Het lijkt wel alsof Holly Herndon een exclusiviteitscontract getekend heeft met de Bozar. Twee jaar na haar passage op Bozar Night speelde de academisch geschoolde artieste andermaal in een zaal van het Brusselse museum. Volgende maand stelt ze nieuw werk voor dat naar eigen zeggen heel anders zal klinken, in onze hoofdstad moesten we het voorlopig nog stellen met een show rond het twee jaar oude album ‘Platform’. Eerst stond nog een optreden van Sote op de planning; een voorprogramma dat eigenlijk geen voorprogramma was. Daarvoor speelden de Iraniër en zijn band te lang en daarvoor waren ze – vooral! – ook gewoon veel te goed.
Met een performance die volledig verder bouwde op het materiaal van de plaat ‘Sacred horror in design’ bracht de gevierde muzikant Sote hedendaagse niet-westerse muziek zoals je die momenteel wel vaker op vooruitstrevende clubavonden tegenkomt: onconventioneel, apocalyptisch en met een focus op het lokale én het wereldse. Nu keert Sote’s huidige output wel heel sterk terug naar z’n Perzische roots en produceert hij een heel unieke soort electronica, wat hem meteen stevig onderscheidt binnen de experimentele scene.
Met hulp van twee hardwerkende muzikanten – eentje hevig trommelend op de snaren van een santoor, de andere gevoelig tokkelend op de snaren van zijn Iraanse setar – zocht de geluidskunstenaar schoonheid in het lelijke, toekomst in folklore en extase in het tegendraadse. Zo ging het van prachtige gemuteerde electronica in opener ‘Flux of sorrow’ over een brutale setarstorm tijdens ‘Plural’ tot een uiterst indrukwekkend gejaagd schouwspel op ‘Segaah’. Dat alles werd bijgestaan door uitmuntende visuals van Tarik Barri, die vaak Perzische patronen tot een soort van virtuele netwerken verbouwde. Hoogst indrukwekkend, net zoals die hele plaat eigenlijk – zoek ze zeker snel een keer op.
Samen met Colin Self en Matt Dryhurst kwam Holly Herndon een van haar laatste ‘Platform’-shows geven in een snikhete kelderzaal van Bozar. Ondertussen mocht ze al mee op tour met Radiohead en was de Amerikaanse al twee jaar op stap om de plaat voor te stellen, dus van enige inoefening was in elk geval wel sprake. Het drietal stond dan ook relaxt op het podium, wat dan weer tamelijk contrasteerde met de afstandelijke communicatie richting publiek. Dat was ongetwijfeld deel van de show; er werd getypt in plaats van gesproken en zo maakte het drietal al snel duidelijk muziek te willen presenteren over technologie.
Terwijl er gretig gesurfd werd tussen vliegende 3D-objecten sukkelde het trio aanvankelijk wat met het volume van de show. Schuchtere Belgen als we zijn, zeiden we daar dan ook pas iets van wanneer Herndon er halfweg de show naar vroeg. Vanaf toen leek de show op de tonen van een zinderend ‘Chorus’ echt vertrokken, al bleef het gewoon ook heerlijk haperen dankzij de hoeveelheid effecten die over de vocals van Herndon en Self werden gegooid, en de zenuwachtige geluiden die links en rechts langs ons heen kwamen gevlogen. Ergens naartoe gaan, deed het niet – misschien een gebrek, tegelijk ook niet nodig bij zo’n indrukwekkend staaltje audiovisuele ambacht. Waar de popstructuren van ‘Platform’ niet altijd even goed doorkwamen, deden de clubinvloeden dat wel. Ze versterkten alleen maar de dissonantie tussen de performers en het zittende publiek, iets dat in een omgeving als Bozar alleen maar toe te juichen valt uiteindelijk.
Thumbnail-foto van Stephanie Kulisch op CTM