Herinner je het je nog: 2010 en iedereen (echt waar iedereen) die luidkeels “But it was not your fault but mine / And it was your heart on the line / I really fucked it up this time / Didn’t I, my dear?” meebrulde tijdens Mumford & Sons op Pukkelpop? Die jongens zijn terug met Babel en om je alvast vanaf het begin gerust te stellen: meebrullers als ‘Little Lion Man’ ontbreken niet.
Het begint al met de eerste single ‘I Will Wait’, een meebruller van formaat. De eerste reacties hierop tellen merendeels ook voor de andere nummers op ‘Babel’: “Dat klinkt eigenlijk wel helemaal hetzelfde als hun vorige album, éh”. Mumford & Sons zorgen inderdaad voor weinig verbazing, maar dat maakt ‘Babel’ niet minder goed. Het was zelfs te voorzien dat de groep opnieuw met een heel dansbaar, meezingbaar album zou komen en niet is gaan experimenteren met een banjo en een synthesizer. De vier Londenaars doen niets liever dan optreden, en hoe sneller en energieker ze dat kunnen, hoe liever.
Fans van het eerste uur zullen geen probleem hebben om zich in ‘Babel’ te vinden. Met deze plaat zal Mumford & Sons niet opnieuw zorgen voor zoveel ophef, daarvoor verschilt ze te weinig van ‘Sigh No More’. Qua geluid is Mumford & Sons weinig veranderd. De grootste karakteristieken blijven hetzelfde: de rauwe, oprechte stem van Marcus Mumford, de banjo van ‘Country’ Winston Marshall en de samenzang naar het voorbeeld van Fleet Foxes. De teksten blijven hopeloos romantisch en na twee luisterbeurten meezingbaar. Net zoals op ‘Sigh No More’ werkt elk nummer zich tijdens het refrein op naar een climax, met veel aaah ahhs.
Mumford & Sons zal geen fans verliezen met ‘Babel’, maar zal ook geen mensen overtuigen, door gebrek aan inventiviteit. Wordt een Mumford & Sons concert daardoor een minder groot feest? Natuurlijk niet!
Album verdeeld door V2