Remi Wolf is gegroeid op ‘Big ideas’

door Sarah Van der Straeten

Op debuutalbum ‘Juno’ toonde Remi Wolf al potentieel, met haar eigen versie van felgekleurde en aanstekelijke pop. Nu is de Californische terug met opvolger ‘Big ideas’. In 2022 was ze amper zes weken thuis na op tournee te zijn geweest met Olivia Rodrigo. Tijd en inspiratiebronnen genoeg voor dit nieuwe album, aldus Wolf.

‘Big ideas’ is de volwassener versie van haar eerste album geworden. De grote zus die al net wat meer geleefd heeft en dat graag laat weten. Al is het niet enkel groei en verbetering. Wolf laat haar onzekerheden door de veelal opgewekte productie prikken. Ze doet daar goed aan, zonder haar flair ooit echt kwijt te geraken.

Opener ‘Cinderella’ druipt nog over van het (naïeve) geluk dat ‘Juno’ kenmerkte en zet de toon. Goeie hooks en degelijke songwriting, Wolf weet hoe ze zichzelf de assists moet geven om te scoren. Zo ook met kandidaat meezinger ‘Soup’. “I can’t help but make it ‘bout me”, klinkt het eerlijk. De bekentenis dat je iemand liefst wat droeviger ziet rondlopen nu die zonder jou door het leven gaat op ‘Frog rock’ had dan weer geen verklaring nodig van niet erg netjes te zijn. Wanneer Remi simpelweg haar gedachten uitspuwt zonder al te veel terugtrekkend geschuifel daarna, weet ze het meest te overtuigen. Zoals op de plezierige afsluiter ‘Slay bitch’, een bonustrack de naam waardig.

Speelsheid is nog steeds een handelsmerk van Remi Wolf, getuige de turnlesfluitjes op ‘Cinderella’, de kikkers op ‘Frog rock’ en de ietwat ongemakkelijk geplaatste motor die optrekt op ‘Toro’. Noodzakelijk? Zeker niet, maar wel gewoon leuk. Wanneer ze echter meer de rock-kant opstuurt, schiet het soms wat te kort. ‘Wave’ en ‘When I thought of you’ vallen niet helemaal aan de geslaagde kant van uitproberen.

Wolf toont nog eens op ‘Big ideas’ dat haar versie van pop het verkennen waard is. Bovendien heeft ze de persoonlijkheid om de meeste van haar ideeën ook te laten slagen. Zo is het opgewekte en speelse ‘Pitiful’ één van de hoogtepunten, en klinkt ze het beste als ze alles inzet tijdens ‘Toro’. Maar ook weg van de happy go lucky-sfeer weet ze een degelijk en bijwijlen herkenbaar verhaal op te hangen. Bijvoorbeeld in ‘Just the start’, waarin ze het heeft over haar imposter syndrome. Al moet ze zich daar volgens eigenlijk geen zorgen om maken met dit nieuwe album.