Zo eens om de paar maanden heb je het wel eens dat je nietsvermoedend overrompeld wordt door de brutale schoonheid van een plaat. Zo is dat ook bij het op het eerste zicht afstotende dubbelalbum van Portico Quartet. We weten niet hoe dat bij jullie zit, maar bij ons werkt een live/remix cd, getiteld ‘Live/Remix’, niet echt uitnodigend. Bovendien doet een totale duur van twee uur en twintig minuten de luistermoed in onze schoenen zakken, en lopen we niet al te hoog op met het genre jazz. No offence, liefhebbers, wij zijn de onwetenden. Dat om maar te zeggen dat we deze kolos toch maar eventjes aan de kant hebben geschoven.
Maar wat waren we fout. Eerst en vooral is enige nuance wel op z’n plek: Portico Quartets muziek simpelweg jazz noemen, is toch een beetje kort door de bocht. De band maakt veel gebruik van elektronica, creëert zo vaak dansbare nummers of ijzingwekkende soundscapes en zorgt op die manier voor een meer avontuurlijke en poppy sound. Bovendien maakt de groep gebruik van de hang, een opzienbarend instrument dat iets weg heeft van een gestrande UFO en menig straatartiest rijk heeft gemaakt. Nu heeft zo’n hang een specifiek zweverig geluid, waardoor de muziek van Portico Quartet nog meer een uniek en grensbrekend karakter krijgt.
En het is net dat uitzonderlijke geluid waar we plat voor op onze buik gegaan zijn. Dat wil zeggen: niet dat van de heren remixers. Ze doen het niet slecht hoor, bijlange niet, maar we horen niets dat er echt tussenuit springt, en verlangen toch al snel naar het origineel. Bovendien hangt, zoals bij de meeste remixalbums, het geheel ook met haken en ogen aan mekaar.
Buiten handgeklap en gejoel na sommige songs, merk je gelukkig aan niets dat het op het eerste schijfje gaat om de registratie van een livegebeuren. Vanaf de eerste noten van ‘Window Seat’ lijk je in het oog van een Portico Quartet-storm gezogen te worden, om pas tachtig minuten later weer op je voeten te landen. Want die wonderlijke kracht van de natuur, dat is toch een perfecte metafoor voor deze plaat. Dat komt voor een niet gering stuk vanwege het groot aantal indrukwekkende soundscapes, waardoor zich al snel getormenteerde landschappen in ons hoofd nestelen, maar ook door een soort vernietigende werking die van dit album uitgaat. Het is haast alsof zoveel ontzagwekkende schoonheid je innerlijke systeem een beetje platgooit. Hoogtepunten uit dit livegedeelte kiezen is dan ook een moeilijke klus, omdat je eigenlijk de hele cd in één keer moet uitzitten. Als we met het mes op de keel gevraagd worden er toch eentje uit te pikken, dan gaan we voor ‘Laker Boo’, een zinderende song van tien minuten die opbouwt naar een extatisch einde waar armageddon niets tegen is.
Het minste wat we kunnen zeggen, is dat het een aangename kennismaking was met Portico Quartet. Bij deze zweren we nooit meer vooroordelen over een plaat te hebben. Erewoord.
Op 10 mei speelt de band op het Urban Explorers festival in de Dordrechtse binnenstad (info & tickets).
Album verdeeld door Rough Trade