Volgens traditie blaas je enkele kaarsjes uit op je verjaardag, maar de Frans-Libanese trompettist Ibrahim Maalouf spaart zijn adem voor een uitgebreide viering op ‘40 melodies’, zijn twaalfde studioalbum. Nu hij de kaap van veertig bereikt, kijkt Maalouf even achterom naar zijn bijzondere carrière. Hij cureert én herinterpreteert zijn eigen best of met de hulp van zijn vaste copain François Delporte, de Belgische gitarist die de trompettist telkens de weg wijst.
De selectie nummers die hier aan bod komt doorkruist de volledige discografie van Maalouf, van zijn debuutplaat ‘Diasporas’ uit 2007 via diverse Franse filmmuziek tot het recente studioalbum ‘S3NS’ van vorig jaar. Op de uitnodigingenlijst staan een vijftiental gastmuzikanten die ons muzikaal trakteren. Ze zijn – op Sting na – niet de grote namen die Maalouf in het verleden wist te strikken (Mika, Melody Gardot, Arno), maar allemaal grootheden in hun vakgebied.
De Amerikaanse pianist en ‘Late Show’-bandleider Jon Batiste soleert op ‘Free spirit’ terwijl de legendarische bassist Marcus Miller (Beyoncé, Michael Jackson, Miles Davis) zijn vingertoppen schuurt in het ophitsende ‘Harlem’. Nog vermeldenswaardige collabs zijn die met de Indiase percussionist Trilok Gurtu op ‘Diaspora’ en met het gerenommeerde Kronos Quartet in ‘Les quais’. Beiden doorbreken eigenzinnig het jazzgenre. Na een eerdere samenwerking op Stings album ‘If on a winter’s night’ doet de Noord-Engelse zanger en muzikant hier een wederdienst op klassieke gitaar op ‘All I can’t say’. Beide heren staan hopelijk volgende zomer op Gent Jazz.
Door de intieme bezetting van microtonale trompet en elektrische gitaar, die effecten verafschuwt, draait het verjaardagsfeest eerder bescheiden dan groots uit. Het duo klinkt het best wanneer het de intimiteit omarmd en niet streeft naar een verboden feest. ‘Beirut’, het doorbraaknummer uit 2011 blijft ook in een ingekorte versie overeind en doet de rockuitbarsting van het origineel niet missen. In ‘Surprises’ blaast Maalouf halverwege alle stoom uit en droomt hij even weg. Helaas hebben niet alle stripped back songs dezelfde overtuigingskracht als hun originele versies. Het speelse ‘InPressi’ komt nog sympathiek over en de virtuoze snelheid op ‘Essentielles’ blijft bewonderenswaardig maar ‘Ya ha la’ mist het groteske van het origineel en is dag en nacht verschil met de orkestrale liveversie op ‘14.12.16’. Het is een gemis waar we niet al te lang bij stil mogen staan.
Voor wie de veertig nummers over zich heen heeft laten komen, heeft Maalouf nog een verrassing in de vorm van drie nieuwe nummers. Het laidback ‘All around the world’ mag zelfs als catchy bestempeld worden en de meest opmerkelijke samenwerking is te vinden op ‘Layla’s wedding’. Tapdanseres Sarah Reich neemt er namelijk de ritmesectie voor haar rekening met – jawel – haar danspasjes. ‘If I’ sluit na twee uur en een half het album af en blijft ons boeien tot de laatste seconde.
Het opmerkelijke project ‘40 melodies’ is een serieuze aanvulling op het oeuvre van Ibrahim Maalouf maar doet ons te vaak verlangen naar zijn ouder, en in dit geval origineel materiaal. Ook de rol van François Delporte had beter ingevuld kunnen worden door hem meer in dialoog te laten gaan met Maalouf in plaats van een louter ondersteunende functie. Toch zijn we dankbaar voor de uitnodiging en kijken we al uit naar z’n tachtigste verjaardag.