Flea, de naam klinkt u allen wel bekend in de oren als één van de meest getalenteerde en uitdagende bassisten aller tijden. Perfect begrijpelijk dus als je een ep vol funky slap-baslijnen verwacht en je alvast gereedmaakt voor een 26 minuten durende dansbare brok muziek. Hoe fijn dit ook zou zijn, op deze ep is het de op zijn zolder experimenterende en als klasssieke jazztrompetist geschoolde Michael Balzary die je hoort en niet zijn alter ego Flea.
Dit is niet de laatste verrassing die je zal tegenkomen tijdens de muzikale ontdekking die ‘Helen Burns’ is. In het titelnummer hoor je voor het eerst zang, die je snel zal herkennen als de stem van de godin genaamd Patti Smith. Op de achtergrond hoor je onder meer zowel de huidige als de ex-drummer van de Red Hot Chili Peppers. Bovendien, en dit is al een argument om het album te kopen alvorens je de recensie hebt gelezen, gaat de volledige opbrengst naar het Silverlake Conservatory Of Music. Dit project, door Flea zelf opgestart, bezorgt een uitstekende muziekopleiding aan kinderen met overschot aan talent maar gebrek aan fondsen.
Naast alle goede argumenten om de ep zelfs maar gewoon als eventueel decorstuk te kopen verdient ook de muziek die de superbassist tevoorschijn tovert je aandacht. Opener ‘333’ zet meteen de toon. Een jazzy trompet wordt begeleid door subtiele bas- en pianoflarden tot na drie minuten een elektrische beat die niet zou misstaan in een achtervolgingsscène uit een actiefilm uit de jaren ’80 de rust doorbreekt. Na een eclectisch middenstuk dooft de song uit met wat minimalistisch pianospel. Een nummer op drie snelheden dat toch weet te bekoren, het is niet velen gegeven. Ook ‘Pedestal Of Infamy’ lijkt wel een botsbal die in te kleine kamer is gesmeten. Het lied stuitert alweer alle kanten op maar behoudt over het geheel een zeer loungy sfeer. Deze muziek kan als begeleiding dienen bij conversaties over de zin van het leven of ook gewoon de cliché Norah Jones op de achtergrond van die jaarlijkse babyborrel vervangen.
Helaas zijn niet alle instrumentale nummers van een even hoog niveau. ‘A Little Bit Of Sanity’ lijkt een haastig in elkaar geknutseld muzikaal opvulsel en kan op geen enkel moment bekoren. ‘333 Revisited’ heeft een gelijkaardige structuur als zijn afgekorte naamgenoot maar haalt bijlange niet hetzelfde niveau. De elektronische ritmeversnelling is nu ronduit irritant en doet ons deze keer vooral denken aan een gemiddeld botsautoritje op de plaatselijke kermis in Erps-Kwerps.
Het sterkste zijn echter de songs waarin ook zang te vinden is. Wanneer Patti Smith, begeleid door een uitgeklede piano, zingt “I’m in love with everything” doet ze dat zo goed dat wij toch vooral verliefd zijn op haar. Een waardig eerbetoon aan het favoriete literair personage van Flea, de gelijknamige Helen Burns uit de roman ‘Jan Eyre’. In slotnummer ‘LoveLoveLove’ neemt het kinderkoor van Silverlake Conservatory ons mee naar een mooiere wereld met een eeuwige lente, in tegenstelling tot de lente bij ons, die voorlopig even afwezig blijft als een kudde antilopen op Antarctica. Prachtige afsluiter van een meer dan geslaagde ep.
Met deze zes liedjes valt één vergelijking niet te negeren: John Frusciante. Na diens bij momenten geniale solowerk bewijst Flea nu dat hij niet de enige (in zijn geval ex-) Pepper is die weet hoe hij experimenten tot een goed einde moet brengen. Jammer van de twee mindere songs, maar in de wetenschap dat deze nummers slechts op zolder tot stand gekomen probeersels zijn kan de conclusie enkel luiden: klasbak, die Michael Balzary.