De Belgische muziekbodem zit vol talent, maar niet altijd komen die ruwe diamantjes meteen terecht bij het publiek dat ze verdienen. Onder Verse Vangst serveren we wekelijks een handvol nieuwe Belgische nummers die je misschien over het hoofd zag, maar het beluisteren meer dan waard zijn. Support your local scene!
Meskerem Mees’ muzikale pad groeide het voorbije jaar al zó weelderig aan, dat je haast zou vergeten dat de jonge singer-songwriter het plaveide met amper één single. Na een kleine twee miljoen streams, de gouden plak in Humo’s Rock Rally, de aankondiging van een clubtour én een plek in het online uitgezonden – en dus nog felbegeerdere – showcasefestival Eurosonic, kón nieuwe muziek niet lang meer uitblijven. En kijk: begin deze week loste ze ‘Seasons shift’, dat minder luchtig kabbelt dan ‘Joe’ en hier en daar zelfs sepiakleurige folksferen opzoekt – grotendeels te wijten aan dat zwierige cellospel (of horen we toch écht een viool?) – maar je vooral en wederom in vocaal ongeëvenaarde vervoering brengt.
Met ‘Laurent’ mocht It It Anita zich in 2018 al ‘ns de medaille voor meest verschroeiende Belgische rockplaat opspelden, en ook dit jaar gaat het Luikse viertal duidelijk voor geen streep minder. Na het messcherpe ‘Cucaracha’ losten ze een tweede track uit hun nieuwe worp ‘Sauvé’ (uit op 2 april via Vicious Circle / Luik Records). ‘Ghost’ spartelt schizofreen tussen onversneden noise en slimme sludge, nooit zonder hoekig randje en onder een steeds maar beklemmendere hoogspanning. Die aankomende plaat bewijst nu al één ding ontegenzeggelijk: het kleine broertje van METZ en Girl Band is intussen volledig volgroeid.
Don Kapot geldt al enige tijd als de zoveelste unieke uiting van wat er in ons land aan frisse jazzklanken omhoog spruit. Sinds 2016 kneedt dit Brusselse trio een sobere eenheid van drums, bas en sax om tot een robuuste en kleurrijke brok aan grooves, die na de ep ‘Don kaset’ weldra ook wordt uitgesmeerd tot een eerste full album. Dit nieuwe ‘Pentatonitis b’ mag daaruit de toon zetten, en doet dat doorheen een avontuurlijke zes minuten vol verve. Nu eens speels en stuiterend, dan weer slingerend in vrijelijk gesoleer en schijnbaar geïmproviseer daagt Don Kapot zichzelf én z’n luisteraar uit, om in feite nergens níet te verrassen. Benieuwd wat hun debuutplaat ‘Hooligan’ vanaf 26 maart nog zoal in petto heeft.
Als jazz-journalist tekent Bart Cornand al een paar decennia de menselijke verhalen op rond mythische muzikale figuren, maar de man blijkt zelf eveneens een verdienstelijk muzikant. Samen met Gianni Marzo maakte hij niet lang geleden al de soundtrack bij de kortfilm ‘Wilding’ (van Cathérine Ongenae), maar als Conrad debuteerde hij deze week onder eigen naam. Met ‘The Marollian man’ brengt Bart niet alleen een ode aan Toots Thielemans, maar wist hij zowaar ook de ritmesectie van Thielemans te strikken, met Dré Pallemaerts op drums en Nicolas Thys op contrabas. Met verder Steven De Bruyn (mondharmonica), Bart Vervaeck (pedalsteel) en An Pierlé als backing vocaliste in de rangen zou je al richting supergroep beginnen alluderen – een term die eigenlijk zelden ergens beter paste dan bij deze rokerige, groovy en doorleefde song.
CRWSH, de elektronische speeltuin van Antwerps producer, dj, sonologist, creative coder and third-person gamer Maarten Van Overveldt – ’s mans eigen opsomming, for the record – bekoorde ons hier zo’n drie jaar geleden al eens: “dansbaar? Mits de nodige spasmen: uiteraard!”, was toen de conclusie bij z’n eerste plaatje. Eind vorige maand kwam CRWSH met een nieuwe ep naar buiten, ‘Mauna kea’ getiteld. De vijf tracks daarop vonden hun oorsprong in de muzikale elementjes uit live gecodeerde streams die Maarten deed voor onder meer The Word Radio, later aangevuld met lagen field recordings en sound design. Klinkt dat dan even geeky en eclectisch als je zou meteen vermoeden? Jazeker, maar tegelijk ook als een van de meest spannende en begeesterende electronica-creaties die in lange tijd voorbij kwamen glijden. Gretig en grenzeloos!