De albumtitel ‘Scaring the hoes’ doet eigenlijk al dienst als een soort ingangsexamen. Wie geen uren per dag op het internet spendeert, vindt het wellicht een wat vreemde zin om je project naar te vernoemen. De digital natives onder ons snappen echter meteen de verwijzing naar talloze memes waarin ‘social onaanvaardbare muziek’ – reikend van Bladee over Death Grips tot Merzbow – voor een groep zogenaamde ‘normies’ afgespeeld wordt, waarna de muziekliefhebber in kwestie als een freak bekeken wordt.
Wie anders dan Jpegmafia, de rapper die van internetlingo zijn moedertaal maakte, kan er achter een tape met die titel zitten? Wie het werk van Peggy een beetje kent, weet dat de titel met een knipoog bedoeld is, maar dat er wel degelijk een hoop experimentele producties op zullen staan die vooral de gevorderde hiphopluisteraar zullen bekoren. Bovendien doet Jpegmafia het dit keer niet in zijn eentje. Hij nodigde Danny Brown uit, nog zo’n rapper die dankzij zijn immer herkenbare, nasale stem vooral een select publiek aanspreekt. Een afstotelijke combinatie voor wie niet helemaal mee is in het verhaal, een match made in heaven voor internetnerds met een voorkeur voor hiphop met een hoek af.
Hoewel ‘Scaring the hoes’ op papier een gezamenlijke tape is, voelt het geheel voornamelijk als een Jpegmafia-plaat met veel Danny Brown-features. Beide heren spitten ongeveer evenveel lyrics in de mic, maar doordat Peggy ook alle beats produceerde, draagt het project voornamelijk zijn stempel. Niet dat je ons daarover hoort klagen: in het verleden bewees hij al meermaals een van de meest vooruitstrevende producers in de moderne hiphop te zijn, en ‘Scaring the hoes’ kan perfect zijn mannetje staan tussen albums als ‘Veteran’ en ‘LP!’.
Neem bijvoorbeeld het titelnummer. De ongepolijste drums en modderige bassen zijn nog makkelijk om op mee te knikken, maar Peggy gooit er ook een overstuurde saxofoon over die recht uit de freejazz lijkt te komen. Mochten er nog hoes meeluisteren, zijn ze op dit punt ongetwijfeld weggejaagd. Andere voorbeelden zijn het moment waarop de zwalpende beat van ‘Garbage pale kids’ verstoord wordt door een jankende gitaar of de desoriënterende beat van ‘Fentanyl tester’.
Ook de manier waar de hele plaat gemixt is, is niet geschikt voor tere hartjes. De bassen klinken luider en smeriger dan de rest, waardoor de andere, melodieuzere aspecten van de songs soms onder de herrie begraven worden. Niet iedereen zal dit kunnen smaken, maar wij genieten van het harde, energieke effect dat zo gecreëerd wordt. Enkel de raps van Danny Brown mochten soms iets luider in de mix klinken, want nu wordt zijn nochtans zo herkenbare stem soms iets té ver naar de achtergrond geduwd (zowat onze enige klacht over de plaat).
Bovendien is niet elk nummer op ‘Scaring the hoes’ ontoegankelijk. De triomfantelijke hoorns op ‘Burfict’ zouden zelfs de minder geoefende hiphopluisteraar op het puntje van diens stoel moeten brengen. ‘Orange juice jones’ is een lekker glad nummer dat opgebouwd is rond een aanstekelijke soulsample, en meteen daarna laten de twee heren zich op ‘Kingdom Hearts key’ van hun dromerigste kant horen. En dan is er nog het scabreuze ‘God Loves You’, waar de twee heren over een verslavende gospelsample proberen te bewijzen dat ze nog blasfemischer kunnen zijn dan Sam Smith en Kim Petras op ‘Unholy’.
‘Scaring the hoes’ is een album dat alle kanten uitschiet, met veel muzikale prikkels die elkaar in sneltempo opvolgen. Als er één rode draad doorheen de plaat loopt, dan is het hoeveel plezier beide heren lijken te hebben. De Danny Brown vanop ‘Atrocity exhibition’, waarop hij zijn problemen met drugsverslaving blootlegde, is ver te zoeken. Jpegmafia heeft zijn teksten dan weer altijd met een online knipoog gebracht, maar ook de brute maatschappijkritiek van pakweg ‘I just killed a cop now I’m horny’ blijft afwezig.
In plaats daarvan is ‘Scaring the hoes’ een pretplaat van twee veteranen uit de alternatieve hiphop geworden. De beats zijn hard en aanstekelijk, de teksten grappig en de delivery energiek. Peggy en Danny bewijzen dat experiment en plezier perfect hand in hand kunnen gaan, en het plezier dat ze overduidelijk in de studio beleefd hebben werkt enorm aanstekelijk. We zijn een beetje bang geworden, maar vooral heel geïntrigeerd.