Dag drie en Rock Werchter kende qua temperatuur vandaag zijn absolute kookpunt. Meer dan ooit werd er met waterpistooltjes gespeeld zowel op als naast het podium of verkoeling gezocht in de schaduw van de Slope en de twee tenten. Of we zo stilaan geen synoniemen meer weten die het ongemakkelijke en verbrande gevoel van een uurtje aan de mainstage te plakken kunnen beschrijven? Belange niet, goed insmeren blijft immers de boodschap.
Ondanks het lichte geroezemoes bracht het, intussen viertal, op een mooie uitgesponnen manier zijn cover van alt-J. ‘Lucky clover’ ging nog stap verder en sloeg door merg en been wanneer Greene haar engelachtige keel openzette. Na luid onthaal tijdens en na het afsluiten van hitsingle ‘Pouring rain’ was de vuurdoop volbracht hoewel de condities, het vroege uur enerzijds en de Barn die stond te dampen van de warmte anderzijds, niet ideaal. De ‘De Nieuwe Lichting’-winnaars speelden er net zoals zovelen dit weekend hun grootste show ooit en dat doet wat als je het publiek volledig mee krijgt. Zangeres Sarah Greene stond perplex: “Onwerkelijk, jullie zijn onwerkelijk.“. Zweetparels werden voor eventjes tranen van geluk.
Foto door Sanne Gommers.
Het gezelschap zag eruit als een stel ruige rockers, toen frontman Tim Showalter echter zijn brede glimlach naar boven haalde en zijn hoed rechtte was deze gedachte niet meer dan een schijn meer. De sympathieke bard brak de boel open met ‘Weird ways’ dat in tegenstelling tot The War On Drugs eerder euforisch dan weemoedig weerklonk. De cowboy heeft sinds ‘Eraserland’ immers het licht gezien en liet dat in de Barn maar wat graag zien. Zijn rochelende gitaarlijnen met een duit psychedelica in verwerkt deden op ‘Hyperspace blues’ wegdromen al kon Showalter dat niveau niet helemaal vasthouden. De set zakte na een tijdje jammer genoeg maar leefde naar het slot toe weer op met een prangende ‘JM’ opgedragen aan de betroerde cult-held Jason Molina.
Foto door Sanne Gommers.
Over de gelijkenissen en invloeden van SYML kan veel gezegd worden, die gaan werkelijk alle kanten op en dat werd tijdens deze set pijnlijk duidelijk. Een charmante persoonlijkheid heeft de Amerikaan dan weer wel mee, zo bleek uit het aan zijn zusje opgedragen ‘Girl’ dat menig harten waarschijnlijk deed smelten of het treffende ‘Where’s my love’. De bedwelmende temperatuur zat daar voor een keer eens niet tussen. Bij gebrek aan het vinden van betere strofes of refreins werden deze vaak beklad met simpele (heb je ‘m?) meezingers à la ‘ooee-ooee’, misschien wel leentjebuur gespeeld met Bastille.
Foto door Sanne Gommers.
Het leek wel het strand van Blankenberge; strandhanddoeken, opblaasbare zetels en parasollen lagen wijd verspreid over de weide, althans wat er van overbleef, met ijsjes in verkoop net om de hoek. Zach Codon had zich zijn terugkomst naar onze wei waarschijnlijk net iets anders ingebeeld. De Barn had waarschijnlijk een betere plek geweest hoewel de vele zonnekloppers zeker niet moesten onderdoen. Het enthousiasme ontbrak langs beide kanten vanwege de tropische temperaturen. Beirut werd op een klein halfuur gereduceerd tot een stel straatmuzikanten wat betreurenswaardig is. ‘Nantes’ werd natuurlijk wel luid onthaald maar het kalf was toen allang.. verbrand?
Foto door Sanne Gommers.
Aan de ravisante Mikaela Straus’s streamingscijfers zal het niet gelegen hebben. Met ‘1950’ brack ze namelijk wereldwijd door alhoewel ze eigenlijk al van kleins af aan de muziekwereld heeft leren kennen door middel van haar vader die producer is. In tegenstelling tot pakweg Robyn is King Princess nog steeds een queer-rolmodel in wording, iets wat eerder penibel duidelijk werd het te kort aan body in haar nog kleine discografie. Met een nummer als ‘Pussy is god’ deed ze alvast vele harten sneller terwijl er soms net beetje meer diepgang en nuance in mag zitten. De slaapkamerpop van je girl-next-door werd nochtans smachtend onthaald hoewel er tegen het einde van de set de Klub C slechts maar de helft gevuld meer leek te zijn.
Foto door Sanne Gommers.
De onschuldige aanstekelijke vrolijkheid van Alice Phoebe Lou paste perfect in de luwte van de Slope. Ze ging bijna spelenderwijs doorheen verschillende genres als indie, folk en jazz telkens beladen met een goede dosis humor, misschien is die spontaniteit wel iets Zuid-Afrikaans. ‘Galaxies’ schuurde tegen de psychedelica terwijl de percussie jazzfusion huilde. ‘Skin crawl’ was een zoveelste stem dit weekend tegen seksisme, zeker op festivals gaf ze na waarna ze een kort jazzintermezzo “shake therapy” benoemde om alle giftige gedachten even van je af te schudden. Een devies waar we ons zeker in kunnen vinden.
Foto door Sanne Gommers.
Een jaar geleden stond Angèle nog een beetje zoekend naar nummers, bindteksten en zichzelf de Barn te openen. Het contrast was gisteren enorm toen ze meteen met hits als ‘La thune’, ‘La roi du murphy’ en #metoo-anthem ‘Balançe ton quoi’ het publiek toe smeet. Die laatste is qua boodschap al meerdere keren elders teruggevonden het afgelopen weekend en misschien maar goed want het blijft een actueel en belangrijk onderwerp. Wie trouwens niet ruim op voorhand de Barn was binnengeglipt werd aangesteld tot het schouwspel mee te volgen vanop het grote scherm. Angèle laat zich sinds kort omringen door vier danseressen die voor de visuele context zorgden zoals op ‘Balançe ton quoi’, ‘Jalousie’ of ‘Je veux tes yeux’. Ze flirtte met eurodance en electropop in ‘Flou’ en liet broer Roméo ons even glimlachen op zijn gekke bekken via het bandje tijdens ‘Tout oublier’. Na een fotomomentje om deze bijzonder fraaie set te vereeuwigen hield ze het voor bekeken. Volgende stap, de mainstage?
Foto’s door Sanne Gommers.