De toekomst van de muzikale carrière van Chrystia Cabral hing afgelopen anderhalf jaar aan een zijden draadje. Het had allemaal heel anders kunnen uitlopen. De nummers voor het fantastische ‘The turning wheel’ had ze namelijk begin 2020 al volledig afgewerkt. Ze diende ze nog op te nemen, producen en masteren… en dat kost veel geld. Hiervoor had de Amerikaanse een Kickstarter-project opgezet om het album tot leven te brengen. Als je door de credits voor het album heen gaat, zie je meteen omvang van de plaat, hoeveel mensen hebben meegewerkt en waarom ze de crowdfunding had opgestart.
Cabral’s eerste twee albums toonden bijzonder veel potentieel. Ze had zichzelf een mix van hazy, bijna horrorachtige art pop aangemeten op ‘Mazy fly‘ waar vooral conceptueel het plaatje leek te kloppen. Op vlak van tekst en productie was er nog ruimte voor verbetering, en ook kende de tracklist enkele duds. De singles voor de plaat voorspelden alvast een tour de force. Zo kondigde ‘Little deer’ meteen een compleet nieuwe richting aan. De dreigende percussie en blazers die het openingsnummer inleiden, geven meteen weg dat de groezelige synths van weleer plaats zullen ruimen voor weelderige instrumentatie. Toch tonen bijvoorbeeld nummers als ‘Awaken’ en ‘Boys at school’ nog enkele flikkeringen van die donkere, melodramatische synths.
De theatrale instrumentatie die bestaat uit een half leger aan muzikanten gaande van banjo, klarinet tot harp, trombone en sax, is zo beeldend. Bij elk nummer kun je je ogen dicht doen en je een beeld voor de geest halen waarin het verhaal dat Cabral aan het bezingen is als een film wordt afgespeeld. Het album werkt bovendien in twee delen; ‘above’ en ‘below’. Die eerste is verguld en verheven in complexe arrangementen van harp en hoornblazers. Het tweede deel lijkt te willen verzinken in de aarde met een nadruk op piano en meer percussie.
Het album gonst van de metaforen over de natuurlijke wereld. De entiteiten die erin leven lijken telkens maar weer op zoek naar iets etherisch, zij het liefde, zelfacceptatie of zelfkennis. De meest duidelijke voorbeelden zijn daarin ‘Emperor with an egg’ en de openingstrack. In andere nummers is Cabral veel cryptischer van aard in haar poëzie. In ‘Revolution’ uit het personage bijvoorbeeld te streven naar een verlangen waar nooit aan voldaan zou kunnen worden. Verder dient ze in ‘Legacy’ eerst door het daglicht te kruipen vooraleer ze haar nalatenschap mag verdienen.
Het is duidelijk door wie SPELLLING beïnvloed werd. We zien zowel glimpsen van iemand als Kate Bush opduiken als ideeën in de instrumentatie van meer hedendaagse artiesten uit de art pop. Toch weet ze los daarvan een wereld te creëren die helemaal de hare is. Zo zijn de trage gitaarlijnen in ‘Legacy’ wel iets wat we al eerder hebben gehoord. Al weet ze die te borduren met blazers en verbitterde synths. Dit is ook het geval in het indrukwekkende ‘Boys at school’ dat goth rock-gitaren op een bijzondere manier laat floreren. ‘Queen of wands’ en ‘Magic act’ geven dankzij het synthwerk en de gitaarlijnen bevreemdend, alien bijna.
Op alle vlakken is Cabral met dit album erop vooruit gegaan. Wetende dat ‘Mazy fly’ haar thesisproject was en op zichzelf heeft ineen gebokst, zegt voldoende over haar potentieel. Met ‘The turning wheel’ lost ze deze alvast op een aangrijpende manier in. Ze had een waanzinnig idee en heeft het met behulp van meer dan dertig muzikanten tot leven weten te brengen. De manier hoe ze dit album vorm heeft gegeven is indrukwekkend.