Net op tijd voor de zomer komt de debuutplaat van Rolling Blackouts Coastal Fever als geroepen. Het uit Melbourne afkomstige vijftal had na twee geslaagde ep’s zichzelf als een nog te ontdekken monument op de kaart gezet. Vooral het in 2017 uitgekomen ‘The French press’ is bij velen nog in de hoofden blijven hangen – herinner je die energieke en opgewekte riffs en beats die stilstaan onmogelijk maken. Gitaarfrontmannen Tom Russo, Joe White en Fran Keaney gaan op ‘Hope downs’ ongehinderd verder op dat elan.
Een ruwe schatting, maar in het eerste kwartier lijkt geen enkel nummer onder de 160 beats per minuut te duiken. Vanaf binnenkomer ‘An air conditioned man’ tot en met het amper twee minuten durende ‘Time in common’ is het onmogelijk om naar adem te happen en stil te blijven staan. Elk nummer opnieuw wordt er vanaf de eerste seconde meteen ingehakt; geen opbouw, niet even rustig verkennen, maar gewoon los beginnen raggen. Hoogtepunt van het eerste kwartier en allicht ook van heel de plaat is ‘Talking straight’ dat al sinds april een nominatie heeft voor potentiële zomerhit.
Met ‘Sister’s jeans’ en ‘How long?’ krijgen we dan toch wat midtempo-rock te horen met klagende vocalen die ons doen denken aan The War On Drugs. Of de heren van het kwintet wat hebben om over te klagen blijkt uit het concept van ‘Hope downs’. Los van het feit dat de titel van de plaat niet bepaald hoopgevend klinkt, gaat het over het alleen staan van het individu tegenover de grote leegte. ‘Hope downs’ is dan ook de naam van een grote opengespleten steengroeve ergens in het westen van Australië.
Rolling Blackouts C.F. levert met ‘Hope downs’ een uitstekende debuutplaat af die bol staat van energie. Afgaand van de boodschap die de band meegeeft, klinkt de muziek aanstekelijk tegenstrijdig. Met ‘Talking straight’ heeft de band alvast een memorabel moment kunnen vastleggen en met aankomende zomertour gaan er daar sowieso nog een pak bijkomen.
Rolling Blackouts Coastal Fever staat 18.08 op Pukkelpop en is ook te zien tijdens het Filter Festival in Trix op 02.11.