Een zonnige zondag en Vlaanderen begint met een halve volksverhuis. De terugtocht van de kust richting binnenland zorgde ervoor dat de wegen in de vooravond volledig dichtslibden. Een afspraak met Marco Z kun je helaas geen uurtje uitstellen, zodat we net op tijd waren voor de hoofdact, maar helaas te laat voor het voorprogramma. Waren we maar met z’n allen vogels, zoals de Limburgse zanger in ‘I’m A Bird’ vrolijk zingt. Dan was het fileprobleem meteen opgelost.
In minder dan een jaar tijd stonden Villagers al voor de derde keer op Belgische bodem: dan toer je bijzonder intensief. De Ierse jongens hielden halt in de Handelsbeurs in Gent, die tot scha en schande niet uitverkocht was. Ondanks de indrukwekkende passage in de Botanique anderhalve maand terug, vindt het grote publiek zijn weg naar deze groep klaarblijkelijk nog niet, wat toch een diepe wenkbrauwfrons oproept.
De set begon bijzonder ingetogen met ‘Cecelia & Her Selfhood’, dat op geen enkele van de langspelers te vinden is, maar zeker het niveau van een volwaardig nummer haalt. De Ierse roots van O’Brien kwam hier bijzonder duidelijk bovendrijven. De kleine maar bijzonder charismatische frontman stond moederziel alleen op het podium en vertederde. Voor de tweede song bleef de modus op akoestisch staan: de hit ‘Nothing Arrived’ werd tot op het bot uitgekleed en weerklonk door een muisstille Handelsbeurs: serendipiteit afgezworen als een ondankbare illusie. Ook het daaropvolgende ‘Lighthouse’ was een intiem aantonen van Conor O’Briens mogelijkheden als zanger.
In een korte toespraak tot een bijzonder kalm en opvallend teruggetrokken publiek had O’Brien het over ‘Ghent, the indie rock capital and socialist capital. Two things I really like’. Het dikke pak ijs dat tussen band en publiek lag, brak pas echt toen ‘The Bell’ en ‘The Waves’ werden gebracht. Deze twee nummers, die op de nieuwste plaat staan, werden bijzonder snedig en raak gebracht: al het haar op armen en benen stond overeind. Als tekstschrijver bewees O’Brien reeds op zijn platen een waarlijk genie te zijn, maar ‘Earthly Pleasure’ was live nog meer dan op cd een illustratie van hoe gevarieerd en complex zijn verzen zijn. De song was overigens een waarlijk hoogtepunt dat de zaal naar een delirium stuurde.
De set eindigde met een drieledige bisronde waarin ‘In A Newfound Land You Are Free’ de ultieme parel aan de kroon van Villagers was. Het vijftal was collectief klaar om tot onderkoningen van (indie capital) Gent te worden gekroond. Met ‘Becoming A Jackall’ als slotakkoord bleef de Handelsbeurs stomverbaasd achter: anderhalf uur schipperen tussen melancholie en chaos. ‘{Awayland}’ is een onaards paradijs zonder voorgaande.
Democrazy programmeert binnenkort onder meer On and On (07.05), Bass Drum of Death + Mujeres (10.05) en Ian Clement (16.05). Bezoek de Democrazy-website voor tickets, de volledige kalender en verdere info.
Villagers spelen binnenkort ook nog in de Muziekgieterij in Maastricht (30.04), Paradiso Amsterdam (03.05) en Pukkelpop (15.08).