Droomden we er van om ooit eens opgejaagd te worden door Anna Calvi? De eerlijkheid gebiedt ons hier “ja, misschien wel” op te antwoorden. De ravissante Calvi heeft immers al bewezen dat ze beklijvende muziek kan maken. Maar waar ze met haar debuut onze haren deed rechtkomen, grijpt ze ons met haar derde plaat ‘Hunter’ regelrecht bij het nekvel. Calvi balt de vuist en komt met een duidelijk statement, en dat mag je gerust zeer letterlijk nemen.
“The intent of this record is to be primal and beautiful, vulnerable and strong, to be the hunter and the hunted.” Het is de slotzin van de aankondiging die Calvi voor deze plaat schreef. Ze heeft het daarin over haar jacht naar seksuele vrijheid, naar kracht, naar geborgenheid en ankerpunten in de chaos van haar (en ons) bestaan. Na een relatiebreuk ging ze op zoek naar zichzelf en het daagde haar dat ze hiervoor moest loskomen van de genderstramienen die de maatschappij ons nog te veel oplegt. ‘Hunter’ is bijgevolg een ode geworden aan haar invulling van genderbeleving en die klinkt vrijer en speelser dan we van Calvi gewend waren.
Los van het feit of je al dan niet oor hebt voor haar boodschap klinken de nummers boeiender dan voorheen. De ongebondenheid die ze op persoonlijk vlak wist vast te grijpen, z’n vindt weerklank doorheen het album. De pure stem-gitaar combinatie laat ze achterwege om meer dynamiek en zelfs een portie onstuimigheid binnen te brengen. Calvi blijft met haar dramatische popmelodieën de catharsis opzoeken, al maakt haar herwonnen vrijheid haar muziek geloofwaardiger. Dat maakt van haar kenmerkende gitaarvirtuositeit geen vereiste meer maakt om te kunnen boeien.
Zo klinkt het filmische ‘Swimming pool’ niet enkel vertederend romantisch maar zorgt de warme bombast voor een wilskrachtig kantje. Calvi heeft een natuurlijke flair gevonden waardoor een emotioneel geladen nummer als ‘Don’t beat the girl out of my boy’ toch erg vrolijk mag klinken. Ze voelt beter aan hoe ze haar boodschap kan vormgeven, wat het geheel zeer intens en gevarieerd maakt. De dwingende drum in ‘Indies or paradise’ versterkt het smachtend karakter van de song, wat van de zin “I want us in the air in paradise” een fundamenteel verlangen maakt dat móet worden ingelost. Calvi geeft blijk van zowel métier als potentieel, maar weet zich ook te omringen door de juiste mensen. Geen idee of producer Nick Launay (Nick Cave) er iets mee te maken heeft, maar ‘Away’ straalt dezelfde krachtige smart uit als enkele nummers op Cave’s ‘Skeleton tree’. De beroering is dus nooit veraf.
Anna Calvi schotelt op ‘Hunter’ doortastende pop voor waarbij ze een veel groter arsenaal aanboort om haar punt vol schoonheid en zeer helder aan de man, of vrouw, of eender wat, te brengen. Het lukt haar om doeltreffendheid te koppelen aan een wilder, gevarieerder, rijker en avontuurlijker geluid. ‘Hunter’ is wellicht de beste plaat die ze tot nu toe maakte, en toch denken we dat ze haar hoogtepunt nog niet bereikt heeft.
Wie Anna Calvi live aan het werk wil zien kan op 25 oktober terecht in de Botanique (info & tickets).