Vier jaar na ‘And then life was beautiful’ en een ingelaste pauze voor haar kinderen, is Neo Jessica Joshua oftewel Nao terug met nieuw materiaal. Met haar herkenbare jeugdige stem zingt de Britse op ‘Jupiter’ over het leven en de liefde. Al blijft ze te vaak op de oppervlakte om echt onder onze huid te kruipen.
Bij het verlaten van de aarde en diens zwaartekracht schakelen ruimtevaartuigen op een gegeven moment hun motoren uit. Vanaf dan treedt de gewichtloosheid echt op en begint het ruimtelijke rondzweven en –zwerven. Nao gebruikt nu al een paar albums planeten en aanverwanten als inspiratie voor haar titels en beeldspraak. In se is dat een prima insteek. Hoewel ze soms uit het oog lijkt te verliezen dat een ruimtereis meestal ook een bestemming heeft. Op ‘Jupiter’ zweeft ze een beetje te veel in het rond. Er ontbreekt een streep richting.
Zo zijn er zeker wel goede ideeën te vinden doorheen haar vierde langspeler en geloven we Nao als ze zich als grootste supporter van haar vrienden opwerpt op het pluizige ‘We all win’. Maar het mag allemaal net wat meer zijn, net wat vinniger. ‘Jupiter’ blijft ons niet bij als een plaat waar er ongedwongen geëxperimenteerd wordt met de productie, of waarvan het narratief ons bijzonder in vervoering brengt. Heel veel slechts valt er ook weer niet op te merken. Indien dat een argument zou zijn, weet je dat het eigenlijk maar mager is.
Het grootste manco van de plaat moet dan wel de songwriting zijn. Nao komt oprecht over en ze gelooft in wat ze brengt. Echter passeert er te veel generaliteit zodat de boodschap erachter nogal hol begint te klinken. Zoals op het simpele ‘Happy people’, waarvan de titel al te veel verraad. En ja, het is zeker goed om elkaar te ondersteunen, maar kan dat niet wat scherper geschreven worden op ‘We all win’ dan “When you get low, I’ll fill you up / Like a balloon, we’re going up”? We fronsen net te vaak de wenkbrauwen bij zulke passages dan ons lief is. Zeker voor een plaat die maar juist over het halfuur reikt.
Door de ietwat te naïeve en simpele teksten wordt ‘Jupiter’ dus te veel naar beneden getrokken. Toch bewijst het prettige ‘Poolside’ dat het ook anders kan. Weet iemand wat “Keep it poolside, yeah” precies wil zeggen? Dat hoeft ook helemaal niet, want het klinkt gewoon goed. Als Nao het heeft over puur plezier maken en er een zomerse verpakking rond strikt, volgen we graag. “Feeling so good we should make it a hobby”, klinkt hier niet te flauw maar wel gevat genoeg om erbij te gniffelen.
De weggemoffelde vloek aan het begin van het voorspelbare ‘30 something’ is misschien wel exemplarisch; Nao speelt het te veilig om het echt interessant te maken. ‘Jupiter’ is een brave plaat met een goede inborst en kan perfect plat gedraaid worden in de paskamers van een kledingketen. Het album blijft net daarom ook niet aan ons gevoel kleven. ‘Jupiter’ is vrolijk, vriendelijk, enthousiast en liefdevol, maar niet memorabel.