Het grote Sonic City 2015-verslag

door Indiestyle

Wie dacht dat festivals een zomergebeuren zijn zit er tegenwoordig redelijk naast, want ook in het najaar schotelen organisators hun publiek dagvullende programma’s voor. In Antwerpen is Faded Weekender volop aan de gang, in Nederland staat heel Utrecht dan weer in rep en roer voor Le Guess Who? maar Kurt Stevens trok voor ons naar Kortrijk voor Sonic City.

20151121_SonicCity_Z_Sfeer_004

Het Sonic City-festival mag stilaan een vaste waarde genoemd worden. Voor de achtste keer al nodigt De Kreun een band uit als curator voor hun herfstfestival. Dit jaar kreeg Viet Cong die eer. Niet mis voor de Canadezen als je weet dat klinkende namen als James Holden, Swans en Millionaire die honneurs eerder mochten waarnemen. Het bleek echter een zeer goede keuze van de Kortrijkse venue want het festival verkocht nooit sneller uit. De affiche is dan ook heel spannend. Op papier althans.

Terwijl Brussel on lockdown ging, mocht Cold Pumas de eerste bezoekers verwelkomen in Kortrijk. Ze deden dat met hun interessante mix van postpunk vol kraut en noise-hintjes. We kregen een leuke starter voorgeschoteld met een zingende drummer die het geheel bij elkaar hield door een strakke stijl terwijl de twee gitaristen en bassist voor de nodige gelaagdheid zorgden. Hun debuut kwam uit in 2012 maar binnenkort kunnen we nieuw werk van de heren verwachten. Om in het oog te houden!

Een eerste hoogtepunt kwam er ook al snel in de vorm van Protomartyr. Ondergetekende dompelde zich onlangs nog helemaal onder in hun donkere wereld om ‘The agent intellect’ te bespreken, de fantastische laatste plaat van het Amerikaanse kwartet. Ook live wisten ze ons vanaf minuut één te boeien met hun snedige postpunk vol verrassende tempowisselingen, in het bijzonder bij ‘Why does it shake’ en ‘Pontiac 87’. Zanger Joe Casey deed ons meteen denken aan een ‘arme’ versie van überheld Matt Berninger. Een pintje en confectiepak komen nu eenmaal wat volkser over dan een fles rode wijn en maatpak.

Hoewel de programmatie een duidelijke focus op de gitaar heeft, beperkt het zich niet tot één genre. Zo nam het Chileense Föllakzoid (foto) ons veertig minuten lang mee op een hypnotiserende trip doorheen psychedelische soundscapes vol kraut en elektronische toevoegingen, gebouwd op stevige baslijnen en kordate drums. Daarna was het echter toch tijd voor een wake-up call en wie beter dan METZ om ons die te bezorgen. Het drietal uit Canada sloeg iedereen in het gezicht met hun rechttoe rechtaan noise en gunden daarbij amper momenten van rust. Niet dat dat iemand deerde want het publiek at alles wat hen voorgeschoteld werd. ‘Headache’, ‘Spit you out’, ‘Wasted’… De toppers vlogen ons om de oren. En het was altijd veel te snel gedaan. Tja, dat is de punkinvloed.

20151121_SonicCity_C_Follakzoid_002

Die punkinvloed vonden we nog meer terug bij Fidlar (voluit ‘Fuck It Dog, Life’s A Risk’). Dat kan natuurlijk ook moeilijk anders als je weet dat zanger-gitarist Elvis Kuehn en drummer Max Kuehn zonen zijn van Greg Kuehn die in de legendarische punkband T.S.O.L. speelde. En hoewel de zaal bij METZ nog uit zijn voegen barstte van het volk, bleek het Kortrijkse publiek lang niet zo tuk op de jeugdige skatepunk van het Californische viertal. Ach, we lieten het niet aan ons hart komen en headbangden er op los bij favorietjes als ‘Cheap beer’ en ‘No waves’.

En dan was het normaal gezien aan The Soft Moon maar wegens problemen met hun vlucht uit Italië, zag de band zich genoodzaakt te cancellen. Een spijtige zaak maar goed, het was alvast minder erg dan in Brussel dus ons hoorde je niet klagen.

Op naar Chelsea Wolfe dan maar. Net als Fidlar komt deze schone verschijning uit het zonnige L.A.. Bij die laatste hoor je dat goed, bij Chelsea komt er geen greintje zonlicht binnen. Haar gitzwarte mix van doom, gothic en zelfs folk viel echter wat uit de toon in De Kreun. Ze begon nochtans met een heel sterk ‘Carrion flowers’ en dwarrelde dan verder langs nummers uit haar laatste twee platen (‘We hit a wall’! ‘Dragged out’! ‘Iron moon’!) maar leek daarbij het publiek niet te kunnen raken. Wij begonnen ons zo onderhand af te vragen waarop het publiek dan wél zat te wachten en het antwoord bleef niet lang uit…

Want hoewel The Pop Group een halfuur te laat het podium op kwam, gaf niemand daar nog een zier om wanneer bassist Dan Catsis hun concert op gang trok met een immens funky baslijn. Instant dancing everywhere, zeg maar. En het bleef niet bij één funky nummer, nee. Gedurende een stevig uur kregen we niet alleen vroege postpunk over ons heen, maar ook dub, funk, free jazz, punk én immer een politieke boodschap (‘We are all prostitutes’, ‘Citizen zombie’). Velen zullen dit optreden opgetekend hebben als hun favoriet van dag 1, wij trokken ons na een nummer of vier terug naar de achterkant van de zaal. Het werd ons daarvoor immers iets te warm zo na een halfuur langer wachten.

