroom die naarmate we het einde naderen steeds gejaagder en onrustiger gaat golven. De andere drie nummers baden echter in een glansloze gloed die we kunnen bestempelen als zijnde goed zonder meer. De stem van zanger Jeroen Bonjean neigt geregeld naar die van Mintzkov-opperhoofd Philip Bosschaerts, en ‘Season song’ klinkt ook enigszins als een nooit verschenen b-kantje van die band.
Op ‘Ballad of a broken man’ weerklinken dan weer wat Balthazar-klanken, zonder ooit de door Jinte Deprez en Maarten Devoldere altijd beoogde spanningsboog echt te benaderen. En wat ‘Dig a little deeper’ betreft, kunnen we kort zijn: geen vuur of rook te bespeuren, enkel de aangebrande geur van een weinig geïnspireerde song.
Wij zijn niet geheel overtuigd, al steken drie van de vier songs al bij al wel goed in mekaar. Het probleem is dat er in België heel wat goede groepen rondlopen. Eén keer boenk erop, twee keer gemiddeld goed en één keer zeer matig: wil Ruman een stap voorwaarts zetten in de hiërarchie van het Belgische muzieklandschap, zal het volgende keer toch een tikkeltje scherper uit de kast moeten komen.
Album verdeeld in eigen beheer.