Ten tijde van de laatste worp van de Amerikaanse scheefrockers van Modest Mouse droeg ondergetekende een trui met een Mondriaan-motief en schoenen met een legerprint. Volgens Jani zouden we ons daar vandaag diep voor mogen schamen, maar in de tussentijd hebben we ‘the way of Isaac Brock’ leren kennen; de levenshouding van de frontman van Modest Mouse en het type lovable loser dat zich geen snars aantrekt van vestimentaire slippertjes. Wij zijn dus maar wat blij dat deze sarcastische indierockers eindelijk terug zijn met ‘Strangers to ourselves.’
Openen doet de band met het titelnummer, een ingetogen, meanderende overpeinzing die meteen duidelijk maakt dat het nog steeds niet fantastisch gaat met Brock. Het is niet direct een binnenkopper, en in tegenstelling tot op vorige platen heeft de groep niet één van de beste songs als eerste geplaatst. Nee, het betere én blijere werk volgt vlak erna in de vorm van springerige single ‘Lampshades on fire’: funky gitaartjes, stuiterende bassen en een heerlijke tekst over hoe we de planeet gezamenlijk naar de andere wereld helpen (een flauwe woordspeling die ik graag door Brock laat verduidelijken), er gebeurt zoveel in deze kleine drie minuten dat je het lied enkele keren zal moeten beluisteren. Dit laatste geldt trouwens voor de hele plaat aangezien ‘Strangers to ourselves’ qua toon en sfeer all over the place blijkt te zijn.
Zo wordt er nu eens melancholisch teruggeblikt op de dood van Brocks broer (‘Ansel’), dan weer is het lastig stilzitten op denderende balkanrock (‘Sugar boats’), om daarna de elektronische toer op te gaan met een nummer over een seriemoordenaar (‘Pistol’). Allemaal geslaagde songs op zich, maar in tegenstelling tot pakweg ‘The moon & Antarctica’, dat ondanks zijn eclecticisme werd samengehouden door een thema en een bepaalde sfeer, lijkt ‘Strangers to ourselves’ meer een samenraapsel van acht jaar zwoegen. Als overkoepelend geheel lijkt dit dan ook de minste plaat van Modest Mouse. Toch, als we straks onze favoriete Mouse-nummers moeten kiezen, komt ruim de helft van deze zesde in aanmerking.
Na twintig jaar koppig hun eigen ding te doen (en daar succesvol in te zijn) weet deze band immers hoe ze een poprocknummer moet schrijven, en de vintage kenmerken van Modest Mouse keren gebalanceerd terug in de beste songs op deze zesde. Het aanstekelijke geblaf van Brock (‘Be brave’), de gebogen staccato-gitaren (‘The tortoise and the tourist’), de tegelijkertijd diepzinnige en weirde teksten (‘Coyotes’) én al deze dingen en meer samengegooid in onbetwistbaar hoogtepunt ‘The ground walks, with time in a box’, dat nog maar eens bewijst dat deze groep op z’n best is als ze los over de zes minuten gaat.
Modest Mouse is meer dan ooit de groep van Isaac Brock (zeker na het vertrek van bassist én vaste schrijfpartner Eric Judy), maar in de traditie van de vorige vijf platen heeft de band het de luisteraar ook deze keer niet te gemakkelijk gemaakt. ‘Strangers to ourselves’ heeft dus veel luisterbeurten nodig vooraleer je de hersenspinsels van de frontman tot de jouwe kan maken, en toch is dat, wanneer de songs zo sterk zijn, geen onmogelijke missie.
Modest Mouse ontdekken doe je aan de hand van deze handige playlist.
Modest Mouse live aan het werk zien kan in onze contreien voorlopig enkel in Utrecht (03.07, Tivoli, info & tickets).
Website Modest Mouse
Album verdeeld door Sony