En zo werd de strakke planning van De Kreun op het einde nog overhoop gehaald. Jammer want je kon er je horloge op gelijk zetten. Nu, het merendeel van het publiek was ondertussen bijna extatisch door het afgelopen concert. Wij keken vooral uit naar curatoren Viet Cong (foto) die dag 1 van ‘hun’ Sonic City mochten afsluiten. Ondergetekende zag hen al twee maal live en eerlijk is eerlijk; op plaat kunnen de Canadezen mij nog het meest bekoren. Maar gisteren lagen alle kaarten goed dus wij vatten post voor het podium, klaar voor een overrompeling. Die bleef echter grotendeels uit. Het viertal stond met weinig vuur op het podium, speelde verwarde versies van zijn eigen nummers en haalde de vaart uit het eigen optreden door tussen de nummers wat te lummelen op het podium.

20151121_SonicCity_H_VietCong_012

We werden naar huis gestuurd met een slepend ‘Death’ dat soms verveelde maar dan op zijn beste momenten wel echt naar de keel greep. En dat is misschien de beste samenvatting van het optreden van Viet Cong; over het algemeen verveelde het soms maar op zijn beste momenten haalden de Canadezen je polsen open met botte messen. Maar alstublieft, werk het af, gasten. Er zit zóveel meer in. Was het slecht? Nee. Was het memorabel? Nee. Zijn ze goede curatoren? Dat wel!

Na een korte nachtrust werden we op zondagmiddag wederom in De Kreun verwacht. Kortrijk was trouwens overbevolkt op deze koude dag; er ging één of andere rally door waardoor wij wat later dan verwacht de venue binnenwandelden. Maar goed, tijd voor dag 2. Tijd voor veel lawaai.

Het begon wel allemaal best rustig met een atmosferische hiphopset van Shabazz Palaces. Wanneer we de zaal binnen gingen, was die goed gevuld met rook én publiek. Heerlijk om te zien hoe vroeg de muziekliefhebbers reeds afzakten naar De Kreun. Na tien minuten snapten we het ook wel helemaal want het experimentele hiphopduo werkte een fantastische set af. Ondergetekende zag ze ooit in het Koninklijk Circus als voorprogramma van Flying Lotus en daar konden ze niet helemaal overtuigen. Dat bewijst dus nog eens het belang van programmering naar venue want in de compacte Kreun schitterden ze met hun slo-mo, druggy muziek.

Bij Bo Ningen geen tijd voor slo-mo toestanden. De Japanners lieten er geen gras over groeien en gaven zich van in het begin van hun optreden volledig. De vier mannen mogen bands als Swans, Faust en Savages tot hun grootste fans rekenen en dat is niet minder dan terecht. Hun muziek wordt over het algemeen als acidpunk bestempeld maar daar mag je een goeie schep kraut en noise aan toevoegen. De in feedback gedrenkte gitaren heersten over kurkdroge drumlijnen terwijl de ijle zang van Taigen Kawabe daar nog ergens in die pap probeerde te roeren. Nu, we hadden nog liefst dat Taigen de micro liet voor wat ie was want tijdens instrumentale momenten toonde de zanger-gitarist zich van zijn meest hyperkinetische kant. Leuk om tussen het headbangen te bekijken!

Na de Japanse trip was het tijd voor wat Amerikaanse ernst. Die kregen we in de vorm van Disappears (foto). De band bouwt al even aan zijn pad naar roem en mocht al eens langskomen in De Kreun. Zij wisten toen te overtuigen met hun mix van kraut en shoegaze. Wat ons echter het meest opviel tussen de weetjes over de band is dat Steve Shelley (ook aanwezig met Thurston Moore Band) vroeger bij hen drumde. Dat bleef echter niet duren al kunnen we dat na het optreden dat we voorgeschoteld kregen moeilijk erg vinden. De nieuwe drummer, Noah Leger, bleek namelijk één van de interessantste drummers die wij ooit bezig zagen. De muziek vertrouwde heel hard op de ritmes die hij zonder overdrijven aanbracht. Ach, luister gewoon naar ‘I_O’, ‘Joa’ of ‘Halcyon Days’ en u zult meteen snappen wat we bedoelen. Ondergetekende noteerde Disappears alvast als ontdekking van deze editie.

