Nilüfer Yanya verraste afgelopen maand met voltreffer ‘Painless‘. De Londense singer-songwriter verhaalt op de plaat openlijk over de negatieve invloed van haar omgeving op haar zelfbeeld. Bij deze donkere plaat – waar zelfs haar zelfpijniging en haar fysieke pijnen voelbaar worden – hoort ook een tournee. Deze hield gisterenavond halt in de Botanique.
Léa Sen mocht het publiek opwarmen. De Londense bracht soft rock die naar eigen zeggen tussen Tame Impala en Clairo bengelde. Een brede waaier aan invloeden dus. Het was enigszins te merken dat ze nog wat zoekende is. Het merendeel van de nummers bracht ze uitsluitend met haar gitaar. Terwijl haar demo’s toch wat anders brachten. Zo werkte ze op demo ‘Again’ met beats die uit de rapwereld leken te zijn ontsnapt of zo had ‘Don’t Mather’ een ambient intro én outro. Toch toonde ze veel potentieel die ze met wat meer daadkrachtigheid hopelijk zal verzilveren.
Nilüfer Yanya pakte de koe vast bij de horens en startte haar set meteen met ‘Midnight Sun’, orgelpunt van haar recente worp. Echter, om onbegrijpelijke reden slikte ze haar falsetto’s doorheen het nummer steeds in. Zou het een gevolg zijn van vermoeidheid van het touren? Het is iets wat bij een vorige passage haar evenwel parten leek te spelen. Toch kende de liveversie zeker zijn gelijke aan de albumversie. Dat kwam doordat ze de snedige gitaarriffs gewiekst liet vervangen door een saxofoon. Dat trucje haalde ze meermaals uit gedurende haar set. Dit was evenwel het geval op ‘Patience’ of op ‘Belong with you’, waarop ze zich een eerste keer van haar assertieve kant liet horen: “I don’t even like you bitch”.
Met een cover van ‘Rid of me’ was er tevens plaats voor een ode aan PJ Harvey, die gisteren trouwens de verjaardag vierde van haar album ‘Dry’. Met behulp van de saxofoon en onverwachte uithalen van de drummer bootsten ze de rockgrootheid puik na. Ook invloeden van andere rockgrootheden kwamen naar boven. Zo deed de intro van ‘Stabilise’ denken aan Radiohead’s ‘Idiotique’ of zo was er de knipoog naar Radioheads ‘Hail tot he Thief’ op ‘Chase me’.
We kregen een set die een heerlijke dosis grinta bevatte. Zo kregen ‘The dealer’, met zijn heerlijke breakbeat en grommende gitaren en ‘L/R’, met zijn eigenzinnige new wave beat, de menigte al vlug aan het dansen. Het was een show met een heel goede vaart. Het was enigszins jammer dat de synths gedurende het eerste deel wat te zacht stonden afgesteld en Yanya’s falsetto hier en daar inslikte. Toch was het een meer dan behoorlijk concert, waarbij zeker de toevoeging van de sax voor een extra touch zorgde.
Sterker nog, ze durfde tevens de gevoeligheid van haar recente plaat in de verf te zetten en keerde met momenten terug naar het droevige thema van de plaat. Zo zuchte ze op ‘Trouble’: “Troubled don’t count the ways I’m broken / Your troubles won’t count, not once we’ve spoken / What troubles me now if I tear this open / Some people won’t have the faintest notion”. Het eerste woord van elke verse sprak ze op zo een zuchtende manier uit wat maakt dat haar radeloosheid pijnlijk voelbaar wordt. Het was opvallend met welke prachtige melodieën ze deze doodsangsten verhaalde.
Voor de encore kwam Léa Sen nog even meedoen, die dienst deed als achtergrondzangeres op ‘Crash’. Eindigen deed ze in schoonheid met ‘Heavyweight champion of the year’. Het is een jazzy pop nummer over een mislukte relatie. “I’m heartbroken, I gave you up”, besloot ze. Het was een climax zonder er echt eentje te zijn van een avond waarin ze zich bloot gaf over haar moeilijkheden in het verleden. Toch liet ze aan de andere kant zien zich sterker en beter dan ooit te voelen.
In de Botanique kan je binnenkort Fred Again.. (07.04), Alex Cameron (08.04) en Nothing (11.04) aan het werk zien. Een volledig overzicht van alle shows en tickets vind je op de website van de zaal.