Heisa kwam in 2018 al stevig uit de hoek met een zelfgetiteld debuut maar opvolger ‘Joni’ legt de lat nog een pak hoger. Waar het trio uit Limburg toen nog de fundamenten aan het leggen was voor een volledig eigen geluid, horen we de band op zijn opvolger een ware kathedraal optrekken. Op het album zien we ook Jan Viggria en Emiel Van Den Abbeele opduiken van The Guru Guru die respectievelijk de mixing en de opnames van het album voor hun rekening namen.
De kwaliteit van de mix en de opnames is iets dat direct opvalt bij dit album. De drums zitten redelijk vooraan, wat het die dreunende intensiteit meegeeft. De manier waarop het opgenomen is, geeft goed weer wat voor een dreigend gevaarte aan geluid deze band kan produceren. Het is dan weer de verdienste van de band dat het die grootse gitaarriffs met bezwerende melodieën afwisselt om zo een heel album onvoorspelbaar en interessant te blijven.
‘Let go’ laat geen twijfel bestaan over de intentie van dit album, de band kiest resoluut voor de totale vernieling maar wel een met gevoel voor mooie composities. De drum krijgt er aardig van langs terwijl ronkende gitaren het nummer opzwepen. Wanneer je denkt dat alles gaat losbarsten schakelt Heisa een versnelling terug en kiest het voor een langzaam brandende opbouw. De zang van Jacques Nomdefamille wordt niet op de voorgrond geschoven maar kruipt samen met de gitaren en de drum in de groove om de algehele sfeer te ondersteunen. Wanneer het nummer effectief losbreekt is er weinig dat stand kan houden tegen die donderende drumritmes en loodzware riffs.
In ‘A march’ weeft de zang van Nomdefamillie een bedwelmend patroon waar de drum en gitaren als roofdieren rondcirkelen. “Daddy’s been working all day/ He has been working his ass off lately”. Iets verderop in het nummer komt een hobo bovendrijven die even een mysterieuze melodie toevoegt om daarna weer te verdwijnen. In ‘Serenity now’ wisselt de band vlotjes tussen onderdrukt en zinderend “Seems like she’ll break down for hours/ there’s no room/ I tried to impress you/ feels like a struggle to get through”.
‘Break’ is een goed voorbeeld van hoe HEISA gebruik maakt van ongewone songstructuren en tempowisselingen om de nummers verrassend te houden. Eigenzinnige percussie, repetitieve gitaarschema’s en de kloppende bas geven het nummer een psychedelische toets mee waarboven de ijle zang rondzweeft. Dezelfde muzikale thema’s worden voor een stuk doorgetrokken in ‘For ours’ waar de fluisterende zang de dreiging heel reëel maakt.
Doorheen het album hoor je de invloed van verschillende bands zoals Tool, Pixies en Battles terug. Dat is ook niet onlogisch uiteindelijk, niemand groeit in een vacuüm op zonder wisselwerking met de buitenwereld. Heisa wendt al deze invloeden organisch aan om zo tot een heel eigen sound te komen die veel meer is dan simpelweg de som der delen. ‘Joni’ is zo’n album waardoor je het totale ontbreken van optredens nog harder gaat missen. Nummers als ‘Keep it’ en ‘Cloudpreaser’ wil je gewoon in een rokerige, zweterige kelder zien terwijl je wordt opgeslokt door de kolkende mensenmassa die tegen de muren omhoog spat.
De plaat sluit af met ‘Detach/mend’, het laatste volledige nummer voor de outro. Het is een beest van een song dat zich spiraalsgewijs uit de afgrond naar boven aan het klauwen is. De backing vocals geven het nummer ook even iets sacraals mee voor de gitaar als een sloophamer doorheen het nummer knalt. De band speelt heel goed met die zacht/luid dynamiek waardoor het nummer gevarieerd blijft en een duidelijke stuwende energie heeft.
Met deze tweede langspeler laten de Limburgers een onuitwisbare indruk op je trommelvlies achter. Weinig bands slagen erin om van in het begin met een direct herkenbare sound te komen, ‘Joni’ bewijst dat Heisa een van die bands is.