Zelden gezien dat een cameraploeg van de VRT afzakt naar de AB om de wachtenden aan de inkom te interviewen. Het zegt veel over de hype die Royal Blood heeft kunnen creëren met hun naamloze debuut. Hoge verwachtingen dus voor het duo, die voor het grootste deel werden ingelost.
Op 18 maart speelden Royal Blood en Mini Mansions in de Ancienne Belgique te Brussel. De foto’s zijn van Bert Savels, Het verslag is van Mattias Goossens.
Mini Mansions was zeker niet de meest voor de hand liggende keuze als opener. Het trio brengt popmuziek zoals die gangbaar was in de late jaren 60. Hun tweede album ‘The great pretenders’ komt uit op 21 maart en de set bestond dan ook voornamelijk uit nieuw werk. Toch slopen er twee covers in de set: opener ‘Sherlock Holmes’ van Sparks en een late night versie van Blondie’s ‘Heart of glass’. De afwezigheid van een gitaar zorgt dat de nadruk kwam te liggen op de drums van Michael Schuman (bas bij QOTSA) en de ronkende bas van Tyler Parkford. In ‘Freakout!’ komt de band voor het eerst op snelheid en wanneer Schuman zijn gitaar vastgrijpt voor ‘Death is a girl’ is de groep op haar strakst. Ook onthouden: het uitstekende ‘Vertigo’, waar Schuman de zangpartij van studiogast Alex Turner overneemt.
Het publiek wachtte ongeduldig de start van de hoofdact af op de tonen van grote rockbands als Foo Fighters, Arctic Monkeys en Rage Against The Machine. Als het van Royal Blood afhangt worden ze zo snel mogelijk opgenomen in dat lijstje. Het moet gezegd: de jonge vaandeldragers van de Britse rock hebben met hun debuut hoge ogen gegooid: snelst verkopende debuut in de UK en winnaars van de Brit Award voor beste Britse groep. Wanneer het duo afzonderlijk het podium opwandelt en de zaal in ogenschouw neemt zijn ze niet merkbaar onder de indruk. Uiteraard kan je na zo’n tweehonderd shows moeilijk je enthousiasme bij elke uitverkochte zaal behouden. Maar het is dan wel jammer dat de routine ook in het optreden sluipt.
Opener ‘Hole’ is nochtans sterk: dreunende bas en knallende drums conform het recept dat de groep in elk nummer hanteert. “When tables turn, I’m here to stay” laat Mike Kerr weten, en aan zijn vastberaden blik te zien kunnen we afleiden dat hij het meent. ‘Come on over’ passeert al snel in de set en ook ‘Figure it out’, met tweeduizend man op de luchtdrums, laat niet lang op zich wachten. Het blijft straf hoeveel hitjes de groep op haar debuut heeft staan, en in de AB passeren ze allemaal de revue. Haast elke song wordt door het publiek onthaald met oerkreten en moshpartijen. Het is een contrast met de vrij statische houding van het duo, dat zelden in interactie gaat met elkaar. Nee, qua bezieling scoorde Death From Above 1979 een paar weken eerder meer punten.
‘Careless’ deelt een venijnige kopstoot uit en ook ‘Ten tonne skeleton’ hoort thuis in de categorie “Zwaargewichten”. Het wordt pas echt grimmig wanneer ‘Loose change’ wordt stilgelegd omdat iemand wat kleingeld naar de frontman gooit. De lolbroek wordt stevig aangepakt en Kerr is duidelijk not amused. Hij speelt furieus en sneert achteraf nog even “it’s way past your bedtime”. Afsluiter ‘Out of the black’ wordt snel ingezet en mondt uit in een jamsessie zoals Muse die ook wel eens durft te brengen. Kerr trekt na afloop meteen de coulissen in waardoor drummer Ben Thatcher dan maar even het publiek bedankt. De lichten gaan snel aan, wat veel aanwezigen verdwaasd doet kijken, hopend op een bisronde. Die komt er niet, en zo klokt Royal Blood af op een dik uur stevig doch routineus rockvertier. De Britse goudhaantjes speelden iets te veel in hun kooi om echt indruk te maken. Herkansing op Werchter?
Lees hier onze review van ‘Royal blood’
Royal Blood speelt 21 juni op Best Kept Secret Festival (info & tickets) en 27 juni op Rock Werchter (info & tickets)
De AB programmeert binnenkort o.a. Id!ots + The Germans + Tubelight (22.03), The Spectors + Newmoon (25.03) en Therapy? (6.04). Alle info & tickets vind je op hun website.