Indiestyle-medewerker Max trok voor Radio United de wei van Dour op. Op het vroege middaguur van de laatste Dour-dag strikte hij Alex Stevens, een van de hoofdprogrammatoren van het festival, voor een interview. We vroegen hem het interview voor ons uit te typen. Bekijk het interview of lees het hieronder.
Video door Michiel Lateur.
Hoe lang werk je al voor Dour?
Ik werk al 17 jaar intussen. Ik ben begonnen toen ik 17 à 18 jaar was als student om de website mee te ontwikkelen. Met muziekprogrammatie ben ik in 2005 begonnen.
Dat is al even inderdaad. Hoe houd je het spannend?
Elk jaar is weer een nieuwe uitdaging. We beginnen vanaf een wit blad en telkens vragen we ons weer af of het gaat lukken. Op één of andere manier spelen we het toch telkens weer klaar, zelfs toen Solange woensdagochtend afzegde. We stonden op en dachten: oei, dit wordt een zware dag. Maar uiteindelijk is het gelukt. Om 18 u. hadden we Gucci Mane bevestigd. Je moet er dus vertrouwen in hebben.
Jullie waren dus zelf nog maar net op de hoogte van Solange’s annulering?
We wisten het een dag op voorhand. Ze had net een optreden gehad in Zwitserland en voelde zich echt niet goed na het concert. Ze had medische verzorging nodig, dus dan valt er niets meer aan te doen. Dan moet je reageren.
Op The Last Arena staan de grote namen. Wat is voor jou het absolute hoogtepunt dat je daar al geprogrammeerd hebt?
Die Antwoord, denk ik. We hoopten ze al 10 jaar te strikken en ik denk dat het publiek er ook echt op zat te wachten. Justice vanavond is ook een bijzonder verhaal. Ze stonden hier exact 10 jaar geleden en ze wilden nu graag terugkomen. Dat is een beetje zoals Daft Punk. In 1997 deden ze een tournee en in 2007 stonden ze hier weer. Justice stond er toen ook en nu in 2017 zijn ze weer van de partij met een nog grotere productie. Dat wordt een fantastische afsluiter met een indrukwekkende lichtshow. Ik denk dat de mensen er echt van gaan smullen.
Naast The Last Arena vinden we dit jaar de Jupiler Boombox. Daar staat heel wat hiphop geprogrammeerd. Straks opent Zwangere Guy het podium, een van de sterren uit de Brusselse scene. Maar hij niet alleen. Het lijkt wel alsof alle hiphoppers uit het Brusselse op Dour staan: Roméo Elvis, Caballero & JeanJass, … Een bewuste zet?
Dat is al meerdere jaren aan de gang. Ik spreek nu zelfs van twintig jaar geleden, toen we Starflam en Puta Madre hadden. We merkten de laatste jaren inderdaad wel dat het publiek steeds feller opging in de huidige generatie. We hebben ze dan wat later op de timetable gezet in de Boombox, ongeveer rond 20 u. Dat werkte heel goed, dus hebben we ze opnieuw uitgenodigd, maar nu om The Last Arena te openen. En opnieuw ging dat goed en zo geef je elkaar vertrouwen. De hele Brusselse scene ontdekt dat ze een publiek hebben op Dour en daar spelen we op in. Zo zijn we dan tot Bruxelles Arrive gekomen. Op donderdagnamiddag stonden al die namen samen op het grootste podium. Apart hadden ze die weide misschien niet kunnen vullen, maar samen zijn ze erin geslaagd. Ik geloof dat dit ook in de filosofie van Dour past. Je hebt al die muziekgenres, zoals dub en drum ‘n bass, die apart geen gigantisch festival kunnen vullen, maar als we ze samen plaatsen kan dat wel. Dat idee hebben we dus toegepast op de Brusselse hiphop en zo ontwikkel je die artiesten verder. We hebben Belgische muziek altijd al ondersteund en nu hebben we er echt het maximum uitgehaald.
Je had het net over de filosofie van Dour. Die is inderdaad uniek. In Vlaanderen hebben we wel onze eigen festivals, maar niets is vergelijkbaar met Dour. Stel nu dat we onze eigen Dour willen opstarten, wat zijn de geheime ingedriënten?
