Het gezellige Leffingeleuren festival vierde dit jaar zijn 35-jarig bestaan. Naar goede gewoonte stonden er veel Belgische artiesten op de affiche. Wat ons zeker opviel is dat de programmator dit jaar niet heeft geopteerd voor de grootste publiekstrekkers, maar eerder voor de meer talentvolle en zuivere muzikanten. Een gevarieerd publiek, degelijk weer en de overheerlijke wafels waren allen present. De organisatie heeft dit jaar ook enkele vernieuwingen doorgevoerd. De camping was nu bereikbaar via de parking zodat je niet meer helemaal rond moest lopen. Zowel parking als camping lagen binnen een kilometer van het festival, wat heel aangenaam was voor de festivalgangers.
DAG 1 – Vrijdag 16 september
Met de woorden: “Goeienavond Leffinge, welkom bij Das Pop (**1/2)”, verwelkomde Bent Van Looy op arrogante wijze zijn fans in de concerttent. De band heeft een goed jaar achter de rug en kon dan ook op veel enthousiasme van het jonge West-Vlaamse publiek rekenen. Singles ‘The Game’, ‘Skip The Rope’ en ‘Never Get Enough’ waren de favorieten. Al vinden wij dat de nieuwe muziek van Das Pop eerder klinkt als een mislukte Beatles-imitatie. Zeker ‘The Game’ kan ondergetekende niet bekoren.
Battles (***) daarentegen wist ons wel te overtuigen met hun experimentele rock. De ongelooflijke drumkunsten van voormalig Helmet-drummer John Stanier aangevuld met een excellente lichtshow en een opbouwende setlist verhoogden het feestgehalte in de tent aanzienlijk. De sound van de groep kon je ook typeren als math-rock in de lijn van 65daysofstatic of Foals. Hoogtepunten uit de set waren ‘Atlas’, ‘Tonto’ en ‘Ice Cream’.
De organisatie van Leffingeleuren koos met Goose (***1/2) voor het gegarandeerde feest dat de eerste avond traditioneel moet worden gehouden. Aan de reactie van het publiek te zien, zijn ze daar zeker in geslaagd. Met ‘Bring It On’, ‘Low Mode’, ‘British Mode’, ‘Everybody’ en ‘Synrise’ vuurden ze de ene single na de andere af. Kwalitatief kon de muziek het niveau van Battles niet evenaren maar de tent stond wel in vuur en vlam. Bisnummer ‘Words’ werd ook op een ongelooflijke manier uitgerokken waarbij de vele tempowisselingen ook een goede indruk maakten op het publiek. Het deed sterk denken aan Soulwax Nite Versions.
Tijd om eens een kijkje te gaan nemen in concertzaal De Zwerver waar The Hickey Underworld (***) net aan hun set was begonnen. De mannen die 5 jaar geleden koningen waren van Humo’s Rock Rally, werkten aan een opzwepende rock show. Hun experimentele hard rock deed de grondvesten van Zaal De Zwerver daveren. Met krijsende gitaarsolo’s en een wilde houding op het podium (met de gitaarkop op de cimbalen slaan e.d.) wisten ze hun underground status te verzilveren. Hoogtepunt was uiteraard ‘Future Words’.
DAG 2 – Zaterdag 17 september
De Belgische sensatie van dit jaar heet Intergalactic Lovers (**1/2). Frontvrouw Lara Chedraoui had weliswaar last van zware brandwonden wegens in slaap vallen met haar been tegen de kachel, op het podium stond ze al een pak minder klunzig. Singles ‘Delay’ en ‘Shewolf’ kwamen meer tot hun recht in deze tent dan in de Magic Soundsystem van het Dour Festival.
Zo goed als elk Belgisch festival had dit jaar te kampen met slechte weersomstandigheden. Tot nu toe was Leffingeleuren geen uitzondering. Donkere wolken teisterden de wei. Ook voor dit probleem had de organisatie een oplossing: Crystal Fighters (****). De show begon met een instrumentale intro die een sample van Crystal Castles bevatte. De mysterieuze sfeer sloeg dan om in de eerste beats van ‘Solar System’. De Fighters maakten hun live reputatie helemaal waar. Met ‘Follow’ introduceren ze hun andere wereld aan het publiek. De muziek bevatte zowel zuiderse als dubstep- en hard rock- elementen en was heel ritmisch opgebouwd. Meerdere malen zaten ze met 3 of 4 te kloppen met houten stokjes en ritmewisselingen door te voeren, zoals in ‘I Love London’. Het laatste ingrediënt van hun originele muziek zijn de random teksten: “I do this everyday, I do this daily, everyday I do this”. Studio Brussel-hit ‘Plage’ was veruit het populairste stuk in de set.
