Al jarenlang leek hij van de aardbol verdwenen of in rook te zijn opgegaan, maar sinds kort sijpelt het ene eerbetoon na het andere binnen. Mark Hollis, icoon van het toch wel legendarische Talk Talk, is op 64-jarige leeftijd overleden. Op deze manier komt er een einde aan een jarenlang mysterie over het doen en laten van Hollis. Na zijn soloplaat uit 1998 en wat occasioneel productiewerk in het begin van de 21ste eeuw, bleef hij ver weg van de muziekindustrie.
Hollis staat vooral bekend als frontman van Talk Talk, een band die het levenslicht zag begin jaren 80 en startte als new-wave/synthpop band, krioelend tussen een hele hoop andere acts als Duran Duran, The Romantics, Spandau Ballet… De grote doorbraak kwam er met ‘It’s my life’, waarvan de titelsong samen met ‘Dum dum girl’ en ‘Such a shame’ als klassiekers in het genre gelden.
Opvolger ‘The colour of spring’ bracht stijlkenmerken van ‘It’s my life’ samen met een vernieuwde sound. De Britten gingen experimenteren met diverse instrumenten als orgels, piano’s en gitaren en songs ontstonden meer vanuit improvisatie. Nummers als ‘Life’s what you make it’ en ‘Living in another world’ schopten zichzelf opnieuw tot hoog in de hitlijsten.
De experimenteerdrift van de Londenaars hield echter niet op. Met vervolgplaat ‘Spirit of eden’ wordt de band aanzien als dé pionier van de postrock en met ‘Laughing stock’ als orgelpunt van hun prachtige oeuvre hield Talk Talk op met bestaan.
Zeven jaar later bracht Mark Hollis in 1998 nog een soloplaat uit die de hele metamorfose en evolutie van Talk Talk nog eens samenvatte. Een minimalistische plaat die zelfreflectie oproept en de intuïtieve ingevingen van Hollis perfect weergeeft.