Wel, eigenlijk is Dour gestart als een reactie op de Vlaamse festivals. Alle sterren gingen al naar Werchter of Pukkelpop, dus konden we moeilijk verwachten dat ze ook nog eens naar een Waals boerengat kwamen (lacht). Ja, wat deden we dan? We zochten de artiesten op die Werchter en Pukkelpop toen links lieten liggen. Dat zit in ons DNA, al is het stilaan wel wat veranderd. We hebben nu een heel grote mainstage met forse namen als Justice, Phoenix en Die Antwoord. Die zouden ook op Werchter of Pukkelpop kunnen staan. Toch hebben we duidelijk elk onze eigen plek in het festivallandschap en zo hoort het. Met Tomorrowland erbij is er bovendien voor elk wat wils.
Dour is inderdaad een festival op het platteland, maar toch trekken jullie ook de stad in. Vorig jaar organiseerden jullie het feest ‘BXL Mon Amourrr’ in Brussel. Dit jaar weer?
Vorig jaar wilden we inderdaad een test doen in Brussel met een winterfestival. Dat heeft ons veel moeite gekost, maar we waren zeer tevreden. Zowel over de muziek, als de productie. Dit jaar organiseren we een miniversie in Fuse op 14 september. We doen dat in samenwerking met Les Nuits Sonores uit Lyon. We kennen elkaar goed en zijn al jaren bevriend. In de Fuse vind je dus ‘BXL Mon Amourrr’ als onderdeel van het parcours van hun eerste Belgische editie. Binnenkort kondigen we dat officieel aan.
Dat wordt dansen! En waar het ook dansen is, dat is op de Red Bull Elektropedia Balzaal. Als je achter de Boombox doorwandelt heb je daar een heel eigen wereld. De eerste keer dat ik er kwam trok ik wel grote ogen: die enorme visuals, de mensenmassa die daar toestroomt en soms van ‘s ochtend tot ‘s avonds blijft. Best wel zot.
Wel, de Balzaal is eigenlijk heel klein begonnen. Eerst was het een circustent en daarna hebben we er een cirkel rond getrokken, zodat mensen ook buiten konden dansen. Opnieuw was dat een succes. Zo hebben we een speciale productie gemaakt, die we elk jaar opnieuw bouwen en erg indrukwekkend is. Het is bijna een festival in een festival en soms zorgt dat ook voor problemen, wanneer plots iedereen er heen gaat. Zeker op de eerste dag, want dan willen mensen hun vrienden zien, pinten pakken en dansen. Gisteren was dat heel anders. Eerst trekken ze over de site en gaan ze dingen ontdekken. Daarna gaan ze dansen. Met die verschillende dingen moeten we dus rekening houden: is het podium groot genoeg of te klein? Hoe laat openen we best?
Voor ontdekkingen hebben jullie natuurlijk Le Labo. Daar staan de wat meer avontuurlijke groepen en producers. Wat is voor jou de grootste revelatie?
De mooiste verrassing is eigenlijk dat Le Labo steeds goed gevuld is. Ze staat ver van de ingang en de namen zijn niet zo gekend. Ik ging er dus vanuit: oei, daar nemen we een risico. Mensen willen grote namen zien en voor iets onbekends gaan ze nooit naar een verre uithoek van de site trekken. Maar Agar Agar op de eerste dag was meteen een schot in de roos. Je had een kerel die veinsde dat hij security was, armen gekruist, de mensen waren wat op hun ongemak, zo van: “wat doet die daar?”. Maar toen de beat inzette begon hij als een gek te dansen en trok hij zijn kleren uit. Het publiek ging compleet uit zijn dak. Ik had echt instant kippenvel. Meteen een hoogtepunt op donderdag dus. Op de tweede dag sloot Palms Trax de tent af en dat was ook echt ‘incroyable’, geniale platenkeuze en uitstekend gemixt. Kevin Morby vond ik gisteren ook super en natuurlijk de technonacht met Marie Davidson, Mall Grab, Demian Licht en DJ AZV. Die zat vol verrassingen en ontdekkingen. Vandaag staat Le Labo dan weer in het teken van hiphop met allerlei jonge leeuwen die zich komen bewijzen. Dat belooft. Dus ja, voor mij is Le Labo zeker een van de grote successen van het jaar.
Als je van Le Labo terugwandelt en naar links gaat, kom je aan La Caverne. Daar staat overdag het fellere gitaarwerk. Heel fijn met een pintje erbij, maar hebben jullie zelf eigenlijk tijd om de wei op te gaan?