Tijdens Gabriel Rios waren we voornamelijk bezig met een interview van Blood Red Shoes, dat je binnenkort kan lezen op onze site. Vanop afstand hebben we wel opgevangen dat ‘Dauphine’ al heel vroeg in de set stond en live vrij goed klonk. Ook ‘Broad Daylight’ had zoals gewoonlijk veel succes bij het publiek.
Het meest exclusieve optreden op Leffingeleuren 2011, naast Alpha Blondy misschien, was G. Love (****1/2). Deze Amerikaanse singer-songwriter heeft een waanzinnig talent. Hij is momenteel bezig met een solo-tournee en bracht een show waar hij gitaar, harmonica zang en drum tegelijk voor zijn rekening nam naar het voorbeeld van zijn grote inspiratiebronnen John Hammond, Bob Dylan en Wu Tang Clan. Deze beschrijving doet sterk denken aan een Belgische artiest, waarvan de naam ons even ontglipte. Midden in de show kregen we het antwoord toen G. Love een ‘good friend that I met in Antwerp’ uitnodigde op het podium: Admiral Freebee. Samen brachten ze ‘Rags n’ Run’ met de beste harmonica solo die we ooit te horen kregen. Tom Van Laeres nervositeit bevestigde terecht het superieure talent van G. Love. De setlist bevatte zowel nieuwe songs van zijn solo album (‘Milk and Sugar’, ‘Fixin To Die’ en ’50 Ways To Leave Your Lover’) als oudere met zijn groep Special Sauce (‘Rainbow’, ‘Booty Call’, ‘Baby’s Got Sauce’). In het voorlaatste nummer ‘Blues Music’ verwerkte hij ook Lou Reeds ‘Walk on the Wild Side’. Dit was voor ons zeker het hoogtepunt van de dag, misschien zelfs van hele het festival.
Het duo Blood Red Shoes (***1/2) uit Brighton speelt naar eigen zeggen het liefst ‘s nachts in een tent. Betere omstandigheden konden ze vanavond dus niet wensen toen Laura-Mary Carter en Steven Ansell het podium in Leffinge bestegen. Ze bewezen hun status van stevige live act nogmaals. Met eenzelfde snelheid als Arctic Monkeys en eenzelfde virtuositeit als The White Stripes knalden ze hun weg naar het einde van de show. Ze speelden goed op mekaar in; Laura-Mary volgde Stevens drumstok naadloos. Tijdens ‘It’s Getting Boring by the Sea’, ‘Say Something,Say Anything’, ‘I Wish I was Someone Better’ en het fenomenale ‘Colours Fade’ ging het dak van de concerttent een paar keer de lucht in.
De Oostendse chansonnier Arno (***) voelde zich hier helemaal thuis, op vijf kilometer van zijn eigen stad. Weer een goede reden om je compleet van de kaart te zuipen, dacht hij waarschijnlijk. Toch was hij in topvorm. Arno is niet een van de meest getalenteerde artiesten die we zagen dit weekend, maar wat hij wel is, is een echt podiumbeest. Tussen de songs door riep hij altijd “Rock On, motherfuckers!” naast andere uitdagende dingen die geen enkele Antwerpenaar ooit zou kunnen verstaan. Hoogtepunten waren ‘Les Filles Du Bord De Mer’ en ‘Oh La La La’, zijn anthem en dat van Tc Matic.
Het tweede feestje van het weekend werd geserveerd door Alex Gopher (**). De Franse DJ die al meerdere malen op Pukkelpop stond, wist deze keer niet echt te overtuigen. Hij draaide vooral electro met af en toe wat flarden techno. Bekende knaller ‘Aurora’ was wel een groot feest. Gopher zag eruit als een echte fransman: strak in pak en heel de tijd sigaretten aan het roken.
DAG 3 – Zondag 18 september
We starten de laatste festivaldag in Leffinge met de vriendelijkste singer-songwriter van Engeland. Newton Faulkner (***) is amper 26 en al in staat gigantische massa’s zoals het Glastonbury-publiek naar zijn hand te zetten met zijn originele gitaarstijl. Net als John Butler gebruikt hij het lichaam van zijn gitaar om ritme in zijn songs te verwerken. Met eigen songs als ‘I Need Something’ en ‘Dream Catch me’ en covers als ‘No Diggety, Teardrop’ (Massive Attack) en ‘Bohemian Rhapsody’ (Queen) verliep het concert in Leffinge ook subliem. Op het einde van de show meldde hij nog snel dat hij zeer spoedig zou terugkeren, goed nieuws voor de fans dus.
