Dit waren de beste optredens op Pukkelpop 2022

door Yannick Verhasselt

Veilig thuis geraakt? Uitgekaterd? Het stof uit je neus gehaald? Wij ook. Toch wat last van festival blues, dan kun je hieronder nog een laatste keer je hart ophalen aan de vele memorabele concerten van het afgelopen weekend. We maken dan ook graag de balans op van een bewogen, knettergek maar vooral luisterrijke vierdaagse waarin wel ieder genre niet alleen aan bod kwam, maar evenwel een primus afleverde.

Little Simz

Little Simz

Simbi kon onder begeleiding van haar uitstekende band dan wel een halfvolle Dance Hall om haar vinger winden. De woorden die ze gepassioneerd afratelde, konden bij momenten wel werelden verschuiven. Kiewit werd voor een uurtje het middelpunt van de wereld. Tussendoor werd, alsof het niets was, nog even ‘Offence’ gedropt van ‘Grey area’ – die andere bijna fundamentele hiphopplaat van haar.

(lees hier onze volledige recensie)

Sons Of Kemet

De band kende, ondanks enkele tussenpozen, nauwelijks genade met het publiek. Waar Kelly Lee Owens je alle hoeken van de Castello liet zien op kolkende techno, zo hard speelde het viertal. De tent moést plat. En voor de hand liggend was hun jazz allerminst, integendeel. Het viertal sneed combinaties aan die het publiek deed tollen. Verweesd achtergelaten na een ziedende show, kreeg het publiek in het slot nog een bisronde cadeau, de cherry on top van één van de beste shows van het hele weekend.

Mdou Moctar

De decibels van ‘Thunder’, komende van de overrompelende show van The Opposites, galmden doorheen de Lift, alsof er geen groter contrast kon zijn met de psychedelische touaregrock van Mdou Moctar die in de Lift zou aanvatten. Mahamadou Souleymane kwam enigszins wat stoïcijns over als bandleider, al was zijn zinderend gitaarspel dat allerminst. De man wordt guitig vergeleken met Jimi Hendrix, al zal dat toch vooral met betrekking tot zijn uitzonderlijk dansbare rock zijn – en niet omwille van de streken of manieren. Een kleine vijftig minuten lang bezweerde Souleymane zijn publiek – soms zingend, meestal virtuoos jammend in een tempo dat weinig gitaristen (of bands) maar zouden kunnen bijhouden. Hulde.

Tamino

Tamino

Afsluiten deed Tamino niet alleen groots, maar elke keer een nummer gedaan was kreeg je het gevoel dat het applaus toch weer nét iets langer duurde dan daarvoor. ‘Tummy’ en ‘Indigo night’ klonken natuurlijk herkenbaar in de oren. Na die eerste bleef Tamino zelfs even overweldigd het publiek aanschouwen. “Ik wil niet weggaan, maar ik moet“, klonk het bijna geëmotioneerd. Het was echter ‘Habibi’ dat het hek helemaal van de dam bracht en Tamino met deze show ongetwijfeld in de geschiedenisboeken zal brengen.

(lees hier onze volledige recensie)

Viagra Boys

Viagra Boys

‘Sports’ was een voltreffer en Murphy stond te dansen in zijn blote, getatoeëerde bovenlijf alsof hij net een bingoavond gewonnen had. De apotheose met ‘Shrimp shack’ was een ronduit magistraal, tien minuten durend, groovy sluitstuk met een heerlijke opbouw die ook nog eens etaleert wat voor goede muzikanten de Viagra Boys zijn. Dit was de beste discotheek voor en door geestigaards met een hoek af.

Fred Again..

Fred Again..

Sabrina, Angie en Marea (je weet wel, The Blessed Madonna) werden door Fred Again.. bedankt voor de bewezen diensten door ze een tegelplakker te gunnen die bovendien ook ander lichaamsvocht uit je kon sleuren. De producer mikt niet alleen op je heupen, maar zoals Four Tet later gisterenavond evenwel op je gemoederen. Als die laatste in de geschiedenisboeken niet wordt vernoemd als hét anthem dat ons doorheen twee jaar miserie trok, dan weet ik het ook niet meer. In de Dance Hall transformeerde het anthem de intussen groter geworden mensenmassa zich tot een heuse heksenketel. ‘Billie (loving arms)’ was het toetje vol gelukzaligheid, al waren wij al eventjes kletsnat van het zweet en breedglimlachend aan het heen en weer wiegen. En zo hoorde het ook.

Wet Leg

Wet Leg

Het enthousiasme voor Wet Leg piekte uiteraard bij ‘Wet dream’ en ‘Angelica’. Soms leek het alsof de band wat tijd rekte tussen nummers door omdat ze nog niet zo heel veel materiaal hebben, maar wat deerde het, want elk nummer was dansbaar en voorzien van een geestige tekst. Het orgelpunt was ‘Chaise longue’ dat na het verdwijnen van de band nog nagezongen was in de Club, die met de glimlach de tent verlieten. Wet Leg is als een degelijke feelgood-serie: met een goed gevoel bingen en nadien verwonderd zijn dat het al voorbij is.

Charlotte Adigéry & Bolis Pupul

De lichtshow op ‘Paténipat’ waarbij je de bassen in je ribbenkast voelde was letterlijk oogverblindend. We kregen nog ‘Ich mwen’, lachtherapie met Adigéry met ‘Haha’ en ‘It hit me’. Waarna Charlotte genietend in die heerlijke Gentse tongval “Goeie vibe hier” het publiek mee aanschouwde. Om af te sluiten ‘Mantra’,  ‘Ceci. N’est pas un cliché’ en nog een laatste keer de benen losgooien op ‘Thank you’ waar de ironie met klodders vanaf droop. Jullie bedankt, Charlotte en Bolis, voor het al dansend clichés te doorbreken.

Eefje De Visser

De Visser zorgde voor bedachtzame Nederlandstalige pop om ú tegen te zeggen. Die was daarbovenop nog eens dansbaar ook. Met zes danseressen naast haar gaf ze het beste van zichzelf op ‘Maak het stil’. Een veelvoud van armen naast haar gaven haar schaduw die wat weg had van een godin. Na haar uitzonderlijke show stellen we ons de vraag hoe ver ze daar nog vanaf zit.

Chibi Ichigo

Een glimlach verdween nooit van Chibi Ichigo’s gezicht en ook de bellenblaaskanonnen waren een fijne verrassing in een buitengewone show. Strepen gure electropop wisselden big beat, breaks en acid af. Wanneer je dacht dat het niet harder kon, kegelde de Limburgse nog een monster van een nummer in het hoenderhok. Afsluiter én nieuw nummer ‘Gracht’ was de cherry on top inclusief aankondiging dat haar debuutalbum op 14 oktober in de rekken zal liggen. Of we na deze uitzinnige show uitkijken naar die plaat? Wees daar maar zeker van.