Wie week na week deze rubriek volgt, zal vast een paar bekende namen zien opduiken; wie minder regelmatig leest (wees evenzeer welgekomen natuurlijk!) kan enkele ontdekkingen doen. Zet je neer voor de Punch, Brothers, Punch van week 35, neem je koptelefoon erbij (deze week misschien wel iets meer aangeraden dan anders) en geniet van de selectie, die deze week verzorgd werd door Matthias Desmet, Anthony Brynaert en Thomas Konings.
Nils Frahm – Them
“Less is more”. Het motto wordt doorgaans toegeschreven aan Mies Van Der Rohe, maar zou een eeuw eerder al voorkomen in een gedicht van Robert Browning. Wat er ook van zij, Nils Frahm houdt de slagzin actueel, deze week bijvoorbeeld, door een uitgeklede pianoversie van ‘Them’ uit zijn soundtrack voor de one shot-movie ‘Victoria’ te delen. Frahm balanceert, zoals wel vaker, op de grens tussen teder en melig. Deze keer valt het resultaat aan de goede kant uit. Dit subtiele pianoflardje is een voorsmaakje uit de door Frahm gesuperviseerde Late Night Tales-plaat. We zijn alvast benieuwd wat de Duitser nog allemaal door de esotherische filter zal trekken. Ondertussen weet je, als je het dit weekend zoetsappig wil maken met je lief, weer wat door de boksen geknald. (MD)
Dark0 – Fuschia
Zoals de videoclip – een amusante verzameling zelf geschoten beelden – al aangeeft is deze song met plezier gemaakt, een gevoel dat zich ook moeiteloos door de koptelefoon weet te vertalen. De song is zowel uitbundig als ingetogen, ruw en zacht tegelijk en het is exact wat ondergetekende nodig heeft op een zaterdagavond. (AB)
Chinah – We go back
Chinah kiest in de eerste helft van hun song duidelijk voor de minimale aanpak: sfeer-aangevende synths en sporadische beats fungeren op de achtergrond terwijl de bovenste laag wordt bepaald door subtiele gitaartonen. De focus ligt op zang en melodie, en dat gebeurt op een heerlijk dromerige manier. Die aanpak blijft behouden tot iets na de 3-minutengrens wanneer een onheilspellende synth de song een ander elan geeft en je volledig mee zuigt in een opkomende versnelling die zich naar een mooi einde toewerkt. ‘We go back’ is een prachtnummer dat het grote potentieel van dit Deense drietal blootlegt. (AB)
Aïsha Devi – Mazdâ
Wie FKA twigs op haar nieuwe ep net niet beklijvend of freaky genoeg vond, kan misschien wel gecharmeerd worden door de Zwitsers-Nepalese artieste Aïsha Devi. Met ‘Mazdâ’ kiest de Danse Noire-labelleidster alweer voor een nieuwe sound: na de gabbercore, keelgezangen en normalere maar nog steeds experimentele electronica van haar vorig werk, klinkt ze hier toegankelijker dan ooit met een soort futuristische r&b-sound die vergelijking met 18+ hun materiaal oproept. De zang maakt hier buitengewoon indruk, dankzij fenomenale spooky en hoge uithalen die weer de spiritualiteit van Devi’s werk aantonen. (TK)
Priscilla Sharp – Floored
Een grote stap is het niet naar Priscilla Sharp, een geheimzinnige artieste die eerder al furore maakte op het internet onder de naam Locke. Ondanks de naamwijziging is de formule op het Ryan Hemsworth-approved ‘Floored’ niet gewijzigd: experimentele r&b it is met mysterieus sensuele vocals, een ratelende producties à la FKA twigs vol ongemakkelijke stilte en genoeg catchiness om je vier minuten lang een klein beetje op te zwelgen. Als deze dame er met haar hedendaags geluid, tegelijk frisse en herkenbare nummers en sterk uitgedachte image niet komt, dan is er wat mis met de wereld. (TK)
SPORTS – Reality TV
In de categorie “lo-fi, Amerikaans en DIY” hebben we deze week de nieuwe van SPORTS. Begin deze maand sierde de laatste nieuwe belofte van (noteer de naam/volg op sociale media) Father/Daughter Records al eens deze rubriek, (MD) pende toen “Carmen Perry’s vocalen klinken zo spontaan dat je de frontvrouw van Sports voor je ogen uit bed ziet springen om achteloos een ontwapenend gitaarpoppareltje ten berde te brengen. Okselfris, noemen ze dat.” Over ‘Reality TV’ kunnen we eigenlijk hetzelfde vertellen, met z’n typische balans tussen opgewekte instrumentatie en donkere lyrics in een snedig en aanstekelijk jasje. (TK)
Nkisi – Terms and conditions of own existence
Hier is nog zo’n graag geziene gast in de Punch, Brothers, Punch-rubriek: Nkisi. Net zoals labelgenootjes Angel-Ho en Chino Amobi is de Britse producer tamelijk rusteloos en productief, maar gelukkig lijdt de productiviteit er niet onder. ‘Terms and conditions of own existence’ klinkt donker en dansbaar met een constante en hypnotiserende groove die je enerzijds niet loslaat en anderzijds gevaarlijke synths waar je toch even van opschrikt. Dat blijft natuurlijk de bedoeling van deze politieke muziek. (TK)
Triad God – Babe don’t go
Veel tijd heb je niet nodig om de producer achter Triad God zijn nieuwe ‘Babe don’t go’ te kunnen identificeren. De spaarzame, flikkerende en ronde dancehall-geluiden komen van Palmistry, die ook al meewerkte aan het magistrale ‘So pay la’. De sfeer van het nummer hier is romantisch-droevig, met extroverte lyrics in een intiem geluid: ook al typisch Palmistry en misschien wel wat vergelijkbaar met het happy-sad van Ryan Hemsworth. Eigenlijk wordt hier het beste van popmuziek geperst in een nieuw, gestript en iets minder conventioneel jasje. (TK)
Rabit – Pandemic
Deze Amerikaanse producer haalt ook een tweede keer deze maand dit lijstje. ‘Pandemic’ is de eerste single van het extreem veelbelovende debuut ‘Communion’ (uit via Tri Angle) en zou zo maar eens het wildste kunnen zijn dat je sinds lang hoorde. De electronica hier is genadeloos, zeker in de tweede helft wanneer een apocalyps van gedreun, getsjirp en geroep uitbreekt. Viscerale shit. (TK)
Julia Holter – Sea calls me home
Net zoals eerste voorproefje ‘Feel you’ toont deze tweede single een breder, extroverter geluid (er wordt zelfs gefloten!); zeg maar de typische sound van een artieste die ambitieuzer te werk gaat. Hoezo “her most intimate album yet“? Dat maakt ons wel benieuwd naar de rest van het album. Anyway, de sfeer is er zelfs bijna euforisch door, wat ook bedoeld mag worden met “I can’t swim, it’s lucidity so clear”. En halverwege worden die uitgelaten gevoelens nog eens in de verf gezet met een gierend blazer-uitstapje; wat fijn. (TK)