De Kortrijks/Gentse formatie Balthazar (***) begint meer en meer singles op zijn palmares te verzamelen. ‘The Boatman’, ’15 Floors’ en ‘Hunger At The Door’ worden goed meegezongen door het publiek in Leffinge. Met het goede weer vandaag heeft het publiek trouwens een metamorfose ondergaan van zuiver jeugdig naar volledige gezinnen die met de kindjes even een familie-uitstap besloten te maken. De hele wei krioelde van de kinderen die allen bekers raapten en bonnetjes doorverkochten voor de helft van de prijs. Balthazar liet zich hierdoor echter niet beïnvloeden en speelde als de alternatieve band die ze is. Verwijzingen naar Gorillaz en The Whitest Boy Alive zijn niet uit den boze.
We blijven nog steeds in de concerttent voor het concert van de surfer/singer-songwriter uit Hawaii. Donavon Frankenreiter (***1/2) nam een ietwat katerige start met ‘Hold On’. Daarna volgden feel good hits ‘Lovely Day’, ‘Life’, ‘Love & Laughter’, ‘What Cha Know About’ en het meesterlijke ‘Move By Yourself’ met uitzonderlijk goede solo’s van Donavon zelf en zijn meedogenloze gitarist die zijn nut op het podium meer dan duidelijk maakte. ‘Girl Like You’ mondde uit in een waanzinnige jamsessie. Voor ‘Free’ nodigde hij ook Martin Sexton uit om zich op het hoofdpodium op te warmen voor zijn optreden later in Café De Zwerver. Sexton was duidelijk nerveus maar kwam dan toch los en liet enkele aangename improvisatie skills zien. Afsluiter ‘It Don’t Matter’ liet Donavon zoals gewoonlijk eindigen door iemand uit het publiek. Ditmaal was de gelukkige een 12-jarig kindje dat de tekst in het begin niet echt beheerste. Dit leidde tot een aanvankelijk komisch tafereel. Daarna werd het publiek dan weer zelf in de maling genomen toen Donavon het kind mee backstage nam.
Zonsondergang over Leffinge en de Leuvense Sanne Putseys bestijgt het podium van de concerttent die compleet volgepakt zit. Selah Sue (***) begon goed aan haar set. ‘Fyah Fyah’ weet het publiek goed op te warmen voor de ondertussen grijs gedraaide hits ‘Crazy Vibes’, ‘This World’ en ‘Raggamuffin’. Na het inzetten van ‘Raggamuffin’ was de reactie van het publiek extatisch waarbij Sanne plots het liedje stopzette en zei: “Er is er ene in het midden niet aan het meeklappen!” Terecht kon dit op het verdiende boe-geroep van de tent rekenen. Ondanks dit detail verliep het concert zo goed als vlekkeloos. Het was trouwens een goede overgang naar het concert van Alpha Blondy.
Alle kinderen begonnen nu stilletjes aan naar huis te gaan en maakten plaats voor dreadlocks en reggae liefhebbers. ‘De Bob Marley van Afrika’ had een twaalfkoppige band bij met onder andere drie achtergrondzangeressen, trompet, sax, bas, keyboards, twee gitaristen en een gigantische bassist die er apestoned uitzag maar toch aardig kon slappen op zijn basgitaar. Alpha Blondy (***) zelf was heel kleurrijk gekleed en droeg een oranje petje. Tussen zijn liedjes door hield hij politieke discours in het Frans. Na hun derde song keek hij plots naar de camera op het podium en zette het concert gedurende 5 minuten stop. ‘On nous a pas averti qu’ils vont telefilmer!’ Om juridische redenen is Blondy even backstage gaan klagen dat die videobeelden moesten stoppen. Ondanks dit obstakel speelden ze een goede set met de beste reggae van vroeger. De laatste bisronde bevatte een fantastische reggae versie van Pink Floyds ‘Wish You Were Here’ en uiteindelijk hun dikste hit ‘Brigadier Sabari’. Alpha Blondy verliet het podium waarna de band hun laatste noten speelde en de elf leden plechtig bogen voor het voldane publiek.
Leffingeleuren 2011 stelde niet teleur. We zagen heel goede concerten die over het algemeen beter waren dan de voorgaande edities. G. Love, Crystal Fighters en Blood Red Shoes waren de absolute toppers die we in de toekomst zeker in de gaten moeten houden. We genoten van een magisch weekend vol muzikale hoogtepunten.