Hoewel de band zich gedurende de pandemie niet alleen heeft ontplooid en voornamelijk via de mazen van het internet is doorgebroken, draait de carrière van Hannah Merrick en Craig Whittle tegenwoordig op wieltjes. Nu het normale concertgebeuren terug op gang wordt getrokken, maakt de band met de tournee rond ‘I’m not sorry, I’m just being me’, hun allereerste kilometers op de teller. Dat merkte je, ondanks dat het evenwel z’n charme had, meteen op. King Hannah hield het namelijk wat koeltjes bij de albumvoorstelling in de Trix Club.
Hoewel haar gitaar reeds op de grond lag te rusten bij aankomst, kwam voorprogramma Camille Camille tien minuutjes later dan gepland het podium op gestoven. Zichtbaar nog steeds gepikeerd en vechtend met haar gitaarpedaal verklaarde ze na een aantal nummers dat ze komend vanuit Amsterdam, waar ze de avond voordien had gespeeld, vandaag heel wat treinproblemen had meegemaakt. Ze was opgelucht dat ze überhaupt tot in Borgerhout was geraakt om enkele nummers van haar debuutalbum te spelen. De Brusselse opteerde daarbij, ondanks de stress die nog in de lucht hing, voor een weloverwogen mix van de plaat waarbij vooral haar tedere stem centraal stond.
Zo passeerden onder meer ‘You are not alone’ en ‘Short rain song’ de revue, evenals het hitje ‘Strawberry moon’. Het met drum en tamboerijn voorziene ‘Atlas’, op de plaat eerder wat in de achtergrond verdoken, bracht live de nodige umpf in de set. De rust keerde hierna wat meer terug in de artieste. Alsof het op het podium roepen van een bandlid voor dit ene nummer de geladenheid deed wegvloeien. Afsluiten deed ze overigens in het Frans met een nog onuitgebracht nummer; ‘Je rêve’. Van ons mag ze, ondanks die heerlijke Britse tongval, bij een volgend plaatje het evenwel wat vaker in haar moedertaal doen.
Net zoals op de nieuwe plaat, opende King Hannah de avond met ‘A well-made woman’. Het nummer sleepte knap aan met de vocals van een vrij ingetogen Hannah Merrick die nog nét boven de gitaren van haar bandleden geraakten. ‘State trooper’, de cover van Bruce Springsteen die hen in 2020 in een hoger echelon van de indie-scene duwde, volgde nadien. Merrick tuurde meer dan eens naar het plafond dan wel naar Craig Whittle. Het leek wel alsof ze er helemaal niet wilde zijn. “You’re all so quiet“, gaf ze na ‘Foolius Caesar’ mee. Iets wat Camille Camille eerder ook al opmerkte. Al leek haar lichaamstaal eerder te vertellen dat ze gewoon een eerder introvert type is. Het nummer, meer dan de studioversie, ripte voor een eerste keer echt alles open. Het brute gitaarspel van Whittle kwam daarbij vooral in de tweede helft op een bijzonder manier tot uiting. Slechts een voorbode overigens voor wat nog komen zou.
‘Berenson’ fungeerde na een klein halfuurtje als bruggetje voor het tweede deel voor hun show. Door de manier waarop de band het nummer bracht, leek het bijna alsof ze hun instrumenten aan het tunen waren. Het effende wel de weg voor heviger werk à la ‘Go-kart kid (hell no!)’ en ‘Big big baby’. Bij die eerste werd er hier en daar vanuit het brave publiek de “hell no“‘s mee gekird. Ook bij de titeltrack werd het teder gebrachte refrein begeleid door enkele concertgangers die Merrick en Whittle toe fluisterden. “You’re probably our favorite crowd we’ve ever had. Apart from the lady who just told me to smile“, grapte Merrick na het nummer. De frontvrouw leek zich naar gelang de show vorderde meer in haar sas te gaan voelen.
Met ‘The moods that I get in’ was echter de laatste rechte lijn ingezet. Het nummer vormde met zijn post-rockachtige solo’s en verscheidene passages van zang en meeslepende instrumentatie de apotheose van de show. Whittle ramde zo naar het einde toe bijna zijn plectrum aan stukken. De band speelde alles aan gort en liet zowel het fuzz-pedaal als de drummer hardleers hun werk doen. Afsluiten deed de band overigens op dezelfde ingetogen manier als ze hun set hadden ingezet; ‘Crème brûlée’ ging er met zijn huilende gitaren nog prima in als ontroerend sluitstuk. De band kwam nadien nog terug voor twee bisnummers die de vijf kwartier rond maakten. Al waren de harten van menig bezoeker dan al lang gewonnen.
In Trix stelde King Hannah op hun eigen, geserveerde manier hun nieuwste album voor. Eentje voor introverten door introverten. Een hartverwarmende zegereeks werd het niet echt. Daarvoor leek de band iets te ongemakkelijk dan wel koeltjes de zaal te willen bezweren. Dit zou veelal kunnen terug te leiden zijn tot het gebrek aan tourervaring. Desalniettemin vervoerde Merrick op haar eigen manier het publiek zéker.
In Trix kun je binnenkort Weval (21.04), Whispering Sons (22.04) en Froukje (23.04) aan het werk zien. Tickets en informatie vind je op de website van de zaal.