Terwijl ze in thuisbasis Estland, en bij uitbreiding ook in de andere Baltische staten, ondertussen volledig zijn doorgedrongen tot de mainstream, tracht Ewert and The Two Dragons met een tweede album onder de arm voet aan de grond te krijgen in de van de rest van Europa. De melodieuze, hoofdzakelijk door folk geïnspireerde, alternatieve pop die we tegenkomen op ‘Good Man Down’ lijkt in dit opzicht een te duchten wapen. Op dit album bezingt de band de liefde in al haar facetten, nu eens metaforisch abstract, dan weer pijnlijk concreet, om tot de conclusie te komen dat ze weliswaar voor vreugde en euforie kan zorgen, maar evengoed – en daar slaat de titel op – een man volledig onderuit kan halen.
Productioneel gezien maakte het Estse viertal een aparte en enigszins gewaagde keuze. Aan de mengtafel werden namelijk nauwelijks (standaard) effecten toegevoegd, niets werd opgesmukt, en alles werd tamelijk droog en naakt op plaat gezet. Terwijl deze aanpak als nadeel heeft dat elke halve onvolmaaktheid meteen een licht gevoel van rommeligheid opwekt, ligt het grote voordeel erin dat er een virtuele ruimte wordt gecreëerd waarin elk instrument een eigen, duidelijk afgescheiden plaats wordt toegewezen. De muziek krijgt zo de gelegenheid om voluit te ademen, en de stem komt helemaal centraal te staan, waardoor het uiterst commerciële timbre van Ewert Sundla meteen de aandacht opeist.
In combinatie met een springerig levendig ritme en sterke sixtiespop invloeden grijpt het begin van de langspeler je meteen bij de kraag, klaar om je niet meer los te laten. ‘(In The End) There’s Only Love’, het titelnummer en ‘Jolene’ kunnen tijdens een zomerse middag zo de ether in van elke nationale radio. Hierna hebben ze hun meest hitgevoelige kruit echter verschoten. Vanaf ‘Panda’ zakt het tempo merkelijk, en maken de eerste dromerige soundscapes hun intrede. De nummers blijven echter gevarieerd genoeg om de aandacht geen moment te laten verslappen. We komen onder meer nog een onversneden slepende psychedelische blues, een pathetisch emopopnummer en een aanzet tot een pianoballade tegen, dit allemaal in een van gesponnen folkgaren geweven jasje waarin echo’s weerklinken van Fionn Regan en M. Ward.
Ewert and The Two Dragons werkt graag met extra ritmische en melodieuze elementen zoals respectievelijk handgeklap annex kristalheldere xylofoon, en meerstemmige achtergrondzang, keyboards en blazers. Door de manier van mixen krijg je dit alles redelijk abrupt en direct je oor binnen. Terwijl dat bij aanvang verfrissend en frivool overkomt, vergt het luisteren na een tijd behoorlijk veel concentratie en wordt het een tikkeltje vermoeiend. Verder ligt bij deze manier van werken ook het overbrengen van een totale groepsdynamiek iets moeilijker, waardoor je soms een bepaald soort energie mist.
In al zijn veelzijdigheid is ‘Good Man Down’ een meer dan degelijk indiepopalbum, dat op basis van een ijzersterk openingstrio ook in onze contreien de weg naar het grote publiek zou kunnen vinden.
Ewert and The Two Dragons live zien kan binnenkort in Brussel (Botanique, 18.05, info & tickets), Tilburg (013, 19.05, info & tickets), Nijmegen (de-Affaire, 14-20.07, info & tickets) en Groningen (Noorderzon, 16-26.08, info & tickets).