10. Mannequin Pussy – Perfect
Mannequin Pussy volgt langspeler ‘Patience’ op met een ep die haast even straffe tracks bevat als die doorbraak-plaat uit 2019. Ook al doen ze het tegenwoordig met een bandlid minder, aan kracht heeft de Amerikaanse band alleszins niets ingeboet. Op de punkerige titeltrack en ‘Pigs is pigs’ klinkt het trio heerlijk explosief en rechttoe-rechtaan, terwijl de band even makkelijk kan switchen naar in weemoed gedrenkte alternatieve rockmuziek (‘To lose you’) zoals je die in de jaren 90 wel vaker hoorde. Breekbare afsluiter ‘Darling’ is tenslotte de kers op de taart en toont Mannequin Pussy’s drang om zichzelf te vernieuwen. (Martijn)
9. Lauren Auder – 5 songs for the dysphoric
Hoewel deze in eerste instantie wat onder onze radar is blijven hangen, laat Auder ons weer in ep-formaat compleet wezenloos achter in vijf weerzinwekkende nummers. Haar eerder androgyne stemgeluid werkt ook hier, vier ep’s ver in haar carrière, als magie op haar gedestilleerde artpop-sound. Hoogtepuntjes zijn zonder meer haar duet met Celeste op ‘Unseen’ en het indrukwekkende ‘Animal’ dat de ep opent. (Yannick)
8. Doss – 4 new hit songs
Duidelijker kan je een ep-titel toch niet maken, denk je dan? Hier hoor je shoegaze, ravy breakbeat, trance-invloeden & PC-musicknipogen in 4 schijnbaar niks met elkaar te maken nummers. Voor ieder wat wils zolang je maar mee wilt volgen in de hints naar euforie die Doss er telkens weet in te brengen. (Anton)
7. Varg²™ – Siren call
Zweedse DJ en producer Varg²™ konden we al over zowat heel het technospectrum horen: van atmosferische ambient techno tot bloeddorstige, beukende beats. Met ‘Siren call’ neemt hij de volgende stap en wacht hij zich aan ijzige hardstyle. Op opener wordt hij bijgestaan door Drain Gang-opperhoofd Bladee, die wel al vaker te horen was op beats van Varg²™ (wij blijven wachten op een volledig project samen). Samen halen ze de angel uit de hardstyle en bouwen ze een euforisch feestje op een gletsjer. Het daarop volgende ‘Stars come out at night / FBT’ is daarentegen een onversneden banger die de pompende beats los laat gaan. Afsluiter ‘Siren call / CCGG (4 M4J4) blow pop crop top*’ sluit het geheel af met epische, meeslepende ambient. (Tobias)
6. Ecco2K – PXE
Tot nu toe stond Ecco2k met zijn fluwelen stem altijd garant voor de meest engelachtige nummers in de Drain Gang-catalogus. Op ‘PXE’ waagt hij zich echter aan heel wat minder gepolijste experimenten, wat resulteert in een ruiger geheel. Het zweverige ‘In the flesh’ valt in dat opzicht wel mee, maar de sjofele gitaarballade ‘Jalouse’ of het claustrofobische ‘No***’s song’ klinken heel wat duisterder dan we van Ecco gewend zijn. De apocalyptische elektronica op afsluiter ‘Big air’ doen tenslotte terugdenken aan ‘Crush resist’, een van Ecco’s eerste nummers die een cultstatus verworven bij zijn grootste fans. ‘PXE’ is een onverwacht, maar erg geslaagd experiment van de Zweedse rapper die onze emoties perfect blijft bespelen. (Tobias)
5. Blawan – Woke up right handed
Blawan is één van de meest gerespecteerde producers in de technoscene. Die reputatie bouwde hij doorheen de jaren op dankzij beenharde producties die niet inboetten aan kwaliteit. In tegenstelling tot genregenoten gaat hij niet om het hardst, maar maakt hij juist het onderscheid door zijn hardware-based nummers die telkens een kenmerkende rauwheid uitstralen. Op ‘Woke up right handed’ verlaat Blawan die formule.
Al op opener ‘Blika’ is duidelijk dat hier een verrassende ep zal volgen. Aan een lager bpm lijkt de binnenstebuiten gedraaide track zich voor te slepen. Het contrast met de krakende effecten erboven zet de contradictie tussen de verwachtingen en het resultaat nog meer op scherp. Eenmaal daar aan gewend geraakt, komt ‘Under belly’ op de proppen. Ook hier is het ritme zowat nog ongeveer het enige dat aan techno doet denken. Het tempo gaat de lucht in, maar opnieuw voel je je in een soort afgesloten bubbel die slechts bepaalde klanken doorlaat. ‘Gosk’ gaat dan net een tikkeltje meer richting genreconventies. Elektrogezoem gaat de strijd aan snerpende scheuten noise en metalige snares, met een intens resultaat.
