Liturgy, het geesteskind van frontvrouw Hunter Hunt-Hendrix, is altijd een van de meest controversiële black metalbands geweest – en voor een keer is dat niet vanwege banden met fascistische bewegingen. Verguisd door puristen, maar favoriet van wie zijn of haar metal liefst wat experimenteler heeft. Een middenweg lijkt er niet te zijn in het Liturgy-debat. Wat buiten kijf staat is dat Hunt-Hendrix en haar groepsleden de grenzen van het genre verleggen zoals weinig anderen op dit moment. Wanneer zo’n band aankondigt dat de nieuwste plaat het meest radicale project tot nu toe is, dan kan je er alvast zeker van zijn dat er iets interessants uit de bus gaat komen.
‘Origin of the alimonies’ is een heuse black metal-opera geworden. Symfonische black metal is helemaal niets nieuws, zo maken bands als Emperor en Dimmu Borgir al decennia hun brood in dat subgenre, maar Liturgy zou Liturgy niet zijn als er geen vernieuwend concept aan vast hing. Naar eigen zeggen liet Hunt-Hendrix zich inspireren door black metal, minimalisme, experimentele clubmuziek en de 19de eeuwse romantiek. Het resultaat is een opera die verhaalt over de gedwarsboomde liefde tussen Siheymn en Oioion, twee goddelijke entiteiten. Uit hun uiteengerukte relatie zou dan uiteindelijk de beschaving zoals we die kennen ontstaan zijn. Op de Bandcamppagina van Liturgy staat er dat de opera geïnspireerd is door kabbala, Duits idealisme en post-structuralisme.
Als de bovenstaande termen je vooral koppijn geven en naar Google doen surfen, dan hoef je je daar niet voor te schamen. Je moet geen master filosofie op zak hebben om van Liturgy’s muziek te genieten, daarvoor zit het op puur sonisch vlak gelukkig te goed in elkaar. Op ‘Origin of the alimonies’ slagen Hunt-Hendrix en co er met verve in om het intense verdriet van een verboden liefde op furieuze wijze om te zetten in hartstochtelijke metal, en dan maakt het bitter weinig uit of de personages nu Siheymn en Oioion of Romeo en Julia heten.
Wie deze plaat zonder voorkennis opzet, zou wel eens heel hard kunnen schrikken van de eerste metalpassage. Opener ‘The separation of Haqq from Hael’ begint namelijk met ruim drie minuten aan onheilspellende klassieke muziek, waarna de razende riffs schijnbaar uit het niets invallen. De zuiverende kracht van deze uitbarsting past perfect binnen het operathema van het album.
Na de aanzwellende interlude ‘The birth of Oioion’ volgt met ‘Lonely Oioion’ het eerste nummer dat hoofdzakelijk uit black metal bestaat. De orgel en harp luiden het nummer nog op een serene manier in, maar al snel volgt de hartverscheurende black metal waar we Liturgy van kennen. Het contrast tussen de ongepolijste riffs en de schoonheid van de klassieke instrumenten zorgen voor een aardverschuivend geheel en het bombast van de grootse climax lijkt zo uit een opera van Wagner geplukt te zijn.
Na de weemoed van Oioion volgt met ‘The fall of Siheymn’ het verhaal van diens wederhelft. De ingetogen melancholie van deze track maakt duidelijk dat ook Siheymn door een tranendal dwaalt. Langzaam maar zeker wordt dit nummer dissonanter waardoor het uiteindelijk gaat denken aan pakweg ‘Le sacre du printemps’ van Stravinsky. De nerveuze instrumentatie lijkt een val uit de hemel voor te stellen.
‘Siheymn’s lament’ is met gemak het vreemdste nummer op de plaat. Het begin klinkt als orkestrale trap die opnieuw overgaat in verschroeiende black metal tot er op het einde iets gespeeld wordt dat lijkt op djent, een subgenre waarin bands zo hard mogelijk proberen om Meshuggah na te apen. De strafste prestatie van ‘Origin of the alimonies’ is misschien wel dat deze waanzinnige genremix enorm natuurlijk aanvoelt.
Het 14 minuten lange ‘Appartion of the eternal church’ fungeert duidelijk als het orgelpunt van de opera. Op muzikaal gebied is dit nummer wat minder vooruitstrevend dan wat ervoor kwam, maar de lange aneenschakeling van korte uitbarstingen wekt enorm veel rauwe emotie op. Het verscheuren van de liefde wordt hier voorgesteld als een lang en lelijk proces. Wederom slagen de piano en de strijkers erin om het geheel van wat extra dramatiek te voorzien zonder dat het ooit kitscherig wordt, iets waar veel andere symphonic black metal zich wel eens aan durft te bezondigen.
Afsluiten doet ‘The armstice’, Engels voor wapenstilstand. Aanvankelijk klinkt het nummer minder optimistisch dan je zou verwachten op basis van de titel, maar wanneer de strijkers in de tweede helft invallen wordt ‘Origin of the alimonies’ van een euforische apotheose voorzien. We kunnen ons de staande ovatie in de headbangende schouwburg al perfect voorstellen.
‘Origin of the alimonies’ is geen gemakkelijk album. De operathematiek resulteert soms in vreemde songstructuren waarin het verhaal belangrijker is dan de coherentie en bizarre genremixen vragen een zeer open geest van de luisteraar. De avontuurlijke metalfan zal hier echter makkelijk een van de boeiendste platen van het jaar in vinden.