Nu Doolittle 20 jaar oud is en ze het samen weer kunnen vinden op een podium, leek het voor Pixies een ideaal moment om een tribute tour te organiseren. En daar konden we als fans alleen maar blij om zijn. Het concert was dan ook in een wip uitverkocht. Ondergetekende zakte met zeer hooggespannen verwachtingen af naar Vorst en Pixies hebben mij niet ontgoocheld.
Een tribute organiseren voor je eigen plaat is niet echt een origneel idee. Vorig jaar deed Sonic Youth het bijvoorbeeld ook al door Daydream Nation integraal te spelen. Maar in vergelijking met Pixies had Sonic Youth wel het grote voordeel dat Daydream Nation een 2LP is en dat is iets gemakkelijker om een concert mee te vullen. Doolittle zelf duurt amper 38 minuten en bevat een aantal songs van nog geen 120 seconden. Dat is niet echt veel om een heel concert mee te vullen. Om dit euvel verhelpen, hadden Pixies wel een paar truukjes in huis.
Vooreerst begon het concert met een aantal fragmenten uit Un Chien Andalou van Luis Bunuel. Het surrealisme is altijd een van de inspiratiebronnen geweest van de groep en vind je in veel van hun nummers terug. De beelden brachten je al dadelijk in de juiste stemming. Toen Joey, David, Frank en Kim dan eindelijk opkwamen, was iedereen er precies ook klaar voor. Maar toen haalden ze het tweede truukje boven: Kim Deal bleek de MC van de avond te worden toen ze aangaf dat ze ook B-sides zouden spelen, waaronder ‘Manta Ray’ en ‘Weird at my school’. Hun officieel verzamelde B-sides mag je eigenlijk wel zien als een volwaardige plaat want er staan een aantal geweldige nummers op. Maar dat deze liedjes minder bekend zijn merkte je zeker aan het publiek dat tijdens de eerste vier nummers een nogal afwachtende houding aannam en beleefd applaudisseerde.
Na vier nummers begonnen ze dan aan Doolittle. Van zodra de eerste tonen van ‘Debaser’ door de boxen schalde was het publiek volledig los en kwamen de dertigers, die nog wel eens wouden pogo’en, gretig naar voren gestormd. Hierop volgden alle nummers van Doolittle in de volgorde zoals ze op plaat staan. Als je al die nummers na elkaar ziet spelen dan ga je nog meer beseffen wat een geweldig album dat toch wel is. De referenties variëren van Mexicaanse punk in ‘Crackity Jones’ tot poppy surfrock in ‘La La love’. Elk nummer werd strak gespeeld en het geheel stond als een huis.
Halverwege de plaat, of optreden, was er even een klein akkefietje tussen Frank Black en Kim Deal. Kim liet ons weten dat ze aan het laatste nummer, … van de A-kant kwam er achteraan, begonnen waarop Frank Black nogal raar keek en zei dat ze helemaal nog niet aan het laatste nummer toe waren. Na even bakkeleien begon dan ‘Monkey gone to heaven’. Regelmatig liet Kim ons ook weten dat we niet konden doorspoelen naar het volgende nummer, “ze zouden alles spelen”. Nu, ik kan me echt niet voorstellen al ooit doorgespoeld te hebben bij het meer dan geniale ‘Here Comes Your Man’. BTW, als er nog eens een site of magazine op zoek gaat naar de beste bassist, vergeet dan zeker Kim Deal niet bovenaan je lijstje te zetten. Wat ze gisteren allemaal aan geweldige riffs uit haar bas sleurde is niet velen gegeven. Maar dit terzijde.
Omdat een tribute tour natuurlijk iets meer vraagt dan het spelen van de nummers, was er ook aan de visuals gewerkt. Elk nummer was voorzien van de nodige ondersteuning met beelden op een grof korrelige videowall. Het aangrijpende ‘Silver’ kreeg bijvoorbeeld het gezelschap van visuals van een desolaat Texaans woestijnlandschap, terwijl bij ‘Hey’ de tekst geprojecteerd werd. Na afsluiter van de reguliere set ‘Gouge Away’ namen Pixies het applaus met plezier in ontvangst. Eerst op het podium en daarna verder op de videowall waar ze zelfs een mexican wave deden. Het publiek wilde natuurlijk meer live muziek en die kwam er.
Bij de eerste toegift liet Kim Deal ons weten dat ze nog meer B-sides in petto hadden, en deze overtroffen degenen van het begin van de avond. We kregen voor een tweede keer ‘Wave of Mutilation’ te horen maar nu in de meer ingetogen U.K. Surf Mix versie, waar ik echt geweldig kippenvel van kreeg. Daarna volgde een geweldige noise climax met ‘Into the White’ waarbij de rookmachines het podium in een dichte mist hulden. Hierna moesten we een dikke tien minuten wachten op de laatste ronde bissen. Nog een truukje om het concert een beetje te rekken? Dat wachten was in ieder geval meer dan de moeite waard want B-sides en Doolittle waren uitgespeeld en dus moesten Pixies wel kiezen uit die andere classics. Dat werden U-Mass, Vamos, Gigantic, en Where is my Mind. Een geweldige combinaties van songs om een concert mee af te sluiten, als je het mij vraagt. Maar ik ben dan ook een redelijk bevooroordeelde fan.