‘Woke up right handed’ voelt dankzij de industriële klankkleur als een logische evolutie in het oeuvre van Blawan. Het is echter dankzij het compleet op zijn kop keren van het normale proces dat de ep zo spannend maakt. Blawan leidt op basis van vijf nummers de scene naar een potentieel nieuwe richting. (Daan)
4. Kero Kero Bonito – Civilization II
Op ‘Civilization II’ zet poptrio de evolutie verder die we al op de eerste ‘Civilization’-ep te horen kregen: een meer volwassen en verfijnder geluid, zonder de kinderlijke onschuld te verliezen die hun sound altijd typeerde.
Zo klinkt openingstrack ‘The princess and the clock’ als de soundtrack voor de meest relaxerende game ooit. Precies een videospelletje waarin je lekker mag rondstruinen in vredevolle velden en kleurrijke paleizen, zonder dat je booswichten tegenkomt waartegen je moet knokken of andere crisissituaties moet oplossen. Vervolgens gaat ‘21/04/20’ over ieders gevoelens tijdens de pandemie en de lockdowns – al had je dat op basis van de titel wel al kunnen denken, want wat is er verder nog gebeurde in de periode waar die datum naar verwijst? Zangeres Sarah Midori Perry beschrijft hoe we allemaal lui werden en weinig om handen hadden, maar weigert zoals altijd in cynisme te vervallen. We maken er het beste van.
Het prijsnummer is afsluiter ‘Well rested’, met zeven minuten het langste Kero Kero Bonito-nummer tot nu toe. Over een gemoedelijke, dansbare beat zet Sarah zich af tegen alle doemprofeten en predikt ze dat het einde van de wereld er nog helemaal niet aan zit te komen. Een mooie portie anticynisme die we allemaal kunnen gebruiken in deze tijden. (Tobias)
3. LSDXOXO – Dedicated 2 disrespect
Wie al even verder kijkt dan standaard kletstechno was niet verrast met deze ep. LSDXOXO draait al enkele jaren mee als dj, vooral door zijn selecties die telkens aan een hoog tempo voortrazen. Op deze ep voor XL Recordings legt hij de lat zelfs nog hoger. Het is muziek voor krioelende darkrooms, een viering van onbeschaamde seksualiteit, en out-and-proud queer. ‘The devil’ is het potige clubneefje van Lil Nas X’s clip bij ‘Montenero’. Ook de grainy kicks van ‘Baby’ stompen erop los. Als je daar de snelle snares en ditto gekreun bijtelt, is het niet moeilijk om zwetende lichamen voor te stellen.
Dé parel van de ep is ‘Sick bitch’. Hier komen alle thema’s en sounds samen tot broeierig hoogtepunt. Het gescandeerde ‘i’m a sick bitch and i like freak sex/if you wanna test the limits of my gag reflex’ klinkt als een rallying cry, de snerpende noise als een sirene die de urgentie van die lyrics aansnijdt. ‘Dedicated 2 disrespect’ is over vier nummers heen een terecht militant terugclaimen van de dansvloer. Dat dit hand in hand gaat met door verschillende stijlen geïnspireerde hard techno, versterkt die boodschap alleen maar. (Daan)
2. Beach House – Once twice melody pt. I
Beach House staat voor een tweede keer in deze lijst, en dat deze zo hoog staat mag geen grote verrassing zijn. Als deze indie-dreampop-darlings iets uitbrengen dan zijn de verwachtingen hooggespannen, of het nu twee langspelers kort na elkaar zijn of vier ep’s die een album vormen. ‘Once twice melody pt. 1’ legt meteen de lat hoog. We horen de typische dromerige sound van wat onmiskenbaar Beach House is. Op ‘Pink funeral’ mogen de drumcomputers hun ding doen en wordt een melancholisch plaatje gepresenteerd. Grotesk en ingetogen tegelijkertijd. Laat die andere delen van ‘Once twice melody’ maar komen, als ze allemaal evenveel muziek bevatten is dat goed voor zo’n 80-tal minuten Beach House! (Jonas Vda)
1. Yves Tumor – The asymptotical world
Een asymptoot is in de wiskunde een waarde waar een kromme steeds dichterbij komt zonder die ooit te raken, behalve dan in het oneindige. Net dat is wat Yves Tumor’s ‘The assymptotical world’ -uitgebracht midden in de zomer als een donderslag bij heldere hemel- zo goed visualiseert. De ep bereikt asymptotisch de volwaardigheid van een volledig album. Een breed pallet aan invloeden zijn te horen op de ep, van post-punk, shoegaze van My Bloody Valentine, art-rock tot zelfs glam rock uit de hoogdagen van Prince.
Openingstrack ‘Jackie’ tekent meteen voor een hoogtepunt, waarin we de hitte van het liefdesspel wat Yves Tumor beschrijft met dramatische lyrics zowaar kunnen voelen. Als een ware rockster zingen ze vol passie en obsessie doorheen de hele ep. ‘ I only want to make hits. What else would I want to make?’ is wat ze ooit in een interview aangaven. Dat is waar ze gedurende de volledige zes nummers van de ep in slagen. Zelfs een samenwerking met het industrieel noise duo NAKED dat begint in een onheilspellende sfeer wordt met behulp van elketrische gitaren tot een hit gebombardeerd. Yves Tumor kroonde zich asymptotisch tot rockster van het jaar. (Ewout)
Lees verder: 1 2