De hele maand december geven we carte blanche aan onze schrijvers om terug te blikken op hun afgelopen jaar. Vandaag aan de beurt: Sven Volckerijck, de oudste en wijste schrijver uit ons team, alsook diegene die het best onze strakke deadlines weet te halen – held!
Check zeker onze album top 52, 75 favoriete nummers van 2016 en alle andere jaaroverzichten. De komende dagen en weken volgt er nog meer eindejaarscoverage.
2016 was het jaar waarin grote namen stierven en ik plots besefte dat ik te weinig naar hun platen luister, dat ik selectiever werd in wat ik beluisterde en tegelijk mijn ontdekkingstocht richting hiphop verderzette. Het was ook het jaar waarop het album dat ik het beste vond, NIET fysiek verscheen. Voor iemand die een uitgebreide platenkast vol cd’s, vinyl platen en cassettes heeft, is dat een enorme cultuurshock. Niet dat ik niet al vaak digitaal luisterde naar muziek, maar de hele beleving van een fysieke release noodgedwongen moeten missen, dat is toch even schrikken.
Om persoonlijke redenen heb ik dit jaar amper concerten gezien maar de microbe keert terug, zo merk ik, en in 2017 komt daar zeker weer verandering in. Verder wens ik enkele bevriende muzikanten hun langverwachte ep of album toe, hoop ik weinig teleurstellingen te moeten horen, ga ik nog verder op zoek in de hiphop en de grime. Lokale bands wil ik nog beter leren kennen. Ik ben er alvast klaar voor, hopelijk 2017 ook…
In afwachting (nog enkele dagen) is hier alvast de lijst met 30 beste albums van 2016:
30. Tortoise – The catastrophist: ik was er niet meteen van weg, maar laat de details op je inwerken.
29. Suede – Night thoughts: hun vroege werk evenaren ze niet meer, desondanks is dit een aanradertje.
28. The Prettiots – Funs cool: pretentieloze doch humorvolle plaat.
27. Astronaute – Petrichor: een debuut waar deze Limburgers best wel trots op mogen zijn.
26. µ-ziq – Aberystwyth marine: als Aphex Twin de norm is (en dat is zeker zo), dan kwam ù-ziq het dichtst in de buurt dit jaar.
25. Inwolves – Involves: rijker, dieper en gelaagder dan het debuut, deze plaat van de band rond percussioniste Karen Willems.
24. PJ Harvey – The hope six demolition project: een politiek statement mist zijn effect als de muziek niet goed zit, een valkuil die Polly Jean gelukkig vermijdt.
23. Sainkho Namtchylak – Like a bird or spirit, not a face: Tuvaanse grootheid die Afrikaanse blues, pop en traditionele muziek magistraal mengt.
22. Ansatz Der Maschine – Tattooed body blues: poppier dan zijn voorgangers maar als we eerlijk zijn, bevat deze plaat ook enkele gemiste kansen.
21. PUP – The dream is over: lo-fi punkrock die alleen al op basis van opener ‘If this tour doesn’t kill you I will’ deze plaats verdient.
20. DIIV – Is the is are: ik had er meer van verwacht. Aandachtige beluistering laat wel horen dat ze het nog steeds kunnen, ik mis wel uitschieters.
19. Rihanna – Anti: dit is zoveel meer dan de geweldige singles, dit was toch wel een aangename verrassing voor mij.
18. Yak – Alas salvation: beuken, rammen, rocken, schreeuwen, vallen, opstaan en weer doorgaan.
17. Swans – The glowing man: minder goed dan de vorige delen van de trilogie, wat niet betekent dat dit geen mokerslag is.
16. Marble Sounds – Tautou: opmerkelijke vrolijke plaat vol aan Eels en Sparklehorse schatplichtige muziekjes.
15. Bon Iver – 22, a million: electronica staat meer op de voorgrond. Niet het meesterwerk dat sommigen erin horen, wel een topplaat.
14. Mogwai – Atomic: wie heeft Mogwai eigenlijk al ooit op een slechte plaat kunnen betrappen? Ook dit jaar was dat onmogelijk.
13. Tindersticks – The waiting room: je eigen sound trouw blijven en toch regelmatig een supergoed album uitbrengen, daar moet je voor bij Stuart Staples en co zijn.
12. De La Soul – …and the anonymous nobody: achteruit én vooruit blikken met hulp van o.a. Snoop Dogg, David Byrne, Estelle, Jill Scott.
11. Wilco – Shmilco: wat voor Mogwai geldt, geldt eigenlijk ook Wilco. En daarvoor hebben ze geen uitschieters nodig blijkbaar…
10. Teen Suicide – It’s the big joyous celebration, let’s stir the honeypot: fantasierijke en speelse lo-fi.
9. Radiohead – A moon shaped pool: de Britten vragen de luisteraar altijd moeite te doen en in ruil krijg je een prachtplaat. Enkel voor wie aandachtig luistert…
8. Pinegrove – Cardinal: Pinegrove klinkt zeurderig en toch weer niet, houdt de slackertraditie in ere en weet te ontroeren door een soort indie-eerlijkheid die verloren gewaand was.
7. Nick Cave And The Bad Seeds – Skeleton tree: of hoe je radeloos verdriet omzet in muziek die niemand onberoerd kan laten.
6. Amenra – Alive: een live-album vat nog het best de semi-religieuze ervaring die de band voorstaat en die zulk een sterke community eromheen liet ontstaan.
5. De Portables – The killing horizon: muziekstijlen en -genres worden overboord gegooid en gemengd als was het allemaal één pot nat. De band slaagt erin spannend te klinken, intrigerend, vakbekwaam en vernieuwend. Dit is geen jazz in de klassieke zin van het woord maar de geest van het genre waait door alles wat ze hier spelen. Het is een plaat voor ‘s morgens, ‘s middags, ‘s avonds én ‘s nachts.
4. Anderson .Paak – Malibu: een bom van bijna hetzelfde kaliber als ‘To pimp a butterfly’ van Kendrick Lamar vorig jaar. Van de opener ‘The bird’ (een ode aan jazzlegende Coltrane) tot het heftige ‘Come down’, het is smullen en duimen en vingers aflikken.
3. David Bowie – Blackstar: Zijn geest en het nieuws van zijn dood overschaduwden de plaat, waardoor je onwillekeurig anders moest luisteren naar ‘Blackstar’. Ik hoorde de plaat gelukkig al voor dat nieuws me bereikte, zodat ik durf zeggen dat mijn gevoel dat onrust en rusteloosheid overheersen, niet beïnvloed is geraakt door die gebeurtenis.
2. Leonard Cohen – You want it darker: ook Leonard Cohen verliet ons voor altijd nadat hij nog één album op de wereld had losgelaten. Vreemd genoeg lijkt ook hier de naderende onheilstijding al in de kiem aanwezig. Dit is voor mij zijn beste plaat naast ‘I’m your man’.
1. Kanye West – The life of Pablo: waarom staat dit album op 1 in deze lijst? Omdat niemand er dit jaar beter in geslaagd is om werkelijk élk nummer essentieel te laten zijn op zijn plaat. Er zijn niet alleen de variatie, de indrukwekkende lijst muzikanten die op een of andere manier meegewerkt hebben aan deze plaat, de fantastische productie, de opeenstapeling van schitterende songs, maar meer nog zou dit album niet langer hetzelfde zijn wanneer je ook maar één song, hoe kort en onbeduidend hij ook moge lijken, zou weglaten.