Als muzikante de gitaar, ukelele of banjo opnemen en ontdekken dat je ijle zang perfect past bij die populaire lo-fi sound van krakende snaren, lieflijke synthmelodietjes en vage percusie, het zal je maar eens overkomen. Want in een wereld waarin de Mitski’s en Eskimeaux van deze wereld de onderbouw van de feminiene indiepoprock stevig bevolken, wordt het moeilijk je te onderscheiden. Kristine Leschper, beter bekend als Mothers, bouwde desondanks met enkel vocalen en spaarzame begeleiding aan een stevige reputatie in Athens, Georgia. Dat proces van twee jaar werd uiteindelijk beloond met een tour met Unknown Mortal Orchestra én stadsgenoten of Montreal.
Het vroege succes lag ongetwijfeld vooral aan Leschpers stem en tekstuele voorkeuren. Haar hoge noten werden als een vlijmscherp mes in je oren geplant om onmiddellijk een gevoel van torment op te roepen. In de lyrics van de kunststudente vond je vooral tot de verbeelding sprekende beeldtaal. Niet de soms grappige, soms aangrijpende metaforen waarmee een New Yorkse zich de wereld zou eigen maken, maar verhandelingen over paradijzen, bloembedden en maneschijnen die de aarde en haar emotionele leven vatten in de meest brede zin.
Oktober 2015 bracht in die modus operandi een breuk. ‘No crying in baseball’ – een popreferentie! – was het eerste resultaat van het werk met een volledige band rond zich, neigde naar mathrock (kijk die drummer tellen) en was bovenal een song waarop Kristine mocht bijten en snauwen. Plots ervaarden wij haar vroegere gezang meer als een aderlating dan een aangename pijn, en het was ook in die context van een compleet gebrek aan heimwee dat wij ‘When you walk a long distance you are tired’ ontvingen.
De eerste twee nummers van het debuut vatten die problematiek helemaal: ‘Too small for eyes’ is een bedrieglijk kleinood dat uiteindelijk verdrinkt in een wijd georkestreerde zee van strijkers en piano, waarna ‘It hurts until it doesn’t’ zich meteen profileert met gitaren en in elke zin de frustraties van zich afbijt. De vocalen volgen op gelijkaardige wijze: eerst hoog en schril en in gevecht met die hoogste snaren en frets, dan weer een toontje lager doch astrant.
Die prettig schizofrene afwisseling van karaktertrekken is spijtig genoeg het laatste wat wij aan goeds te vertellen hebben over het album. De songs zijn lang, zo lang dat ze eerder neigen naar langdradig en afgezaagd dan naar een artieste die rustig haar tijd neemt om een verhaal grondig te vertellen. Bovendien raakt het andere spectrum, de opgejaagde liedjes, nooit aan die natuurlijke onrust die ‘No crying in baseball’ zo kenmerkte. Het ergste van al? ‘When you walk a long distance you are tired’ ziet er piekfijn uit. Geen kreuken, perfect afgewerkte songs, geen rafelige randen maar een uitgeschreven partituur voor strijkers en backing vocals. En in een wereld waarin de Mitski’s en Eskimeaux het voor het zeggen hebben: wel, je weet wel.
Wat de tocht van Mothers ons vooral leert is dat de voorbereiding en de anticipatie soms leuker en spannender zijn dan het afgewerkte product. Soms is het goed om je eigen perfectionisme te laten zijn voor wat het is en het volk te geven wat ze willen: het gevoel dat je niet altijd 100% hoeft te zijn.
Album verdeeld door