Na twee splijtende ep’s onder Nyege Nyege Tapes – waarvan de tweede vorig jaar in ons halfjaarlijstje van beste ep’s stond – brengt het Anglo-Oegandese sextet zijn debuutplaat uit. Het ambitieuze zestal brengt op ‘Kaloli’ via het Belgische label Crammed een staalkaart voor de dag over hoe bijzonder, expressief en ruim percussie-gefundeerde muziek kan klinken.

De oorsprong en inspiratie van de band wordt van bij het begin van de plaat duidelijk met ‘Supuki’. De band eert, vertrekt en gebruikt de traditionele manier van drummen komende uit Boeganda, een koninkrijk in Oeganda, en mixt die met hedendaagse invloeden uit techno en IDM. De opbouwende spanningselementen via samples en drone geeft het nummer een zeer macaber gevoel. In het daaropvolgende nummer zien we die wisselwerking heerlijk worden uitgespeeld waarbij de percussie in de eerste helft vederlicht lijkt met luchtige slagen. De elektronica lijkt zich gaandeweg om de drums heen te wentelen en naar het einde toe te resulteren in een driftige symbiose van techno-invloeden en het hardleers tekeer gaan met de drums van de band.

Ook ‘Gunjuli’, ‘Black kaveera’ of ‘Bwola’ borduren voort op die wisselwerking – zij het in een (bijna) opvliegende manier. Die laatste is ongetwijfeld het meest intensieve nummer op de hele plaat waarbij je op het einde van het nummer letterlijk de drumstokken letterlijk op de grond hoort vallen. Daartegenover klinkt ‘Busoga’ bijna euforisch door de kleurrijke synths die in het nummer worden geïntegreerd.

Elders in ‘Mukaagafero’ of ‘Salongo’ experimenteert het zestal de mogelijkheden om grauwe ambient-soundscapes te verwerken in hun muziek. Net zoals het openingsnummer brengen ze evenwel een eerder bevreemdend bijna angstaanjagend gevoel. Ondanks de vrij rustgevende percussie en dito ambient-invloeden stellen de korte gure samples je nooit écht gerust waardoor je bij dit album altijd op het puntje van je stoel blijft zitten wanneer je even van de dansvloer komt.

De band heeft zich in de loop van zijn nog steeds vrij korte geschiedenis ontwikkeld als hét Oegandese uithangbord met betrekking tot percussie-gebaseerde muziek. Het zestal heeft weinig moeite met dansvloeren vullen met hun opzwepende drums noch hun instrumenten aan flarden te spelen wanneer intensiviteit zich bolwerkt. Dit debuut toont hoe veelzijdig de band kan omspringen met elektronica in combinatie met de instrumenten die hen van thuis uit meegegeven zijn.