Tijd is een meedogenloos beest. Ieder jong ideaal lijkt er ooit aan ten prooi te vallen. Of moeten we het eerste woord van deze review vervangen door “geld”? Alleszins lijkt het ooit met communisme koketterende Gang Of Four nu definitief in de greep van de mallemolen van de consumptiecultuur die ze zelf ooit met succes in hun hemd zetten. Het snedige geluid van weleer blijkt onder glam en hi-tech verpletterd. Terwijl het oeuvre van deze post-punkhelden ooit lustig geplunderd werd door Bloc Party en co, trekt de Gang heden ten dage zelf op strooptocht. Helaas besloten ze kluizen leeg te graaien waar niet veel fris te halen valt. Denk aan soundtracks van science-fictionfilms uit de gladdere regionen van de noughties doorspekt met flarden Linkin Park. Een belegen duet met Duitser Herbert Groenemeyer, in de taal van Goethe jawohl, valt nog net te pruimen, een potsierlijke guest vocal van Alison Mosshart (The Kills/ Dead Weather) niet.
Na de ook al behoorlijk gladde comebackplaat ‘Content’ (nog met zanger John King), hebben Gang Of Four nu definitief iedere tegendraadsheid minutieus uit hun sound verwijderd. Op ‘The dying rays’ ontwaren wij heel misschien, als we heel hard ons best doen, nog een glimpje menselijkheid, een mespuntje emotie. Helaas wordt dit pad consequent niet verder bewandeld.
Laten we de erfenis van Gang Of Four niet te veel oneer aandoen. Er spelen op de eerste solopoot van John Lennon meer Beatles (twee) mee dan originele leden van Gang Of Four op ‘What happens next’. Van de oorspronkelijke line-up resteert enkel nog gitarist en occasionele tweede stem Andy Gill. Vooral het vertrek van zanger King laat een gapende leegte achter. Grijze muis John Sterry (Goaler’s Daughter) kan die niet opvullen.
Het is eerlijker om deze plaat te zien als een uit de hand gelopen soloproject van Gill dat niet zoveel van doen heeft met de band waar hij ooit in speelde. Dat kan helpen om zijn koele idioom misschien toch wat krediet te geven en meer onbevangen te benaderen. De plaat heeft enige coherentie en Gill herhaalt zichzelf tenminste niet. En wij maar denken dat enkel The Velvet Underground een ‘Squeeze’ gekend heeft.