De inventiviteit van indiefolk-artiest Kevin Morby leek een beetje zoek op zijn vorige plaat ‘City music’. Wat de Amerikaan niet moest zoeken, was werklust: de man met gouden krullen staat er weer met een nieuw album, ‘Oh my god’ gedoopt. Wat deze titel juist aanspoort te doen, is een raadsel. Het is ook nog steeds een raadsel waarom een artiest – godverdomme, nu heb je eens een kans in je leven om je naam te veranderen – blijft vasthouden aan zijn eigen naam wanneer die Kevin is. Maar misschien is het goed om af en toe niet na te denken, finaal de mist in te gaan en dan keihard te vloeken. Dat lucht soms op.
Het titelnummer begint minder lichtzinnig. Hij lijkt het licht aan het einde van de tunnel naar zich toe te lokken met een schijnbaar geïmproviseerd stukje piano (“Oh my lord, come carry me home” / “Gotten too weak for this heavy load”). Een dramatisch koor op de achtergrond maakt het nog theatraler. Wat volgt is het lichtpuntje van het album: ‘No halo’. Een potje handklappen geeft het ritme aan van een zinderend opbouw. Wat hier verfrissend werkt is de fluitsolo en de saxofoon die op mooi aangestipte momenten de Amerikaanse zang ondersteunt en aanvult. Bijna worden we verblind door al dat moois.
Na de eerste twee nummers is er echter geen reden meer om een zonnebril te dragen. Ja, Morby’s nasale stem komt heerlijk tot zijn recht in ‘Nothing sacred / all things wild’. Hij lijkt echter vooral woorden op te rakelen die we nog al eens gehoord hebben (“Oh my lord”, “Oh my god”). Hij doet dit verderop nog eens in ‘OMG rock n roll’. Een stijlkeuze die hondstrouwe Morby-fans waarschijnlijk kunnen smaken, maar lijkt alsof de inspiratie zeldzaam was. Daarnaast missen de teksten een zekere scherpte, en vervallen ze soms in het herhalen van woorden waarvan de klanken belangrijker lijken dan de betekenis (“Bitter blue, bitter green/Bitter you, bitter me/Sorry for poisoning you with my song/I’m sorry now, but I won’t be sorry long.”). Morby onderzoekt de menselijk ervaring door een religieuze bril, maar lijkt daarover eigenlijk bitter weinig te zeggen hebben.
Het album laat je niet op het puntje van je stoel zitten. We kunnen het eigenlijk een beetje zien zoals het optreden van Steve Gunn, die passeerde op het BRDCST festival: oerdegelijke en hartverwarmende indiefolk. Het was echter niet erg om enkele nummers te missen, zodoende kon er nog eens bijgetankt worden aan de bar. Zet gerust eens ‘Oh my god’ op, schenk jezelf een glas in van dat sprankelend gouden goedje, hef je glas naar een denkbeeldige Bob Dylan en doe nog eens een schietgebedje voor Kevin Morby: op een betere plaat.
Kevin Morby speelt vrijdag 14 juni in de Ancienne Belgique.