Ja, zeker. Dat is wat ik eigenlijk vooral doe. Ik wandel van podium tot podium om het publiek te observeren. Zo check ik altijd de de t-shirts van de mensen en gisteren was dat mooi om te zien hoe er veel met een metal t-shirt rondliepen. Die kwamen dus voor AmenRa en de rest, en dat betekent dat we die mensen ook mee hebben. Ik doe de tour van de wei ongeveer 10 of 15 keer per dag. Eigenlijk zou ik eens op mijn telefoon moeten checken hoeveel kilometer dat is. Best veel, gok ik.
Gisteren was ook een beetje een primeur, want toen stond Bazart in La Petite Maison à la Prairie. Het was hun eerste optreden in Franstalig België, want zo gekend zijn ze hier nog niet. Nochtans is de groep enorm in Vlaanderen. Maar het omgekeerde geldt ook, Vlamingen kunnen op Dour heel wat Franse giganten ontdekken. Willen jullie de twee gemeenschappen hier samenbrengen en dingen aan elkaar voorstellen?
Enkele jaren geleden hebben we een vlag voor Dour ontworpen. Dat was in de tijd dat er heel wat communautaire spanningen waren. Toen hebben we gezegd: of je nu Franstalig bent of Nederlandstalig, of je nu werkloos of bankier bent, het kan ons niet schelen. Het is Dour Festival en iedereen die hier is maakt deel uit van onze gemeenschap. Naar mijn mening ben ik vooral Europees en het festival ook. We programmeren dus gewoon de artiesten die we goed vinden. Bazart luisterde ik vaak op kantoor met Mathieu, mijn collega. Net als Zwangere Guy. We vragen ons niet af van waar het komt. Als het goed is, is het goed. Ik denk ook dat de festivalgangers van ons verwachten dat we gewoon muziek brengen die pakt op een podium. Of het nu Nederlands of Spaans is. Kijk naar ons, we praten nu elk onze eigen taal en we verstaan elkaar goed. Ik denk dat dit heel typerend is voor het festival.
We hebben bijna alle podia besproken, behalve de Dub Corner. Dat is ook een wereldje op zich. De ‘love’ en de vibes zijn daar sterk en je zult er de grootste concentratie aan rasta’s vinden op het festival. Pak dat l’amour van Dour daar heel erg groot is, maar als jij het over die amour van Dour hebt, wat voel je dan?
‘Dour, c’est l’amour’, dat wil voor mij zeggen dat je deel uitmaakt van één grote familie. Ben je op Dour geweest? Dan heb je een connectie, zoals een broer en een zus. Ik heb hier ook nog geen ruzies gezien. Als twee mensen tegen elkaar botsen, dan nemen ze elkaar in de armen om zich te excuseren. Voilà… Maar wat was je vraag over de Dub Corner weer?
Wel, dat daar de liefde extra groot is.
Ja, dat is zo. De Dub Corner is erg gezellig, net als le Petit Bois, waar we nu zitten. Het heeft elk een eigen sfeertje. Het festival is een dorp met verschillende buurten. Je kunt kiezen of je naar het strand gaat of naar het park en dat vind ik belangrijk. Want dat is wat zo eigen is aan Dour.
Jullie zitten nu aan de 29e editie en dat wil dus zeggen dat jullie volgend jaar aan de 30e editie toe zijn. Wordt het een extra groot verjaardagsfeestje?
Ik heb besloten om dat nog even af te wachten. We hebben nog niet echt iets voorbereid. Of ja, om heel eerlijk te zijn, hebben we drie of vier pistes. We gaan speciale dingen doen met de programmatie, zoals we nu Bruxelles Arrive hadden. Dat was een groot succes. We gaan ook zoals elk jaar weer werken aan de site: nieuwe tijdstippen, nieuwe locaties. En uiteraard gaan we alle muziekgenres verder blijven uitspitten en tegelijk een sterke affiche samenstellen voor het grote podium, zodat het publiek zich op één plek kan verenigen. Dat wordt het in een notendop.
De dertigste editie van Dour Festival vindt in 2018 plaats van 11 tot 15 juli. Vroege vogels kunnen hier alvast tickets bestellen aan de voordeelprijs van 145 euro.
Check meer van Radio United op hun Facebook-pagina
Foto’s van Jonas Reubens