20151122_SonicCity_C_Disappears_003

Dan moest het eigenlijk allemaal nog gebeuren; ja, dag 2 was werkelijk té zot voor woorden. Zeker als Ho99o9 (spreek uit als ‘Horror’) ook even de boel kort en klein komt slaan met hun hiphop die eigenlijk meer hardcore is dan wat anders. Wat verwacht je dan ook van twee geflipte MC’s waarvan één met groen haar en een Bad Brains-shirt? Juist ja. Ze kregen van De Kreun een goeie 40 minuten om hun duivels te ontbinden en werkten dan maar even 17 beenharde songs af. Wat moet u zich voorstellen? Death Grips maar (veel) harder, Black Flag in de 21ste eeuw, geflipte samples, onnavolgbare live drums en allround gestoordheid. Even een backflip uit stand doen? MC Eaddy deed het. Iedereen even een geweten schoppen met vlijmscherpe raps? TheOGM vervulde die missie met glans. Grootste onderscheiding voor Ho99o9, zonder twijfel. Vanaf ‘P.O.W’ helemaal tot ‘999 Anthem’ werd ons alle adem ontnomen en geen moment dacht het trio er aan om even gas terug te nemen. We zagen trouwens nog nooit zoveel Marshall versterkers zonder ook maar één live gitaar maar hé, de samples klonken goed!

We kregen echter wel tijd om even te bekomen bij de Australiërs van Total Control. Wat ooit begon als een synthpostpunk spelend duo werd een quintet met gitaren. De synths bleven ook, net als de drum machine maar de sound verbreedde dus wel wat. Toch bleven wij wat op onze honger zitten en halfweg het concert hadden we het stilaan wel gezien. Ondergetekende is dan ook niet meteen de grootste fan van het synth-spectrum van de postpunk. Dansbaar, dat was het wel en dat mocht ook wel eens na alle he99ie.

Ex-curatoren SUUNS stonden iets later op het podium met Jerusalem in my Heart en zij brachten het er beter van af. Veel beter. Samen maakten de twee bands dit jaar op een week tijd een bom van een album en dat kwamen ze nu live voorstellen. Muzikaal was het niet veel meer dan het aflopen van de plaat maar de live 16mm-projecties en het etherische karakter van de muziek maakten van dit optreden een ervaring. Het is ook gewoon een immens geslaagde samenwerking op alle vlakken. Er is een perfecte samensmelting van de identiteiten van beide bands (de beats van JimH en het gelaagde gitaarspel van Suuns) en we zagen ook live gewoon een grote groep vrienden staan die elkaar naar een hoger niveau dreven.

Tijd voor een écht vuil optreden daarna want Lightning Bolt was aan zet. Tja, wat schrijf je over het, euh, dynamische duo Brian Chippendale (drums en vocals) en Brian Gibson (basgitaar)? Gedurende een klein uur – en na een overhaaste vervanging van een snarevel – namen ze ons mee naar een Sonic City waar melodie veelal relatief bleek en waar alle geluidskanalen volledig opengedraaid stonden. Nummers herkenden we niet meteen (al menen we ergens ‘Colossus’ gehoord te hebben en ‘Horsepower’ van hun laatste album) en over de lyrics kunnen we u ook niets vertellen want Chippendale schreeuwde die, zoals altijd, door een telefoonmicrofoon die door middel van een masker recht in zijn mond gericht was. Het geheel was wel fenomenaal om te aanschouwen én het publiek was helemaal mee. Sfeer alom!

Over afsluiter The Thurston Moore Band (foto) zouden we nog eens duizend woorden kunnen schrijven maar we gaan dat wijselijk niet doen. Dat hij de ideale afsluiter zou zijn, hadden we op voorhand al meermaals gezegd. Dat wij kippenvel zouden hebben bij die harmonics die ‘Speak To The Wild’ openen, dat wisten we. Maar dat hij werkelijk zo overheersend zou zijn? Dat hadden we niet zien aankomen met de straffe line-up die we gedurende het weekend te verwerken hadden gekregen. Het stond gewoon als een huis. Steve Shelley hield het simpel maar retestrak, Deb Googe (My Bloody Valentine) zorgde ervoor dat haar baslijnen nooit een bijrol speelden en James Sedwards en Thurston himself zorgden voor de ultieme mix tussen 90’s melodieus gitaarspel met heldere zang en allesverschroeiende noise, opgebouwd uit feedback en veel reverb. Sonic Youth was nooit veraf maar dat voelden we op plaat ook al. Hoogtepunten waren er niet; het geheel was een hoogtepunt. Zeker als Thurston er klaarblijkelijk maar niet genoeg van kon krijgen en tot twee maal terug kwam om te bissen. Geen cliché-climaxen, geen overdreven show. Nee, gewoon een oerdegelijke experimentele rockset voor echte muziekliefhebbers. En zo waren er wel wat in De Kreun.

20151122_SonicCity_H_ThurstonMoore_004

Sonic City zit er weer op voor een jaar. Ons hoofd tolt nog steeds een beetje bij het verwerken van de vele immens goede dingen die we op twee dagen te zien kregen en we ontwikkelen een soort van heimwee naar het drukke doch gezellige samenzijn, daar in Kortrijk. Er zit maar één iets op: we zullen snel nog eens naar een zaalconcert moeten.

Alle foto’s via fber.be