Joy Wellboy is een Brussels duo dat op de rand staat van een Europese doorbraak. Met hun kersverse debuut ‘Yorokobi’s Mantra’ combineren Joy Adegoke en Wim Janssen koele elektrobeats en gevoelige melodieën, doordrenkt met fijnzinnige gitaar- en pianobegeleiding. Net als Geppetto bij Pinokkio geven zij meer ziel aan een genre dat vaak emotie en diepte mist. In een notendop kunnen we dit beschrijven als indiepop met een verscheurd hart die zich op de grens van de dansvloer en je slaapkamer bevindt. Ze krijgen een duwtje in de rug dankzij het Berlijnse label Bpitch Control dat ook al de carrières van artiesten zoals Paul Kalkbrenner, Modeselektor en Apparat deed bloeien. De enige weg lijkt richting de sterren te gaan voor deze jonge Belgische band.
Een grootse beat en gedempte gitaartokkels in ‘Before The Sunrise’ openen de plaat en maken meteen een tsunami van geluid. De stem van Adegoke dwaalt messcherp door deze galm, in duet met Janssen die gewapend is met vocoder-stemeffecten. Samen met refreinen die staan als een huis is hier de aandacht meteen gegrepen. Het meer ingetogen en mysterieuze ‘The Movement Song’ toont vervolgens een donkerdere kant. In een oogwenk neemt ‘I Can Handle’ de fakkel terug over richting ophemelende pop. Een succesformule wordt achterwege gelaten, wat plaats maakt voor experimenteren. Dit brengt des te meer energie over.
De single ‘Lay Down Your Blade’ leidt alles in een verdere stroomversnelling. Een perfect duet van een engelachtige stem met een bariton vormt een uiterst interessante combinatie. De minimale begeleiding van synths, piano’s en een gitaar geeft zo genoeg sfeer om er helemaal in weg te kunnen zinken. ‘Micky Remendy’ en ‘What Baby’ horen dankzij deze subtiliteiten ook in dit rijtje thuis.
Met ‘Buy Me Flowers’ wordt er weer eerder aan “outside the box thinking” gedaan. Het gebruik maken van onconventionele songstructuren en ambient percussie is hier avontuurlijk en omvat minstens evenveel schoonheid als de popnummers die vooraf gingen. ‘My Heart Ran Away’ volgt dezelfde weg, terwijl ‘Disconnected’ dan weer eerder duikt in dissonante en duistere klanken. Op het einde van de plaat vallen er zachte pianotokkels uit de wolken in ‘Raindrop Races’, een zeemzoete ballade die al fluisterend duidelijk tot de geest spreekt.
Over de hele lijn heerst een hoog niveau, dankzij het unieke stemgeluid van Adegoke dat zowel urgent als teder uit de hoek weet te komen. Zo klinkt ze op momenten even nonchalant en vlijmscherp als Pete Doherty, om dan een fractie van een seconde later in de buurt te komen van fluisterpop a la Amatorski en Float Fall.
‘Yorokobi’s Mantra’ is een sterk debuut en een meer dan degelijke stap voor een Belgische band, die zich momenteel in de startblokken bevindt, naar een mooie toekomst. Een gezonde combinatie van elektronica, zweverige elemenenten en goede songs biedt voor ieder wat wils. Nu is de groep misschien nog een underdog, maar onbekend is zeker niet onbemind.
Joy Wellboy live zien kan binnenkort onder meer in Brussel (Botanique, 13.10, info & tickets), Gent ( Glimps Festival, 13.12, info & tickets) en Leuven (Het Depot, 17.12, info & tickets). Check de website van Joy Wellboy voor meer concerten en verdere info.
Verdeeld door N.E.W.S